2007
De boodschap van de herstelling
Mei 2007


De boodschap van de herstelling

Wij verkondigen aan de wereld dat de volheid van het evangelie van Jezus Christus op aarde is hersteld.

Toen ik in de Salt Lake Valley een ringconferentie bezocht, nodigde ik een jonge quorumpresident diakenen uit om met me over de sleutels van het priesterschap te praten. Ik wilde dat hij begreep dat hij een bijzonder ambt had, met de sleutels om een priesterschapsquorum te presideren. We bespraken wat een grote verantwoordelijkheid het is om die sleutels te dragen en hoe bijzonder het is om lid van een quorum te zijn. Aan het eind van ons gesprek vroeg ik hem uit hoeveel leden zijn quorum bestond. Zijn antwoord was veertien.

Toen vroeg ik: ‘Hoeveel zijn daarvan actief?’

Hij antwoordde: ‘Twaalf.’

Waarop ik vroeg: ‘En die andere twee?’

Zijn antwoord luidde: ‘Ik moet aan de slag en ervoor zorgen dat ook zij actief aan het quorum deelnemen.’

Ik vroeg hem hoeveel tijd hij daarvoor nodig dacht te hebben. Hij dacht zo’n drie maanden. Ik moedigde hem aan om dat ook echt te doen.

Drie maanden later, bijna tot op de dag, kreeg ik een brief van hem waarin hij schreef dat alle leden van zijn quorum nu actief waren. Hij zei dat hij vriendschap met hen had gesloten en dat de ene nu naar het diakenenquorum kwam en dat de andere door de bisschop tot leraar was geordend. Ik was onder de indruk van zijn brief. Wat een voorbeeld van iemand die zijn priesterschap eert en de sleutels van het priesterschap gebruikt om een opdracht van de Heer te vervullen. Ik stond even stil bij het wondervolle plan van de Heer om met gebruik van de macht van het priesterschap zijn werk op aarde te besturen.

Deze jongeman, die nog geen veertien jaar oud was, wordt opgeleid tot een dienend leven. Ziet u hem over vijf of zes jaar zijn dienst voortzetten met een naamplaatje op zijn jasje ten teken dat hij twee jaar van zijn leven geeft om voor De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen op zending te gaan?

Naast de ervaring die hij opdoet wanneer hij met zijn priesterschap anderen dient, omvat de voorbereiding van deze jongeman ook een grondige kennis van de herstelling — de boodschap die duizenden zendelingen over de hele wereld verkondigen. Het is de boodschap dat in onze bedeling, de bedeling van de volheid der tijden, het evangelie is hersteld ten behoeve van iedereen die wil luisteren en gehoorzamen.

Het eerste visioen

De bedeling van de volheid der tijden werd voorafgegaan door een heel bijzonder visioen dat een jongeman van nog geen vijftien jaar ontving. Hij ging naar het bos om te bidden en antwoord op zijn vragen over godsdienst te ontvangen. Joseph Smith beschrijft het prachtige visioen dat hij kreeg met de volgende woorden:

‘[Ik zag] recht boven mijn hoofd een lichtkolom, de helderheid van de zon overtreffend, die geleidelijk neerdaalde tot zij op mij viel.

‘(…) Toen het licht op mij rustte, zag ik twee Personen, wier glans en heerlijkheid elke beschrijving tarten, boven mij in de lucht staan. Een van Hen sprak tot mij, mij bij de naam noemend, en zei, wijzend op de ander: Dit is mijn geliefde Zoon. Hoor Hem!’ (Geschiedenis van Joseph Smith 1:16–17.)

Het visioen heeft aan ons geopenbaard dat God, onze Vader, en Jezus Christus, zijn geliefde Zoon, twee verschillende personen zijn. Ze hebben ieder een lichaam van vlees en beenderen dat is verheerlijkt en vervolmaakt. Daarmee is het eeuwenoude misverstand over het wezen van God uit de wereld geholpen. Geen wonder dat Joseph Smith, toen hij de geloofsartikelen schreef, in de eerste verklaarde: ‘Wij geloven in God, de eeuwige Vader, en in zijn Zoon, Jezus Christus, en in de Heilige Geest.’ (Geloofsartikelen 1:1.)

