Zegeningen van het Boek van Mormon lezen
Nu is het aan ons om een studie te maken van het Boek van Mormon, bekend te raken met de beginselen die erin voorkomen en die op ons leven toe te passen.
Ik kijk elke maand uit naar dat fantastische tijdschrift de Ensign. In elke uitgave staat een boodschap van het Eerste Presidium, waar ik door gesterkt word. In de Ensign en Liahona van augustus stond een boodschap van president Hinckley met de uitdaging om het Boek van Mormon voor het eind van het jaar te lezen of te herlezen.
Waarom gelooft president Hinckley dat het Boek van Mormon lezen ons zoveel goed zal doen? Hij verklaart:
‘De boodschap van het boek is zo tijdloos als de waarheid, zo universeel als de mensheid. Het is het enige boek dat een belofte bevat, namelijk dat de lezer door middel van goddelijke openbaring met zekerheid te weten kan komen dat het de waarheid bevat.
‘De ontstaansgeschiedenis van het boek is wonderbaarlijk; wanneer dat verhaal voor het eerst wordt verteld aan iemand die er nog nooit van gehoord heeft, is het bijna ongeloofwaardig. Maar het boek bestaat, je kunt het in de hand nemen en erin lezen. Niemand kan het bestaan ervan betwisten. (…)
‘Geen ander geschrift illustreert zo duidelijk dat mensen en volken die in godsvrucht wandelen en Gods geboden onderhouden, voorspoedig zijn en groei doormaken. Verwerpen zij Hem en zijn woord echter, dan treedt er verval op, dat uiteindelijk leidt — tenzij het door een rechtschapen leven tot stilstand wordt gebracht — tot onmacht en dood.’ (‘Een krachtig en waar getuigenis’, Liahona, augustus 2005, pp. 4–5.)
Waarom is het Boek van Mormon lezen zo belangrijk voor ons? Dat komt omdat de voornaamste schrijvers van het Boek van Mormon zeer goed begrepen dat hun geschriften hoofdzakelijk bestemd waren voor de mensen van een toekomende geslacht, niet voor de mensen van hun eigen tijd. Moroni heeft aan ons geslacht geschreven: ‘Ik spreek tot u alsof gij aanwezig zijt’ (Mormon 8:35). De profeet Nephi heeft verklaard:
‘Welnu, om die reden heeft de Here God mij beloofd dat deze dingen die ik schrijf, goed bewaard zullen blijven en van geslacht op geslacht aan mijn nageslacht zullen worden doorgegeven, opdat de belofte aan Jozef zal worden vervuld, dat zijn nageslacht nooit zou vergaan zolang de aarde bestond’ (2 Nephi 25:21).
Het Boek van Mormon is een stem tot waarschuwing voor dit geslacht. Luister eens hoe trefzeker het de toestand van de wereld in deze tijd beschrijft:
‘En niemand hoeft te zeggen dat [deze kronieken] niet zullen komen, want dat zullen ze zeker wel, want de Heer heeft het gesproken; want ze zullen door de hand des Heren uit de aarde tevoorschijn komen, en niemand kan het tegenhouden; en het zal komen ten dage dat er zal worden gezegd dat wonderen zijn weggedaan; en het zal komen alsof er iemand uit de doden spreekt.
‘En het zal komen ten dage dat het bloed der heiligen tot de Heer roept wegens geheime verenigingen en werken van duisternis.
‘Ja, het zal komen ten dage dat de macht Gods wordt verloochend, en kerken worden ontwijd en in de hoogmoed van hun hart verheven worden; ja, in een tijd dat leiders van kerken en leraren zich in de hoogmoed van hun hart verheffen, ja, tot afgunst van hen die tot hun kerk behoren.
‘Ja, het zal komen ten dage dat er wordt gehoord van branden en orkanen en dampen van rook in vreemde landen; en er zal ook worden gehoord van oorlogen, geruchten van oorlogen en aardbevingen op verschillende plaatsen.
