2005
Houd goede moed en blijf getrouw in tegenspoed
Mei 2005


Houd goede moed en blijf getrouw in tegenspoed

Het evangelie van Jezus Christus geeft ons de kracht en het eeuwig perspectief om alles op ons pad met goede moed tegemoet te treden.

Hoe kunnen we in deze wereld vrede vinden? Hoe kunnen we tot het einde toe volharden? Hoe kunnen we onze problemen en beproevingen overwinnen?

De Heiland Jezus Christus heeft gezegd: ‘Dit heb Ik tot u gesproken, opdat gij in Mij vrede hebt. In de wereld lijdt gij verdrukking, maar houdt goede moed, Ik heb de wereld overwonnen.’1

Verdriet, pijn en teleurstelling maken deel uit van onze aardse proeftijd. Alleen in Jezus Christus kunnen we vrede vinden. Hij kan ons helpen om goede moed te houden en alle problemen van het leven te overwinnen.

Wat houdt het in om goede moed te hebben? Het betekent dat we hoop hebben, niet ontmoedigd raken, ons geloof niet verliezen en vreugdevol door het leven gaan: ‘De mensen zijn, opdat zij vreugde zullen hebben.’2 Het betekent dat we vol vertrouwen in het leven staan.

Het evangelie van Jezus Christus geeft ons de kracht en het eeuwig perspectief om alles op ons pad met goede moed tegemoet te treden. Maar we mogen de problemen die voor onze tijd geopenbaard zijn niet onderschatten.

Wat zijn enkele van die problemen? Hoe kunnen wij die onder ogen zien?

Enkele van die problemen zijn: gebrek aan hoop, gebrek aan liefde en gebrek aan gemoedsrust.

De profeet Moroni heeft gezegd: ‘En indien gij geen hoop hebt, moet gij u wel in wanhoop bevinden; en wanhoop komt door ongerechtigheid.’3 Voor velen zijn de komende jaren hopeloze jaren. Hoe groter de zonde, hoe groter de wanhoop.

De Heiland heeft gezegd: ‘En omdat de wetsverachting toeneemt, zal de liefde van de meesten verkillen.’4 Naarmate goddeloosheid toeneemt, verdwijnt de ware liefde. Daardoor zullen angst, onzekerheid en wanhoop toenemen!

Door middel van de profeet Joseph Smith heeft de Heer gezegd: ‘Ik (…) wil dat alle mensen zullen weten dat de dag spoedig komt (…) waarop vrede van de aarde zal worden weggenomen en de duivel macht zal hebben over zijn eigen rijk. En ook de Here zal macht hebben over zijn heiligen en zal in hun midden regeren.’5 Wij leven in een tijd dat de vrede van de aarde is weggenomen.

Aan de andere kant leven we in een prachtige tijd, een tijd waarin de Heer zijn priesterschap heeft hersteld. Het ware evangelie is hersteld. De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen is het koninkrijk van God op aarde! Wij bereiden mee de tijd voor dat de Heer Jezus Christus persoonlijk op aarde zal komen regeren.

Waarom moeten we beproevingen doorstaan?

De Heer maakt er geen geheim van dat Hij ons geloof en onze gehoorzaamheid zal beproeven. Hij zegt: ‘En wij zullen hen hiermee beproeven om te zien of zij alles zullen doen wat de Heer, hun God, hun ook zal gebieden.’6

En in het boek Prediker staat: ‘Alles is gelijk voor allen, eenzelfde lot treft de rechtvaardige en de goddeloze, de goede en de reine, alsook de onreine; (…) het gaat de goede evenals de zondaar (…) dat allen eenzelfde lot treft.’7 Het kan stormen in het leven van de man die zijn huis op de rots van het evangelie heeft gebouwd, net als in het leven van de dwaze man die zijn leven op wereldse zaken heeft gebouwd.8

Hoe moeten we op dergelijke beproevingen reageren?

De Heer heeft gezegd: ‘Indien iemand achter Mij wil komen, die verloochene zichzelf en neme dagelijks zijn kruis op en volge Mij.’9 Iedere dag moeten we ons kruis opnemen en voorwaarts gaan — en niet onze eeuwige reis van op een afstand bekijken.

Hoe kunnen we te weten komen of we beproefd worden dan wel of de Heer ons straft?

Beproevingen zijn kansen om te groeien. De Heer heeft gezegd: ‘Mijn volk moet worden beproefd in alle dingen, opdat zij erop voorbereid zullen zijn de heerlijkheid te ontvangen die Ik voor hen heb, ja, de heerlijkheid van Zion; en wie geen kastijding wil verdragen, is mijn koninkrijk niet waardig.’10

Als we beproefd worden, moeten we goed nadenken en ons afvragen: ‘Wat wil de Heer dat ik in deze situatie doe?’

