Hoofdstuk 44
De voorbereiding op de wederkomst van Jezus Christus
Wij geloven in de letterlijke wederkomst van de Heiland Jezus Christus. Hij is naar de hemel opgevaren en zal terugkomen om als Koning der koningen, en Here der heren op aarde te regeren:
Uit het leven van Joseph F. Smith
President Joseph F. Smith heeft altijd krachtig van de realiteit van de wederkomst van de Heiland getuigd. Hij heeft de heiligen aangemoedigd om de woorden van de profeten van God over de wederkomst te bestuderen, en zich door het naleven van hun verbonden op die gebeurtenis voor te bereiden. Hij heeft gezegd dat de kerk ‘een voorloper van de wederkomst van de Heiland’1 is, en de aarde op haar duizendjarige regering voorbereidt. De wederkomst van de Heiland ‘laat niet lang meer op zich wachten,’ zei president Smith, ‘want de tekens die aan zijn komst voorafgaan, zijn duidelijk waarneembaar.’ De andere leden van het Eerste Presidium en hij hebben de heiligen aangespoord om ‘in de vreze van Christus werkzaam te zijn, zodat we ons tijdens zijn komst bij Hem kunnen aansluiten. Want Hij zal in de wolken komen en zijn heiligen verlossen terwijl zijn engelen de aarde zullen oogsten en van zonde reinigen.’2
In een geest van vreugde en hoop heeft president Smith gezegd: ‘De wolken van duisternis die het christendom eeuwenlang hebben overschaduwd, beginnen nu op te trekken. Er is een duidelijk vooruitzicht op de snelle komst van het millennium dat door alle geïnspireerde profeten vanouds is geopenbaard. Wij feliciteren de hele wereld met de helderheid en heerlijkheid van die op handen zijnde dag, en de tekens daarvan op de hele aarde.’3
Leringen van Joseph F. Smith
Gods profeten hebben de tekens van de wederkomst van Christus voorspeld
Met betrekking tot (…) de oordelen van God die op het punt staan over de wereld te worden uitgesproken, als de mensen (…) de voorspellingen van de profeten willen lezen, vooral die van de engel Moroni toen hij aan het begin van deze bedeling met de profeet Joseph Smith sprak, denk ik dat zij ervan overtuigd zullen zijn, als ze tenminste voldoende geloof hebben, dat deze oordelen geen vage speculaties en veronderstellingen zijn, en niet alleen overgeleverde tradities, maar dat het een feit is dat God zijn plan voor de goddelozen zal uitvoeren. Want niet alleen profeten en geïnspireerde mannen hebben dit verklaard, maar ook de Heer zelf en bij monde van hemelse boodschappers, vroeger en in deze tijd.
De engel Moroni, die op 21 september 1823 Joseph Smith bezocht, heeft met betrekking tot deze oordelen de Schriften aangehaald, en gezegd dat de voorspellingen van de profeten nog niet in vervulling waren gegaan, maar dat dit in deze bedeling zou gebeuren. Die dag van de Heer is nabij, ja, voor de deur. Ik wil graag uw aandacht op het derde hoofdstuk van Maleachi vestigen: ‘Zie, Ik zend mijn bode, die voor mijn aangezicht de weg bereiden zal’ enzovoorts. ‘Doch wie kan de dag van zijn komst verdragen, en wie zal bestaan, als Hij verschijnt? Want Hij zal zijn als het vuur van de smelter en als het loog van de blekers. Hij zal zitten, het zilver smeltend en reinigend’ enzovoorts. ‘Ik zal tot u ten gerichte naderen; Ik zal een snelle aanklager zijn tegen de tovenaars, tegen de echtbrekers, tegen de meinedigen, tegen hen die het loon van de dagloner drukken, weduwe en wees verdrukken, en de vreemdeling terzijde dringen, maar Mij niet vrezen, zegt de Here der heerscharen’ [Maleachi 3:1–3; 5].
En nu uit het vierde hoofdstuk van Maleachi – ook door Moroni aangehaald: ‘Want zie, de dag komt, brandend als een oven! Dan zullen alle overmoedigen en allen die goddeloosheid bedrijven, zijn als stoppels, en de dag die komt, zal hen in brand steken – zegt de Here der heerscharen – welke hun wortel noch tak zal overlaten’ [Maleachi 4:1]. En ook heeft Moroni het elfde hoofdstuk van Jesaja aangehaald: ‘Want hij zal de geringen in gerechtigheid richten en over de ootmoedigen des lands in billijkheid rechtspreken, maar hij zal de aarde slaan met de roede zijns monds en met de adem zijner lippen de goddeloze doden’ [Jesaja 11:4].