‘Ja, het zal komen ten dage dat er grote verontreinigingen op het oppervlak der aarde zijn; er zullen moord en roof en leugen en bedrog en hoererij en allerlei gruwelen zijn; wanneer er velen zijn die zeggen: doe dit, of doe dat, en het doet er niet toe, want de Heer zal zulken ten laatsten dage ondersteunen. Maar wee hun, want zij bevinden zich in de gal van bitterheid en in de boeien der ongerechtigheid’ (Mormon 8:26–31).
President Ezra Taft Benson bevestigde dat het Boek van Mormon juist voor onze tijd van grote waarde is:
‘Het Boek van Mormon is voor onze tijd geschreven. God is de auteur van het boek. Het is een kroniek van een volk dat is uitgeroeid, samengesteld door geïnspireerde mensen tot zegen van deze tijd. Die mensen hebben het boek nooit gehad — het was voor ons bestemd. Mormon, de profeet van weleer naar wie het boek is genoemd, heeft eeuwen aan kronieken beknopt weergegeven. God, die zowel begin als einde kent, liet hem weten wat hij in zijn kroniek moest opnemen voor onze tijd’ (‘The Book of Mormon Is the Word of God’, Ensign, mei 1975, p. 63).
Hoe vaak zien we die kroniek niet hoofdzakelijk als de geschiedenis van een verdwenen volk, waarbij we over het hoofd zien dat de geïnspireerde chroniqueurs tot doel hadden ons tot Christus te brengen. De voornaamste schrijvers van het Boek van Mormon zagen het ook helemaal niet als een geschiedenisboek. Jakob heeft zelfs gezegd dat zijn broer Nephi hem geboden had ‘de geschiedenis van dit volk […] niet — of slechts oppervlakkig — [aan te roeren]’ (Jakob 1:2).
Elke keer als we het boek lezen kunnen we ons de vraag stellen: ‘Waarom hebben de schrijvers ervoor gekozen dit verhaal of deze gebeurtenis in de kroniek op te nemen? Welke waarde hebben ze nu voor ons?’
Uit het Boek van Mormon leren we onder andere wat de oorzaken en gevolgen zijn van oorlog en onder welke voorwaarden oorlog gerechtvaardigd is. Het bespreekt het kwaad en het gevaar van geheime verenigingen, die worden gevormd om macht en gewin te krijgen. Het geeft aan dat Satan echt bestaat en verwijst naar methoden die hij zoal aanwendt. Het adviseert ons omtrent het juiste gebruik van rijkdom. Het bespreekt de duidelijke en waardevolle waarheden van het evangelie en dat Jezus Christus als goddelijk wezen echt bestaat en zijn zoenoffer voor alle mensen heeft volbracht. Het licht ons in over de vergadering van het huis van Israël in de laatste dagen. Het bespreekt het doel en de beginselen van zendingswerk. Het waarschuwt ons voor hoogmoed, onverschilligheid, nalatigheid, de gevaren van verkeerde tradities, huichelarij en onzedelijkheid.
Nu is het aan ons om een studie te maken van het Boek van Mormon, bekend te raken met de beginselen die erin voorkomen en die op ons leven toe te passen.
Het Boek van Mormon begint met een magnifiek verhaal dat duidelijk maakt hoe belangrijk het is dat gezinnen de Schriften hebben en gebruiken. Lehi, een profeet en een vader, was gewaarschuwd dat er mensen waren die hem wilden ombrengen, omdat hij zich tegen hun goddeloosheid had uitgesproken. Hij kreeg de aanwijzing om met zijn gezin op de vlucht te gaan.
‘En het geschiedde dat hij de wildernis introk. En hij liet zijn huis en zijn erfland en zijn goud en zijn zilver en zijn waardevolle dingen achter, en nam niets mee, behalve zijn gezin en voorraad en tenten, en trok de wildernis in’ (1 Nephi 2:4).