De Heer sprak de volgende vertroostende woorden tot de profeet Joseph Smith: ‘Weet dan, mijn zoon, dat al deze dingen u ondervinding zullen geven en voor uw bestwil zullen zijn. De Zoon des Mensen is onder dat alles afgedaald. Zijt gij groter dan Hij?’11 Wij behoren iedere beproeving als een groeimogelijkheid te zien. Op een dag zullen we begrijpen waarom.

De Heer heeft gezegd: ‘Wie Ik liefheb, kastijd Ik ook, opdat hun zonden kunnen worden vergeven, want met de kastijding bereid Ik in alle dingen een weg voor hun bevrijding uit de verzoeking.’12 De Heer heeft eenieder van ons lief. Hij wil dat wij gelukkig zijn. Dat geluk krijgen we door ons geloof in Jezus Christus, door onze oprechte bekering, door onze gehoorzaamheid aan zijn geboden en als wij tot het einde toe volharden.

Soms denken we misschien dat de Heer onze gebeden niet hoort of verhoort. Op die momenten moeten we even stilstaan en overdenken wat we in ons leven hebben gedaan. Zo nodig moeten we ons leven in overeenstemming brengen met het evangelie van Jezus Christus. Door middel van de profeet Joseph Smith heeft de Heer geopenbaard:

‘Ik, de Heer, heb toegestaan dat de rampspoed waarmee zij zijn bezocht hen heeft getroffen, en wel ten gevolge van hun overtredingen. (…)

‘Zij waren traag om te luisteren naar de stem van de Heer, hun God; daarom is de Heer, hun God, traag om te luisteren naar hun gebeden, om ze te verhoren ten dage van hun moeilijkheden.

‘Ten dage van hun vrede vatten zij mijn raad lichtvaardig op; maar ten dage van hun moeilijkheden, zoeken zij noodgedwongen al tastend naar Mij.’13

Als we het oprechte verlangen hebben om in overeenstemming met de wil van de Heer te leven, staat Hij altijd klaar om onze lasten te verlichten.

Waardoor worden onze goede moed en hoop vernietigd?

Jezus Christus zei tegen de twaalf apostelen waardoor onze hoop vernietigd kan worden, en wij de moed kunnen opgeven: als wij aan verleidingen toegeven, ons niet verzetten tegen tegenspoed en beproevingen, vervolgingen niet doorstaan, de ‘zorg van de wereld’ vrezen, eerst naar rijkdom streven, de moed opgeven in plaats van te volharden, en valse profeten de kans geven om ons te misleiden.14

Waardoor krijgen we moed en hoop?

De uitnodiging van de Heer aan eenieder van ons luidt: ‘Komt tot Mij, allen, die vermoeid en belast zijt, en Ik zal u rust geven.’15 Jezus Christus heeft de macht om ons rust te geven van onze pijn en ons leed.

De profeet Mormon heeft gezegd:

‘Daarom, indien een mens geloof heeft, moet hij wel hoop hebben; want zonder geloof kan er geen hoop zijn. (…)

‘En indien een mens zachtmoedig en nederig van hart is en door de macht van de Heilige Geest belijdt dat Jezus de Christus is, moet hij wel naastenliefde hebben.’16

Als wij dagelijks geloof, zachtmoedigheid, naastenliefde en nederigheid hebben, en belijden dat Jezus de Christus is, en zijn verzoening aanvaarden, zullen we gezegend worden met de kracht en de hoop om de beproevingen en de pijn van het leven onder ogen te zien en te overwinnen.

Wat zijn enkele beloften die de Heer eenieder van ons geeft?

‘Weest goedsmoeds, kinderkens; want Ik ben in uw midden, en Ik heb u niet verlaten.’17

‘Weest goedsmoeds, want Ik zal u voortleiden. Van u is het koninkrijk en van u zijn de zegeningen daarvan, en van u zijn de rijkdommen der eeuwigheid.’18

En de profeet Ether heeft gezegd: ‘Daarom mag hij die in God gelooft met zekerheid hopen op een betere wereld, ja, zelfs een plaats ter rechterhand Gods, welke hoop voortvloeit uit geloof en een anker vormt voor de ziel der mensen.’19

God is onze Vader. Wij zijn zijn kinderen. Hij heeft ons lief. Hij wil dat wij in dit leven en in de eeuwigheid gelukkig zijn. Wij worden door een profeet van God geleid. Jezus is de Christus. Door middel van Hem kunnen we in deze wereld vrede vinden. In de naam van Jezus Christus. Amen.

Noten

  1. Johannes 16:33.

  2. 2 Nephi 2:25.

  3. Moroni 10:22.

  4. Matteüs 24:12.

  5. LV 1:35–36.

  6. Abraham 3:25.

  7. Prediker 9:2–3.

  8. Zie Matteüs 7:24–27.

  9. Lucas 9:23.

  10. LV 136:31.

  11. LV 122:7–8.

  12. LV 95:1.

  13. LV 101:2, 7–8.

  14. Zie Matteüs 13:19–23.

  15. Matteüs 11:28.

  16. Moroni 7:42, 44.

  17. LV 61:36.

  18. LV 78:18.

  19. Ether 12:4.