Aardse regeringen en het koninkrijk van God

President Brigham Young – kolonisator, staatsman en de eerste gouverneur van Utah – respecteerde en diende zijn regering. Terwijl de heiligen zich in juli 1846 aan het voorbereiden waren op de reis van Iowa naar de Salt Lake Valley, werd hun door de regering van de Verenigde Staten verzocht om te assisteren in de oorlog met Mexico. Hoewel de regering de heiligen geen steun had geboden bij hun beproevingen in Missouri en Illinois, leidde president Young de rekrutering van het Mormoons Bataljon om assistentie te bieden in de oorlog, en hij beloofde de mannen dat zij niet zouden hoeven vechten als zij zich goed gedroegen. Die belofte ging in vervulling. Doordat het Mormoons Bataljon dienst nam, kwam er bovendien geld beschikbaar voor de financiering van de verhuizing naar het westen van de heiligen. Vijfhonderd mannen verlieten de kampen van Israël voor een zware mars naar Californië en de Stille Oceaan – een afstand van meer dan drieduizend kilometer. President Young heeft over de vrijwilligers gezegd: ‘Ik denk nooit aan dat groepje mannen zonder dat ik vervolgens de gedachte heb: “God zegene hen voor eeuwig en eeuwig.” Wij hebben dit alles gedaan om de regering onze trouw te bewijzen’ (DBY, 476). President Young moedigde de heiligen voortdurend aan om hun regering trouw te zijn, haar wetten te gehoorzamen, en mensen met deugdzaamheid en integriteit te kiezen voor openbare ambten.

Leringen van Brigham Young

Aardse regeringen moeten op Gods wetten gebaseerd zijn om te blijven bestaan.

Als een volk gezonde wetten overtreedt, en haar eigen burgers of een ander volk onderdrukt tot de maat van ongerechtigheid vol is, zal God de gezagsdragers door daden van mensen uit hun eigen gelederen uit hun macht ontzetten, en zij zullen vergeten worden; en Hij zal een ander volk nemen, ook al is het arm en veracht, een aanfluiting en een schimpnaam onder de populaire volken, en zal het macht en wijsheid geven; en het zal in aantal toenemen en voorspoed hebben tot het op zijn beurt een groot volk op aarde wordt (DBY, 357).

Grote en machtige rijken worden door Hem tot de top van de menselijke grootheid verheven om zijn ondoorgrondelijke doeleinden tot stand te brengen, en op zijn wens worden zij uit het bestaan gevaagd en raken zij verloren in de vergetelheid van de tijd. Al die grote veranderingen wijzen op het inluiden van zijn koninkrijk in latere tijden, en bereiden de weg voor dat koninkrijk – dat voor eeuwig stand zal houden en zal toenemen in grootheid en macht tot een heilige, blijvende, godsdienstige en politieke vrede het hart van de armen onder de mensen zal doen opspringen van vreugde over de Heilige Israels, en over zijn koninkrijk dat overal zegeviert (DBY, 357).

Een theocratische regering [is] er een waarin alle wetten in gerechtigheid worden uitgevaardigd en uitgevoerd, en wier functionarissen de kracht van de Almachtige bezitten (DBY, 354).

Als het koninkrijk van God, of een theocratische regering, op aarde werd gevestigd, zouden vele van de nu heersende gebruiken afgeschaft worden (DBY, 354).

Het zou de ene gemeenschap niet worden toegestaan om zich zo tegenover een andere gemeenschap op te stellen dat zij gedwongen werd om zich te voegen naar de normen van de eerste; de ene godsdienst zou niet worden toegestaan om een andere te vervolgen omdat zij in godsdienstige overtuiging verschilden en in methode van aanbidding. Iedereen zou volledig beschermd worden in het genot van alle godsdienstige en sociale rechten, en geen enkele staat, regering, gemeenschap of persoon zou het voorrecht hebben om de rechten van een ander te beknotten; er zou geen enkele christelijke gemeenschap opstaan om een andere te vervolgen (DBY, 354).