En uit Handelingen 3 heeft Moroni letterlijk de verzen 22 en 23 geciteerd: ‘De Here God zal u een profeet doen opstaan (…) naar hem zult gij horen in alles wat hij tot u spreken zal; en het zal geschieden, dat alle ziel, die naar deze profeet niet hoort, uit het volk zal worden uitgeroeid.’ Dat is harde en directe taal. Moroni heeft gezegd dat met deze profeet Christus tijdens zijn wederkomst wordt bedoeld, en dat deze profetie nog niet vervuld was. Deze profetie zou tijdens de letterlijke wederkomst van de Zoon des mensen worden vervuld, als Hij op aarde komt regeren en de oordelen over de wereld uitspreekt. Moroni heeft ook Joël 2:28-32 aangehaald en verklaard dat ook deze tekst binnen afzienbare tijd zou worden vervuld: ‘Ik zal wonderen geven in de hemel en op de aarde, bloed en vuur en rookzuilen (…) En het zal geschieden, dat ieder die de naam des Heren aanroept, behouden zal worden, want op de berg Sion en te Jeruzalem zal ontkoming zijn, zoals de Here gezegd heeft; en tot de ontkomenen zullen zij behoren, die de Here zal roepen’ [zie ook Geschiedenis van Joseph Smith 1:36–41].
Ik denk niet dat de belangen van dit essentiële onderwerp verloren raken in het feit dat we niet uitsluitend aan de tradities van onze voorouders en het geschreven woord zijn overgeleverd, of aan andere onzekere middelen om deze voorspellingen te bevestigen. Maar onze belangstelling moet worden opgewekt uit het feit dat een engel uit de hemel, een daadwerkelijke boodschapper van God, deze voorspellingen aan de mens op aarde in deze bedeling heeft bevestigd.
Van sommige teksten uit de Schriften die door de engel werden aangehaald, werd gedacht dat ze vroeger, in de tijd van de oude profeten, al in vervulling waren gegaan. Dus de wereld verwachtte ze niet meer. Alle onzekerheid over dit onderwerp is nu echter uit de wereld geholpen, en de waarheid is nu voor iedereen duidelijk. Want Moroni verklaarde aan Joseph Smith dat deze teksten nog niet waren vervuld, maar dat de vastgestelde tijd van hun volledige vervulling was aangebroken. Ook de komst van Christus, de uitvoering van alle oordelen, en de inluiding van de uiteindelijke periode van vrede, zouden in deze laatste bedeling worden vervuld. De machten van de goddeloze volken zullen worden uiteengeslagen. Koninkrijken zullen vergaan terwijl Zion zal verrijzen en haar prachtgewaden aantrekken. Zij zal worden bekleed met macht, wijsheid, heerlijkheid en heerschappij over de aarde. Babylon zal vallen om nooit meer op te staan.4
De rechtvaardigen zullen de tekens herkennen en zich op de wederkomst voorbereiden
De vele vulkaanuitbarstingen, aardbevingen en vloedgolven die hebben plaatsgevonden (…) zijn tekens waarvan de Heiland heeft gezegd dat ze aan zijn wederkomst vooraf zouden gaan. Hoewel Hij heeft gezegd dat zijn wederkomst als een dief in de nacht zal komen, heeft Hij ons toch bepaalde tekens gegeven die zijn komst net zo duidelijk aangeven als de bomen in de knop die de komst van de zomer aankondigen. De verstandige en wijze mensen zullen aan de waarschuwing gehoor geven en zich voorbereiden, zodat zij niet verrast zullen worden. Een van de belangrijke tekens is het feit dat het evangelie ook aan de armen wordt gepredikt, als getuige aan alle landen.5
De heiligen der laatste dagen (…) geloven in de heilige Schriften, dat rampen aan de wederkomst van de Heiland voorafgaan. Zij geloven dat het vuur, de aardbeving, de vloedgolf, de vulkaanuitbarsting en de storm door God geleid worden. Zij herkennen Hem als de Meester en Heerser over de natuur en haar wetten. Zij erkennen in alles zijn hand. Wij geloven dat zijn oordelen over de mensheid worden uitgestort om een gevoel van zijn macht en zijn doelen te bewerkstelligen, in de hoop dat de mens zich van zijn zonden zal bekeren en zich zal voorbereiden op de wederkomst van Christus die in rechtschapenheid op aarde zal regeren.
Wij geloven oprecht dat Zion - de reinen van hart - aan deze oordelen zal ontsnappen als zij alles doet wat God haar heeft geboden. Maar als ze dat niet doet, zal ook Zion bezocht worden ‘met hevige smart, met pestilentie, met plagen, met het zwaard, met wraak, en met verterend vuur’ (Leer en Verbonden 97:26). Dit alles opdat haar volk in licht en waarheid zal wandelen op de weg die God voor hun eeuwig heil heeft bestemd.