Toen ze goed en wel op weg waren, kreeg Lehi een droom waarin de Heer bekendmaakte dat ze niet verder moesten trekken. Eerst moest er naar Jeruzalem worden teruggekeerd om de kroniek van hun vaders te halen, die was gegraveerd op platen van koper. Op deze platen stonden ook de woorden van de profeten en de geboden van God. De vier zoons van Lehi kregen de opdracht om terug te reizen en die kroniek te gaan halen.
Toen ze in Jeruzalem aankwamen, lootten ze wie er naar het huis van Laban zou gaan om te vragen of ze de koperen platen konden krijgen. Het lot viel op Laman. Hij ging naar Laban toe ‘en zie, het geschiedde dat Laban vertoornd was en hem uit zijn tegenwoordigheid wierp; en hij wilde niet dat hij de kronieken verkreeg. Daarom zeide hij tot hem: Zie, gij zijt een rover en ik zal u doden’ (1 Nephi 3:13). Laman rende voor zijn leven, maar wel zonder de koperen platen.
Wat mij opvalt aan deze eerste poging is dat de broers geen goed plan leken te hebben. Dat leert ons een belangrijke les die we kunnen toepassen op onze schriftstudie. Laten we onze studie van het Boek van Mormon serieus nemen door er een specifiek plan voor op te stellen.
In zijn artikel in de Ensign en Liahona heeft president Hinckley ‘de leden van de werk en aan al onze vrienden overal ter wereld een uitdaging [ge]geven om het Boek van Mormon te lezen of te herlezen.’ Toen stelde hij een plan voor om de uitdaging tot een goed einde te brengen: ‘Als u ruim anderhalf hoofdstuk per dag leest, heeft u het vóór het eind van het jaar uit’ (Liahona, augustus 2005, p. 6). Augustus en september zijn nu voltooid verleden tijd. Als we het plan van president Hinckley gevolgd hebben, zijn we nu in het boek Alma aan het lezen — ergens tussen het vierde en het twaalfde hoofdstuk. Ligt u voor of achter op het schema?
Toen het de eerste keer niet lukte om de koperen platen in handen te krijgen, wilden Nephi’s broers ermee kappen en terugkeren naar hun familie in de wildernis. Maar Nephi zei hun de moed niet op te geven en stelde een andere aanpak voor om de platen te krijgen: ‘Laten wij getrouw zijn in het onderhouden van de geboden des Heren; laten wij daarom naar het erfland van onze vader afdalen, want zie, hij heeft goud en zilver en allerlei rijkdommen achtergelaten. En dat alles heeft hij gedaan wegens de geboden des Heren. (…)
‘En het geschiedde dat wij bij Laban binnengingen en hem verzochten ons de kronieken te geven (…), waarvoor wij hem ons goud en ons zilver en al onze waardevolle bezittingen zouden geven’ (1 Nephi 3:16, 24).
Uit Nephi’s voorbeeld leren we dat de zegeningen van de Schriften veel waardevoller zijn dan bezittingen en andere zinnelijke bezigheden. Bevrediging van onze zinnen kan soms tijdelijk genot opleveren, maar geen blijvende vreugde en geluk. Als we ons laten leiden door wat de Geest wil, zullen de beloningen eeuwig zijn en ons de voldoening brengen naar waar we op zoek zijn in dit sterfelijke leven.
President Hinckley heeft ons aangemoedigd het Boek van Mormon te lezen om boven het wereldse uit te stijgen, om te genieten van het goddelijke. Hij heeft gezegd: ‘Zonder voorbehoud beloof ik u dat er een grotere mate van de Geest des Heren in uw huis zal komen indien u het Boek van Mormon met een gebed in uw hart leest, ook al heeft u het al vele malen gelezen. U zult zijn geboden met grotere vastberadenheid gehoorzamen, en u zult een sterker getuigenis ontvangen dat de Zoon leeft’ (Liahona, augustus 2005, p. 6). Die zegeningen zijn zoveel waardevoller dan aardse bezittingen.