Wie lang genoeg leeft om het koninkrijk van God volledig op aarde gevestigd te zien, zal een regering zien die elke persoon en zijn rechten beschermen zal. Als die regering nu aan de macht was (…) zou u zien dat de roomskatholieken, de grieks-katholieken, de episcopalen, de presbyterianen, de methodisten, de baptisten, de quakers, de shakers, de [hindoes], de [moslims], en alle andere soorten aanbidders uiterst strikt beschermd zouden worden in al hun burgerrechten en in de voorrechten om te aanbidden wie, wat en wanneer zij willen, zonder inbreuk te doen op de rechten van andere mensen. Kan iemand in alle eerlijkheid en wijsheid een grotere vrijheid wensen? (DBY, 355).

Hoe kan een republikeinse [in vrijheid gekozen] regering standhouden? Daar is maar één manier voor. Zij kan standhouden, maar hoe? Zij kan standhouden zoals de regering van de hemel standhoudt: op de eeuwige rots van waarheid en deugd; en dat is de enige basis waarop enige regering kan standhouden (DBY, 355).

Regeerders behoren wijsheid en integriteit te hebben.

Ik houd van een goede regering, en dan wil ik het graag wijs en rechtvaardig uitgevoerd zien. De regering van de hemel, als die onrechtvaardig wordt uitgevoerd, zou een van de slechtste vormen van bestuur op de aarde worden. Ongeacht hoe goed een regering is, als hij niet wordt uitgevoerd door rechtschapen mensen, wordt er een slechte regering van gemaakt (DNW, 3 juni 1863).

Geen enkel wezen is geschikt om te heersen, regeren en dicteren tot hij (…) de wet gehoorzaamd heeft, en heeft bewezen dat hij ervoor in aanmerking komt door de wet waaronder hij viel te gehoorzamen, door die wet te beheersen (DBY, 357).

[Een goede regering vereist een leider die] in staat is de mensen de informatie te laten begrijpen, ieder naar zijn vermogen daartoe, aangaande alles wat het rechtschapen bestuur van de regering betreft. Hij zou moeten begrijpen welk bestuursbeleid het beste zou zijn voor het welzijn van zijn volk. Hij zou ook de kennis en het verlangen moeten hebben om de macht om functionarissen aan te stellen, voor zover die volgens de grondwet binnen zijn bereik ligt, verstandig te gebruiken en uitsluitend goede en capabele mensen te kiezen voor de diverse ambten. Hij zou niet slechts de wettige en rechtschapen wensen van zijn kiezers moeten uitvoeren, maar zou in staat moeten zijn om hun begrip te verlichten en hun oordeel in juiste banen te leiden. En alle goede ambtsdragers in een waarlijk republikeins bestuur zouden zich voortdurend inzetten voor de bescherming van de rechten van allen, ongeacht tot welke sekte of partij zij behoorden (DBY, 363).

Het volk zou hun gevoel, invloed en geloof moeten gebruiken om de beste persoon te kiezen die zij kunnen vinden om hun president te worden, al heeft hij niets meer te eten dan aardappelen en zout – een persoon die niet de ambitie zal hebben om grootser te worden dan de mensen die hem aanstellen, maar die er tevreden mee zal zijn om te leven zoals zij leven, zich te kleden zoals zij zich kleden, en in al het goede één met hen te zijn (DBY, 363).

Wij willen mensen om het volk te besturen die meer geven om het welzijn van het volk dan om goud en zilver, roem of populariteit (DBY, 364).

De kerkleden hebben de plicht om verantwoordelijke burgers te zijn.

Individueel zelfbestuur ligt ten grondslag aan alle ware en doeltreffende bestuursvormen, of het nu in de hemel of op aarde is. (…) Is het bestuur in handen van een goddeloos volk, dan moet dat voor hen in ellende uitmonden, maar in handen van de rechtschapenen is het eeuwigdurend, terwijl de macht ervan tot de hemel reikt (DBY, 355).