Wij geloven dat deze ernstige natuurrampen door de Heer voor het welzijn van zijn kinderen worden gegeven, om hun toewijding aan anderen te stimuleren, en om hun goede eigenschappen aan de oppervlakte te brengen, zodat zij Hem zullen liefhebben en dienen. Wij geloven ook dat zij de voorboden van zijn uiteindelijke oordeel zullen zijn, de leerkrachten die het volk moeten vertellen dat zij zich door rechtschapen te leven op de wederkomst van de Heiland moeten voorbereiden. Hij zal op aarde regeren, en iedere knie zal buigen en elke tong belijden dat Jezus de Christus is.
Als deze lessen ons en alle mensen in het land duidelijk worden, zal het leed, het verlies van een leven, hoe bedroevend en verschrikkelijk dan ook, niet voor niets zijn geweest.6
Ik (…) getuig dat als de heiligen der laatste dagen hun godsdienst niet naleven, hun verbonden met God en hun medemens niet nakomen, hun priesterschap niet eren, en zich niet gewillig aan de wetten van God onderwerpen, zij de eersten zullen zijn die onder het oordeel van de Almachtige zullen vallen. Zijn oordelen beginnen namelijk eerst bij de zijnen.
Alle mensen die door de doop een verbond met de Heer hebben gesloten, en dat verbond hebben verbroken, die heiligen beweren te zijn en dat niet zijn, maar zondaars zijn die hun verbond verbreken en aan de zonden van Babylon deelnemen, zullen wel degelijk hun plagen ontvangen. Er staat geschreven dat de rechtvaardigen nauwelijks zullen ontsnappen. [Zie Openbaring 18:4; LV 63:34.] Dat is mijn getuigenis. We vertrouwen op het woord van de Heer, en niet op het woord van een mens. Want niet alleen engelen, maar ook God zelf heeft in deze tijd uit de hemel gesproken. En we weten dat zijn woord waar is.
Ik bid dat wij ons als mensen niet alleen op de oordelen voorbereiden, maar vooral op de geweldige komst van onze Heer, opdat wij mogen ontsnappen aan de rampen die over de goddelozen zullen worden uitgestort. Ik hoop dat wij als trouwe dienstknechten mogen worden ontvangen, in staat om in de tegenwoordigheid van de Heer in zijn koninkrijk te verkeren.7
We horen over zware tijden. We leven nu in zware tijden, maar ik voel de kwelling van die ellende niet. Ik heb er geen last van. Ik probeer zodanig te leven dat ik er geen last van heb. Ik probeer zo door het leven te gaan dat ik immuun voor het kwaad in de wereld ben. Ik hoop dat ik in gehoorzaamheid aan de geboden en wetten van God kan leven. Het maakt niet uit wat er met me gebeurt als ik mijn plicht doe, als ik in overeenstemming met God leef, als ik het gezelschap van mijn broeders waardig ben, als ik mezelf onbesmet van de wereld kan bewaren, zonder onvolkomenheden, zonder overtredingen van de wetten van God. Als ik mezelf in die situatie en gemoedstoestand bevind, ben ik altijd voorbereid. Dan maakt het allemaal niets uit. Daarom maak ik me helemaal geen zorgen, en ben ik niet bang.
De hand van de Heer is overal, en ik erken die hand ook als zodanig. Niet dat die hand te herkennen is als mensen een oorlog beginnen, als landen elkaar proberen te vernietigen, of als mensen de vrijheid van hun medemensen proberen te beperken. In die gevallen zeker niet. Maar de hand van de Heer is zeker niet verkort. Hij zal de resultaten onder controle houden. Hij zal ze ten goede overheersen, op een manier die u en ik op dit moment niet kunnen begrijpen.8
Gehoorzaamheid aan het evangelie zal de wereld op de komst van de Heiland voorbereiden
Gehoorzaamheid aan het evangelie zal de wereld van zonde redden, van oorlogen, van conflicten en rechtszaken. Het millennium zal erdoor worden ingeluid. De aarde zal aan haar rechtmatige eigenaar worden teruggegeven, en op de komst van de rechtvaardigen voorbereid. Dit zijn allemaal beginselen van het evangelie van Christus, en gevolgen die uit de aanvaarding door de mensen voortkomen.9
Het evangelie is onze redding. Zonder het evangelie is niets de moeite waard. We zijn naakt op deze aarde gekomen en we zullen haar in dezelfde staat verlaten. Ook al zouden we de halve wereld bezitten, ons leven kunnen we er niet door verlengen, en we kunnen het eeuwige leven er niet mee kopen. Maar door het evangelie worden de mensen nederig, getrouw, eerlijk, en rechtschapen ten opzichte van de Heer en ten opzichte van elkaar. Naarmate de beginselen worden toegepast, zullen de vrede en de rechtschapenheid toenemen en op de aarde worden gevestigd. Dan zullen de zonden, de conflicten, het bloedvergieten en alle soorten corruptie ophouden te bestaan. Dan zal de aarde worden gereinigd en als woonplaats voor hemelse wezens worden bereid; en voor de Heer onze God die tijdens het millennium op aarde zal wonen.10
De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen (…) beschouwt het als een onderdeel van haar zending om de letterlijke en geweldige wederkomst van de Zoon van God op aarde voor te bereiden, die komt om te regeren en onder zijn volk te wonen. Als onderdeel van die voorbereiding zal Israël, dat al zolang over de wereld verspreid is, vergaderd worden in het beloofde land dat aan hun voorouders is beloofd (…).
