2015
De nieuwe jongen
December 2015


De nieuwe jongen

Ik was in mijn nieuwe wijk de enige actieve priester. Hoe moest ik de andere priesters naar de kerk krijgen?

A young man holding a volleyball and standing next to a net.  A group of young men are standing together in the distance.

Illustraties Greg Newbold

Toen ons gezin een paar maanden na mijn achttiende verjaardag verhuisde, stond ik in mijn nieuwe wijk voor een uitdaging. Twee weken na onze verhuizing werden bijna alle priesters tot ouderling geordend. Ik werd als eerste assistent in het priestersquorum geroepen.

Toen de bisschop mij riep, legde hij uit dat er veel priesters op de ledenlijst stonden, maar dat bijna geen van hen naar de kerk ging. Het zou een hele klus zijn om ze aan te moedigen naar de kerk te gaan.

‘Nodig ze gewoon uit’, zei hij.

Er was maar één priester die ook naar de kerk ging, een jongen die Ryan heette. Hij was een paar keer per maand aanwezig. Ik besloot bij onze minderactieve quorumleden langs te gaan en ze voor onze activiteiten uit te nodigen. Ik was zenuwachtig en bang dat ze kwaad zouden worden als ik ze uitnodigde. Ik dacht dat ze niet naar de kerk gingen omdat ze het niet leuk vonden. Maar ik vond ook dat hen uitnodigen een goede voorbereiding op mijn zending was. Ik besloot mijn tanden erin te zetten en begon de andere priesters op te bellen of bij hen langs te gaan. Ik nodigde hen uit voor haardvuuravonden, activiteiten en kerkdiensten.

Ik was verbaasd dat sommigen reageerden en kwamen. We hadden uiteindelijk een groep van vier priesters die regelmatig aanwezig waren. Het was niet zo dat ze niet graag naar de kerk gingen — ze wachtten gewoon op een uitnodiging. De nieuwe situatie — naar de kerk gaan — maakte hen net zo zenuwachtig als mij.

Bij sommige activiteiten hadden we meer succes dan bij andere. Iedereen kwam als we volleybal speelden, maar het was moeilijk om ze voor andere activiteiten warm te maken.

De jeugdconferentie gaf me dat jaar veel voldoening omdat een paar van die jongemannen opstonden en hun getuigenis gaven. Ik had het gevoel dat ik iets voor hen betekend had.

Ryan kwam wekelijks naar de kerk en we waren goede vrienden geworden.

Ryan en ik ontvingen het Melchizedeks priesterschap ongeveer een half jaar na mijn verhuizing. Ik had ervoor gekozen pas na mijn zending naar de universiteit te gaan, zodat ik eerst geld voor mijn zending kon verdienen. Ryan had al een vak geleerd en besloot ook niet verder te studeren. Na ons werk trokken we vaak samen op.

Op een keer bleven we bijna de hele nacht op om het boek Alma helemaal te lezen. Het was de eerste keer dat Ryan in het Boek van Mormon las. We waren uitgeput maar ook geestelijk verkwikt. Het was ook mooi om de veranderingen in Ryans leven te zien. Hij gaf oude gewoonten op, begon betere, en liet een paar van zijn vrienden vallen zodat hij met mensen om kon gaan die dezelfde normen hadden als hij.

Ik was enkele jaren eerder voor het eerst naar de kerk gegaan, en vanaf dat moment had ik al naar mijn zending uitgekeken. Ryan wist niet of hij wel zou gaan. Als we samen tijd doorbrachten, praatten we over mijn zending en hoe graag ik wilde dienen. Doordat ik hem aanmoedigde en zijn evangelievragen beantwoordde, kreeg ik er meer vertrouwen in dat ik een goede zendeling kon worden. Ryan was oud genoeg om te gaan, maar vond het moeilijk om een beslissing te nemen.

‘Ik wist niet of mijn getuigenis sterk genoeg was, hoewel ik toen een goed gevoel over de kerk had’, zegt hij. ‘Ik wilde wel gaan, maar het was erg moeilijk om mijn familie achter te laten.’

Eindelijk brak de dag aan waarop ik mijn zendingsaanvraag kon invullen. Toen ik dat aan Ryan vertelde, verraste hij me door te zeggen dat hij ook de beslissing genomen had om op zending te gaan. We kregen op dezelfde avond onze zendingsoproep. Ryan ging op zending naar Canada en een maand later vertrok ik naar Frankrijk.

Toen ik twee jaar later thuiskwam, zocht ik alle priesters op met wie ik gewerkt had. Het bedroefde me dat een aantal van hen kort na mijn vertrek niet meer naar de kerk gegaan waren, maar ik was blij om Ryan terug te zien. Hij had een eervolle zending vervuld, en net als Alma en de zonen van Mosiah was ik nog meer verheugd om te zien dat hij nog steeds mijn broeder in de Heer was (zie Alma 17:2).