Het Boek van Mormon

Omdat Hij wist dat het verslag van de profeet over het eerste visioen op veel twijfel, ongeloof en verkeerde informatie onthaald zou worden, bracht de Heer het Boek van Mormon voort, eveneens een testament aangaande onze Heer, Jezus Christus. Dit gewijde boek gaat hand in hand met de Bijbel, en bevat de volheid van het eeuwige evangelie van Jezus Christus. Het is ook een overtuigend bewijs voor de wereld dat Joseph Smith werkelijk een profeet van God was. In de Leer en Verbonden staat de volgende verklaring over het tevoorschijn komen van het Boek van Mormon:

‘[God] gaf [Joseph Smith] geboden die hem inspireerden;

‘en gaf hem macht uit den hoge, door de middelen die van tevoren waren bereid, om het Boek van Mormon te vertalen;

‘dat een kroniek bevat van een gevallen volk, en de volheid van het evangelie van Jezus Christus voor de andere volken en ook voor de Joden;

‘dat door inspiratie is gegeven, en door de bediening van engelen aan anderen wordt bevestigd en door hen aan de wereld wordt verkondigd —

‘de wereld bewijzende dat de heilige Schriften waar zijn, en dat God inderdaad mensen inspireert en hen tot zijn heilige werk roept, zowel in deze tijd en in dit geslacht als in de geslachten vanouds’ (LV 20:7–11).

De vertaling van het Boek van Mormon is op zich en een bewijs van de goddelijke oorsprong van het boek. Toen Oliver Cowdery op 5 april 1829 in Harmony (Pennsylvania) aankwam om dienst te doen als schrijver van de profeet, waren er pas enkele bladzijden vertaald. Die avond spraken Joseph en Oliver tot diep in de nacht over de ervaringen van de profeet. Twee dagen later, op 7 april, begonnen ze aan de vertaling van het werk. De volgende drie maanden vertaalde Joseph in hoog tempo — zo’n vijfhonderd gedrukte bladzijden in zestig werkdagen.

Oliver heeft over die opmerkelijke ervaring het volgende geschreven: ‘Dat waren dagen om nooit te vergeten — te zitten binnen het bereik van een stem die door inspiratie uit de hemel werd bevolen te spreken, wekte de allergrootste dankbaarheid op van dit hart! Dag in dag uit ging ik zonder onderbreking verder om de woorden uit zijn mond op te schrijven, terwijl hij met de Urim en Tummim (…) de geschiedenis of kroniek vertaalde die het “Boek van Mormon” heet.’ (Messenger and Advocate, oktober 1834, p. 14; zie ook Geschiedenis van Joseph Smith 1:71, noot.)

Het priesterschap

Toen ze aan het werk gingen werden Joseph en Oliver gegrepen door de leerstellingen in dit boek. Ze waren vooral onder de indruk van de leer over de doop, die de herrezen Heiland gedurende zijn bezoek aan de bewoners van het westelijk halfrond had verkondigd. Het werd hun duidelijk hoe belangrijk de leer van de doop is. Ze besloten dat ze de Heer in gebed moesten aanroepen om erachter te komen hoe zij de zegen van de doop konden ontvangen.

Op 15 mei 1829 gingen ze naar het bos bij de Susquehanna en knielden ze in gebed neer. Oliver beschrijft wat er toen gebeurde: ‘Plotseling, als uit het midden der eeuwigheid, schonk de stem van de Verlosser ons vrede in ons gemoed, terwijl de sluier werd geopend en de engel Gods, met heerlijkheid bekleed, naar beneden kwam en de boodschap bracht waarnaar wij zo verlangend hadden uitgezien, alsmede de sleutels van het evangelie van bekering. Welk een vreugde! Welk een wonder! Welk een verbazing! Terwijl de wereld gekweld en verbijsterd was — terwijl miljoenen als blinden naar de muur tastten en terwijl het hele mensdom, als geheel genomen, op onzekerheid steunde, zagen onze ogen en hoorden onze oren.’ (Messenger and Advocate, oktober 1834, p. 15; zie ook Geschiedenis van Joseph Smith 1:71, noot.)

De engel stelde zichzelf voor als Johannes, dezelfde die in het Nieuwe Testament Johannes de Doper wordt genoemd. Hij legde zijn handen op het hoofd van Joseph en Oliver en zei:

‘Aan u, mijn mededienstknechten, verleen ik in de naam van de Messias het priesterschap van Aäron, dat de sleutels omvat van de bediening van engelen en van het evangelie van bekering en van de doop door onderdompeling tot vergeving van zonden; en dit zal nooit meer van de aarde worden weggenomen, totdat de zonen van Levi de Heer wederom een offer offeren in gerechtigheid.

‘Hij zei dat dit Aäronisch priesterschap niet het gezag omvatte van de oplegging der handen voor de gave van de Heilige Geest, maar dat dit later op ons zou worden bevestigd. Hij gebood ons om ons te laten dopen en gaf de aanwijzing dat ik Oliver Cowdery moest dopen en dat hij daarna mij moest dopen.

‘Dienovereenkomstig gingen wij heen en lieten ons dopen. Ik doopte hem eerst en daarna doopte hij mij — waarna ik mijn handen op zijn hoofd legde en hem ordende tot het Aäronisch priesterschap, en daarna legde hij mij de handen op en ordende mij tot hetzelfde priesterschap, want zo was het ons geboden’ (Geschiedenis van Joseph Smith 1:69–71).

