‘Les 20 Leerkrachtenmateriaal: Mijn plek in de kudde van de goede Herder vinden’, Jezus Christus en zijn eeuwige evangelie – leerkrachtenmateriaal (2023)
‘Les 20 Leerkrachtenmateriaal’, Jezus Christus en zijn eeuwige evangelie – leerkrachtenmateriaal
Les 20 Leerkrachtenmateriaal
Mijn plek in de kudde van de goede Herder vinden
Ouderling Gerrit W. Gong heeft gezegd dat de goede Herder ‘ons [zoekt] en vergadert’ en ‘ons in liefde [leert] bedienen’. (‘Goede Herder, Lam Gods’, Liahona, mei 2019, 97.) In deze les bespreken de cursisten hoe belangrijk het is om te weten dat de goede Herder voor alle mensen zorgt. De cursisten leren ook hoe belangrijk het is om een herdershart te ontwikkelen, zodat ze de Heer kunnen helpen om zijn verloren schapen te zoeken en terug te brengen.
Lessuggesties
Jezus Christus is de goede Herder.
U kunt aan het begin van de les de bijgaande afbeeldingen van herders en schapen laten zien.
Bespreek kort het verschil tussen een herder en een huurling (zie sectie 1 van het voorbereidend materiaal). U kunt ook ‘Lesson 16: New Testament Customs – Shepherd and Sheepfold’ (1:20) bekijken en bespreken.
Het kan nuttig zijn om ook de afbeelding van Jezus Christus als de goede Herder aan het begin van het voorbereidend studiemateriaal te laten zien, en de volgende onvolledige uitspraak op het bord te schrijven: De goede Herder …
Laat de cursisten Johannes 10:11, 14–16; Psalmen 23:1–4; 3 Nephi 18:28–31 nog eens met een studiepartner of in groepjes doornemen, en bedenken hoe ze de uitspraak op het bord kunnen aanvullen. Als u ze de tijd hebt gegeven om dit in groepjes te bespreken, kunt u enkele cursisten hun volledige uitspraak op het bord laten zetten. Hun uitspraken kunnen waarheden als de volgende bevatten: De goede Herder legt zijn leven voor zijn schapen neer. De goede Herder kent en telt al zijn schapen. De goede Herder verzorgt, leidt en beschermt zijn schapen.
Als de cursisten waarheden over de goede Herder vinden, overweeg dan welke van de volgende vragen u kunt stellen om ze te helpen meer liefde en waardering voor Hem te ontwikkelen:
-
Waarom is het belangrijk om te begrijpen dat de Heiland zijn volgelingen kent en telt? Wat denk en voel je als je bedenkt dat de goede Herder zijn leven voor ieder van ons heeft gegeven?
U kunt de cursisten een van de uitdrukkingen in Psalmen 23:1–4 laten kiezen (bijvoorbeeld ‘grazige weiden’, ‘stille wateren’, ‘verkwikt mijn ziel’, ‘het spoor van de gerechtigheid’ of ‘Uw stok en Uw staf, die vertroosten mij’), en ze vragen wat we van die uitdrukkingen over de goede Herder kunnen leren.
-
Hoe heb jij de liefde en zorg van de goede Herder voor jou gevoeld? Hoe heeft Hij je geholpen toen je het moeilijk had?
U kunt de lofzang ‘De Heer is mijn Herder’ (Lofzangen, nr. 76) lezen, zingen of beluisteren. (U zou ook de tekst van de lofzang kunnen tonen.) Laat de cursisten denken aan momenten waarop de Heer over ze heeft gewaakt.
De goede Herder nodigt alle mensen in zijn kudde uit.
U zou een afbeelding van Petrus en de Heiland (zie sectie 2 van het voorbereidend materiaal) op de oever van de zee van Galilea kunnen tonen, en een cursist vragen wat er hier gebeurt. Het kan nuttig zijn om Johannes 21:15–17 te lezen en de volgende vraag te bespreken:
-
Wat vind je belangrijk aan de boodschap van de Heiland aan Petrus? (U kunt het volgende beginsel op het bord zetten: Wij tonen onze liefde voor de Heiland door zijn schapen te hoeden.)
U zou het citaat van president Bonnie H. Cordon in sectie 2 van het voorbereidend materiaal nog eens met de cursisten door kunnen nemen.
-
Wat denk je dat het betekent om een ‘herdershart’ te hebben?
U zou het volgende, of een eigen scenario, kunnen geven om een klassikale bespreking op gang te brengen:
Vraag enkele cursisten wat ze tegen Jake zouden zeggen. U kunt tijdens de bespreking een of meer van de volgende vragen stellen:
-
Wat zou het in deze situatie betekenen om een herdershart te hebben?
-
Wat heeft de gelijkenis van het verloren schaap met dit scenario te maken? (U zou Lukas 15:4–7 en het citaat van ouderling Gary E. Stevenson in sectie 2 van het voorbereidend materiaal nog eens door kunnen nemen.)
-
Hoe kunnen wij zoal ‘verloren schapen’ worden? Als je je verloren hebt gevoeld, hoe hebben anderen je dan geholpen om terug te komen? Als je je op dit moment verloren voelt, wat wil je dan het liefst dat andere kerkleden doen? (Als uw cursisten er iets aan hebben, kunt u ze groepjes laten vormen en in sectie 3 van het voorbereidend materiaal laten zoeken naar beginselen die iemand kunnen helpen om zich meer thuis te voelen in zijn of haar wijk of gemeente.)
-
Wat heb je over de Heiland geleerd door contact te zoeken met mensen die verloren zijn of het gevoel hebben dat ze er niet bij horen?
Geef de cursisten even de tijd om te bedenken hoe ze iemand het gevoel kunnen geven dat hij of zij gewaardeerd wordt, hij of zij nodig is, en dat ze bij de kudde van de Heer horen. Moedig de cursisten aan om hun ingevingen op te schrijven en ernaar te handelen.
Tot slot kunt u uw eigen gevoelens voor de goede Herder delen, of een cursist vragen om dit te doen.
Voor de volgende keer
U kunt de cursisten gedurende de week het volgende, of een eigen bericht, sturen: Overweeg om ‘Hoor Hem: luister naar de stem van Jezus Christus’ (1:47) te bekijken. Bedenk bij je studie van les 21 wat je dagelijks doet of zou kunnen doen om de stem van de Heer te horen.