Toen Nephi en zijn broers aanboden hun rijkdommen te ruilen voor de koperen platen, stal Laban niet alleen hun kostbaarheden, hij probeerde hen bovendien het leven te benemen. Tot op het bot ontmoedigd na weer een mislukte poging wilden Laman en Lemuël deze in hun ogen onmogelijke opdracht weer voor gezien houden. Nephi wilde echter van geen wijken weten, omdat hij zich had voorgenomen gehoorzaam te zijn aan het gebod van de Heer. Hij sprak als volgt op zijn broers in: ‘Laten wij nogmaals opgaan naar Jeruzalem, en laten wij getrouw zijn in het onderhouden van de geboden des Heren; want zie, Hij is machtiger dan de gehele aarde, waarom dan niet machtiger dan Laban en zijn vijftig, ja, of zelfs dan zijn tienduizenden?’ (Nephi 4:1.)
Het was tijd om de opdracht met geloof in de Heer te benaderen, waarna het verlangde resultaat niet lang uitbleef. Toen Nephi naar voren trad om de kroniek te bemachtigen, met de Geest aan zijn zijde, werd Laban hem in handen gegeven. Dankzij zijn geloof en gehoorzaamheid, wist Nephi de zegeningen van de Schriften voor zichzelf en zijn familie veilig te stellen. Nu zij de koperen platen eenmaal in hun bezit hadden, konden Nephi en zijn broers naar hun vader in de wildernis terugkeren en hun reis voortzetten.
Als we de uitdaging die president Hinckley ons heeft gegeven, met geloof benaderen, hebben we de zekere belofte van onze profeet dat we de zegeningen ontvangen die onze studie van het Boek van Mormon met zich meebrengt. We zullen er evenals Nephi en zijn familie achter komen dat de Schriften ‘begerenswaardig [zijn]; ja, zelfs van grote waarde voor ons’ (1 Nephi 5:21). We kunnen ook de zegening ontvangen die Moroni aan het eind van het Boek van Mormon heeft beloofd:
‘Ja, komt tot Christus en wordt vervolmaakt in Hem en onthoudt u van alle goddeloosheid; en indien gij u van alle goddeloosheid onthoudt en God liefhebt met al uw macht, verstand en kracht, dan is zijn genade u genoeg, opdat gij door zijn genade volmaakt kunt zijn in Christus; en indien gij door de genade Gods volmaakt zijt in Christus, kunt gij de macht Gods geenszins verloochenen’ (Moroni 10:32).
Dit jaar vieren we de tweehonderdste geboortedag van de profeet Joseph Smith. Het Boek van Mormon voorziet in het overtuigende bewijs van de bediening van de profeet Joseph en de herstelling van de Kerk van Jezus Christus. President Hinckley heeft in de laatste algemene aprilconferentie over het Boek van Mormon gezegd: ‘Het is een tastbaar ding dat we kunnen aanpakken, lezen en toetsen. (…) Ik zou denken dat de hele christelijke wereld het met open armen zou ontvangen en omarmen als een krachtig getuigenis. Het is nog zo’n grote, fundamentele bijdrage die de profeet [Joseph] als openbaring ontving.’ (‘De grote dingen die God heeft geopenbaard’, Liahona, mei 2005, p. 82)
Ik bid dat iedereen voor het einde van het jaar het Boek van Mormon heeft gelezen en daarmee gehoor geeft aan de uitdaging die onze huidige profeet, Gordon. B. Hinckley, ons heeft gegeven ter ere van de profeet van de herstelling, Joseph Smith. Mogen we een plan hebben dat we in geloof volgen om datgene wat oneindige en eeuwige waarde heeft te smaken en ervan vervuld te worden, ja, het woord Gods dat in het Boek van Mormon wordt gevonden. Dat is mijn nederig gebed in de naam van Jezus Christus. Amen.