Als wij onze godsdienst naleven, onze God en zijn priesterschap eren, dan zullen we elke goede regering en wet op aarde respecteren. (…) In de verschillende landen, koninkrijken en regeringen van de wereld zijn er wetten, verordeningen en voorschriften die zo goed zijn als ze maar gemaakt kunnen worden voor de sterfelijke mens (DBY, 358).

Zijn wij een politiek volk? Ja, wij zijn erg politiek. Maar tot welke partij u behoort of op wie u zou stemmen? Ik zal u zeggen op wie wij zullen stemmen: wij zullen stemmen op de persoon die de beginselen van burgerlijke en godsdienstige vrijheid zal steunen, de persoon die het meeste weet en die het beste hart en verstand heeft voor een staatsman; en wij geven er totaal niet om of hij whig, een democraat, (…) een republikein, (…) of iets anders is. Dat is onze politiek (DBY, 358).

Net als alle andere goede burgers zouden wij ernaar moeten streven om die mensen aan de macht te helpen die zich bewust zullen zijn van de verplichtingen en verantwoordelijkheid die zij ten opzichte van een machtig volk hebben; die zouden beseffen welk een vertrouwen de stem des volks in hen heeft, het volk dat hen roept om de wet te handhaven (DBY, 362).

Wie willen wij in onze openbare ambten hebben? Wij willen de beste mensen die wij kunnen vinden als gouverneur, president en staatsman, en voor elk ander ambt van vertrouwen en verantwoordelijkheid; en als wij hen hebben, zullen wij voor ze bidden en ze ons geloof [vertrouwen] geven en de invloed om de wil van God te doen en om zichzelf en het volk in waarheid en gerechtigheid te houden (DBY, 358).

Studiesuggesties

Aardse regeringen moeten op Gods wetten gebaseerd zijn om te blijven bestaan.

Waarom verschillen die regeringen in filosofie en aanpak? Waarom moet een regering op Gods wetten gebaseerd zijn om succes te hebben? Wat zal er uiteindelijk gebeuren met een regering die niet op rechtschapen beginselen gebaseerd is? (Denk voor voorbeelden van dat resultaat aan de opkomst en ondergang van de koninkrijken van de Nephieten en de Lamanieten in verschillende perioden in het Boek van Mormon.)
Wat is volgens president Young het doel van een aardse regering? (Zie ook LV 134:1.)
In welke opzichten zou de samenleving anders zijn als er op aarde een theocratische (door God bestuurde) regering was? Wat beschouwde president Young als de grootste vrijheid die een theocratische regering zou bieden? (Zie ook LV 134:4, 7, 9.)

Regeerders behoren wijsheid en integriteit te hebben.

Welke kwaliteiten zou een regeringsleider moeten bezitten? Als regeringsleiders intelligentie en kennis bezitten, en hard werken, waarom is het dan belangrijk dat zij bovendien eerlijk en deugdzaam zijn?
Waarom moet een potentieel leider ervaring hebben in het bestuurd worden alvorens hij of zij geschikt is om te besturen? Waarom is het belangrijk voor een leider om te tonen dat hij de wet gehoorzaam geweest is?

De kerkleden hebben de plicht om verantwoordelijke burgers te zijn.

Waarom is ‘individueel zelfbestuur’ zo belangrijk voor het succes van een aardse regering? In hoeverre heeft de rechtschapenheid van het volk dat geregeerd wordt een uitwerking op het succes van de regering?
Waarom is het belangrijk om te stemmen zodra u dat voorrecht ontvangt? Hoe dient u te besluiten op wie u gaat stemmen?
Hoe kunt u uw plicht als verantwoordelijke burger vervullen? (Zie ook LV 134:5–6.)