(…) Zij die het evangelie op deze wereld hebben aanvaard (…) zullen meewerken aan het werk van God. Zij zullen met Hem samenwerken om niet alleen hun eigen eeuwige heil tot stand te brengen, maar het heil van heel Israël en alle andere volken die het evangelie aanvaarden. Zij zullen de oude profetieën in vervulling doen gaan. Jesaja heeft hen en hun werken door inspiratie van God mogen aanschouwen. Hij riep uit: ‘En het zal geschieden in het laatste der dagen: dan zal de berg van het huis des Heren vaststaan als de hoogste der bergen, en hij zal verheven zijn boven de heuvelen. En alle volkeren zullen derwaarts heenstromen’ (Jesaja 2:2; zie ook vers 3). Ook Jeremia heeft over hen gesproken toen hij de belofte van God aan Israël herhaalde die in de laatste dagen vervuld zou worden: ‘Ik zal u nemen, één uit een stad en twee uit een geslacht, en u brengen te Sion, en Ik zal u herders naar mijn hart geven, die u zullen weiden met kennis en verstand’ (Jeremia 3:14-15).11
De Heer (…) heeft een bevel uitgevaardigd waarin Hij heeft gezegd dat zijn volk zich moet realiseren dat zij vanaf dat moment over hun vijanden moesten zegevieren. Als zij acht slaan op al Gods woorden die Hij hun heeft gegeven, zullen zij over hun vijanden zegevieren - niet door geweld of door de geest van twist of oorlog, maar door de macht van de eeuwige waarheid, de macht van de almachtige God (…) De toegenomen macht van de rechtvaardigen en van het verbondsvolk van God moet nog verder worden vergroot, totdat de wereld zal buigen en erkennen dat Jezus de Christus is, en dat er een volk is dat zijn wederkomst in alle glorie en macht aan het voorbereiden is [zie LV 103:5–8].12
De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen is geen politieke kerk en is geen sekte. Het is De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen. Het is momenteel de enige kerk op aarde die gerechtigd is om de naam van Jezus Christus en zijn bevoegdheid te dragen. Ik verklaar dit in alle eenvoud en eerlijkheid aan u en aan de hele wereld. En dat klinkt misschien bitter in de oren van onze tegenstanders die geen reden hebben om onze tegenstanders te zijn. Het is niettemin waar en zal de waarheid blijven totdat Hij die het recht heeft om onder de kinderen van God op aarde te regeren zal komen om die regering op zich te nemen en de bruid zal ontvangen die op de komst van de bruidegom is voorbereid.13
Studiesuggesties
-
Waarom is het voor ons belangrijk dat de profeten van God Vroeger en in deze tijd’ de wederkomst van de Heiland hebben voorspeld?
-
Waarom hebben we de tekens van de wederkomst gekregen? Wie zal deze tekens herkennen? Hoe kunnen we de informatie over die tekens in ons leven toepassen?
-
In hoeverre zijn natuurrampen cvoor het welzijn van [Gods] kinderen’? Hoe moeten we reageren als we erdoor getroffen worden?
-
Wat moeten we doen om te ‘ontsnappen aan de rampen die over de goddelozen zullen worden uitgestort’?
-
Welke zegeningen zouden over de wereld worden uitgestort als alle mensen de beginselen van het evangelie zouden naleven?
-
Op welk manier zal God de resultaten van het kwaad ‘ten goede overheersen’?
-
Hoe zullen de heiligen uiteindelijk over al hun vijanden zegevieren?
-
Waarom is de wederkomst zowel een ‘grote’ als een ‘verschrikkelijke’ dag? (LV 110:16.)
-
Wat kunnen wij doen om de wereld op de wederkomst van de Heiland voor te bereiden?