Verhalen uit de Schriften
Jezus keert terug naar zijn Vader


‘Jezus keert terug naar zijn Vader’, Verhalen uit het Boek van Mormon (2023)

3 Nephi 28; 4 Nephi 1

Jezus keert terug naar zijn Vader

Zijn discipelen dienen voordat Hij vertrekt

Jezus Christus praat met een groep mensen

Jezus had de mensen zijn evangelie onderwezen. Hij had ze geleerd om God lief te hebben en elkaar te dienen. Jezus zou al snel naar zijn Vader terugkeren. Hij vroeg de discipelen om het volk na zijn vertrek te blijven onderwijzen.

3 Nephi 11:41, 28:1

Jezus Christus glimlacht en steekt zijn hand uit

Voordat Hij wegging, vroeg Jezus aan elk van zijn discipelen wat ze wilden dat Hij voor hen zou doen. De meeste discipelen zeiden dat ze bij Jezus wilden wonen, nadat ze Hem op aarde hadden gediend. Jezus beloofde dat ze na hun dood bij Hem zouden wonen.

3 Nephi 28:1–3

drie discipelen kijken bezorgd

Drie discipelen waren verdrietig, omdat ze Jezus niet durfden te vertellen wat ze wilden. Maar Jezus wist wat ze van Hem verlangden. Ze wilden leven tot de wederkomst van de Heiland, zodat ze meer mensen tot Jezus konden brengen.

3 Nephi 28:4–7, 9

Jezus Christus praat met de drie discipelen

Jezus beloofde hun dat ze niet zouden sterven. Ze zouden tot zijn wederkomst op aarde blijven en mensen helpen om tot Hem te komen.

3 Nephi 28:7–11

Jezus Christus stijgt op in de lucht en wordt door licht omgeven

Jezus raakte elke discipel met zijn vinger aan, behalve de drie die wilden blijven. Toen ging Jezus weg en keerde Hij terug naar onze hemelse Vader.

3 Nephi 28:1, 12

de drie discipelen glimlachen en stralen een beetje

Daarna gingen de hemelen open en werden de drie discipelen in de hemel opgenomen. Ze zagen en hoorden veel prachtige dingen en kregen te horen dat ze er niet over mochten praten. Hun lichaam werd ook veranderd, zodat ze niet zouden sterven of pijn voelen.

3 Nephi 28:13–15, 36–40

de discipelen dopen mensen

De discipelen kwamen terug en bleven de mensen onderwijzen over Jezus. De mensen wilden Jezus volgen en lieten zich dopen in zijn kerk. De liefde van God was in hun hart en ze deelden alles wat ze hadden met elkaar. Ze waren blij en God zegende hen. Ze leefden 200 jaar lang in vrede.

3 Nephi 28:16–18, 23; 4 Nephi 1:1–23