Korte tijd later verschenen de apostelen Petrus, Jakobus en Johannes. Zij legden hun handen op het hoofd van deze twee mededienstknechten en verleenden hun het Melchizedeks priesterschap.

De Kerk van Jezus Christus

Toen de bevoegdheid om in Gods naam te handelen weer op aarde was, kreeg Joseph de opdracht om de kerk formeel te organiseren. Op 6 april 1830, in het huis van Peter Whitmer sr. in Fayette (New York), stemden zes mannen die al gedoopt waren unaniem om, volgens de geboden van God, De Kerk van Jezus Christus te stichten. Gedurende die bijeenkomst werd de volgende openbaring ontvangen:

‘Zie, er zal onder u een verslag worden bijgehouden; en daarin zult gij ziener worden genoemd, vertaler, profeet, apostel van Jezus Christus en ouderling van de kerk door de wil van God de Vader en de genade van uw Here Jezus Christus,

‘geïnspireerd door de Heilige Geest om het fundament daarvan te leggen en haar op te bouwen tot het allerheiligst geloof.

‘Welke kerk is georganiseerd en gesticht in het jaar van uw Heer achttienhonderddertig, in de vierde maand, en op de zesde dag van de maand die april heet.

‘Welnu, gij, namelijk de kerk, zult acht slaan op al zijn woorden en geboden die hij u zal geven wanneer hij ze ontvangt, wandelend in alle heiligheid voor mijn aangezicht;

‘want zijn woord zult gij aanvaarden, alsof uit mijn eigen mond, in alle geduld en geloof’ (LV 21:1–5).

Aldus was De Kerk van Jezus Christus weer op aarde om het mensdom met de leerstellingen en beginselen van de Heiland tot zegen te zijn. Deze kerk is georganiseerd volgens het plan dat de Heer in vroeger dagen heeft vastgelegd.

In de Bijbel, in het boek Efeziërs, heeft Paulus verklaard:

‘En Hij heeft zowel apostelen als profeten gegeven, zowel evangelisten als herders en leraars,

‘om de heiligen toe te rusten tot dienstbetoon, tot opbouw van het lichaam van Christus,

‘totdat wij allen de eenheid des geloofs en der volle kennis van de Zoon Gods bereikt hebben, de mannelijke rijpheid, de maat van de wasdom der volheid van Christus.

‘Dan zijn wij niet meer onmondig, op en neder, heen en weder geslingerd onder invloed van allerlei wind van leer, door het valse spel der mensen, in hun sluwheid, die tot dwaling verleidt,

‘maar dan groeien wij, ons aan de waarheid houdende, in liefde in elk opzicht naar Hem toe, die het hoofd is, Christus’ (Efeziërs 4:11–15).

En president Hinckley heeft over de herstelling gezegd: ‘Nadat vele generaties op aarde hadden geleefd — vele in strijd, haat, duister en kwaad — kwam de grote nieuwe tijd van de herstelling. Die heerlijke tijd werd ingeluid met de verschijning van de Vader en de Zoon aan de jonge Joseph. Het ochtendgloren van de bedeling van de volheid der tijden brak aan voor de wereld. Al het goede, mooie en goddelijke uit alle vorige bedelingen werd hersteld in die uiterst opmerkelijke tijd.’ (‘In glorie rijst die schone dag’, Liahona, mei 2004, p. 83.)

Onze boodschap is uniek. Wij verkondigen aan de wereld dat de volheid van het evangelie van Jezus Christus op aarde is hersteld. Wij verklaren stoutmoedig dat de sleutels van het priesterschap aan de mens zijn gegeven, met de bevoegdheid om op aarde en in de hemel te verzegelen. De verlossende verordeningen waarvan de Heer heeft aangegeven dat ze vereisten zijn om het eeuwige leven bij Hem te verwerven, kunnen nu verleend worden door hen die op de juiste wijze de macht van zijn heilige priesterschap uitoefenen. Wij verklaren aan de wereld dat dit de tijd is die door de profeten uit de Bijbel de laatste dagen genoemd worden. Het zijn de laatste dagen, voordat Jezus Christus terugkeert om op aarde te heersen en te regeren.

Wij nodigen iedereen uit om naar onze boodschap van het herstelde evangelie van Jezus Christus te luisteren. Dan kunt u die heerlijke boodschap vergelijken met andere die u hoort en daarna zelf uitmaken welke boodschap van God afkomstig is en welke van de mens.

Ik getuig tot u dat dit de Kerk van Jezus Christus is, hersteld in de laatste dagen. In de naam van onze Heer en Heiland, namelijk Jezus Christus. Amen.