‘Les 25 Leerkrachtenmateriaal: Een trouwe discipel van Jezus Christus leren zijn’, Jezus Christus en zijn eeuwige evangelie – leerkrachtenmateriaal (2023)
‘Les 25 Leerkrachtenmateriaal’, Jezus Christus en zijn eeuwige evangelie – leerkrachtenmateriaal
Les 25 Leerkrachtenmateriaal
Een trouwe discipel van Jezus Christus leren zijn
Het is elke inspanning waard om een trouwe discipel van Jezus Christus te zijn, omdat ‘zijn weg het pad [is] dat leidt tot geluk in dit leven en tot het eeuwige leven in de wereld hierna.’ (‘De levende Christus: het getuigenis van de apostelen’, ChurchofJesusChrist.org.) In deze les stellen de cursisten vast wat de Heer van zijn discipelen verwacht. Ze overwegen ook hoe ze meer toegewijd en trouw als discipel van Jezus Christus kunnen zijn.
Lessuggesties
Jezus Christus nodigt ons uit om zijn discipelen te zijn.
U zou een afbeelding kunnen laten zien, waarop Jezus de voeten van zijn discipelen wast, en een of twee cursisten vragen hoe ze het zouden vinden als de Heiland hun voeten waste.
U kunt de volgende vragen tonen en de cursisten vragen om er even over na te denken:
-
Wat kan ik over de eigenschappen van de Heiland leren, uit de manier waarop Hij met zijn apostelen omging? Hoe kan ik mij die christelijke eigenschappen eigen maken?
Leg uit dat we onszelf dit soort vragen kunnen stellen om betere discipelen van Jezus Christus te worden. Een discipel van Christus is iemand die de Heiland volgt en zijn leringen naleeft (zie Leer en Verbonden 41:5). Nadat de Heiland de voeten van zijn apostelen had gewassen, leerde Hij ze meer over discipelschap.
Laat de cursisten Johannes 13:14–17, 34–35; 14:15 nog eens doornemen en de volgende zin aanvullen: Een discipel van Jezus Christus …
Vraag enkele cursisten om hun volledige zin op te lezen. Enkele voorbeelden van aanvullingen: ‘dient anderen’, ‘houdt van anderen’ en ‘onderhoudt zijn geboden’. U kunt daarbij ook vervolgvragen stellen, zoals:
-
Wie uit de Schriften of in je omgeving is een voorbeeld van dit soort discipelschap? Wat voor invloed heeft zijn of haar voorbeeld op jou gehad?
U kunt de volgende zelfevaluatie tonen, of een kopie ervan aan de cursisten verstrekken.
Als de cursisten voldoende tijd hebben gehad om hun antwoorden op te schrijven, laat u ze even overdenken wat ze uit deze zelfevaluatie leren.
Vertel de cursisten dat de Heiland een rijke jongeman uitnodigde om zijn eigen zelfevaluatie te doen. Laat een cursist het verhaal van deze jongeman samenvatten (zie sectie 2 van het voorbereidend materiaal), of bekijk ‘Christ and the Rich Young Ruler’ (2:26).
-
Wat is het belang van de vraag ‘Wat ontbreekt mij nog?’ (Mattheüs 19:20.) Waarom is het belangrijk dat alle discipelen van Jezus Christus zich deze vraag stellen?
Laat de cursisten Markus 10:21 lezen en nagaan hoe Markus de gevoelens van de Heiland voor deze rijke jongeman beschreef.
-
Hoe kan het jou helpen om de liefde van de Heiland te voelen als je ontdekt dat je iets moet veranderen?
-
Wat houdt het in om je ‘kruis op [te nemen]’ en Jezus Christus te volgen? (U kunt de Bijbelvertaling van Joseph Smith, Mattheüs 16:25–26 en het citaat van ouderling Ulisses Soares uit sectie 2 van het voorbereidend materiaal nog eens doornemen.)
U kunt de cursisten daarna het citaat van ouderling Larry R. Lawrence in sectie 2 van het voorbereidend studiemateriaal nog eens door laten nemen. Toon vervolgens de volgende vragen en laat de cursisten hun gedachten over de vraag die zij het relevantst vinden, opschrijven:
-
Wat weerhoudt je ervan om geestelijke vooruitgang te maken?
-
Hoe kun je aan de Heer laten zien dat je het verlangen hebt om je kruis op te nemen en Hem te volgen?
-
Is er iets wat je nu moet opofferen om een betere discipel van Jezus Christus te zijn?
De Heer sterkt zijn discipelen.
U kunt het volgende citaat van president James E. Faust tonen en de cursisten laten nagaan welke zegeningen worden beloofd aan mensen die gewillig zijn de prijs van het discipelschap te betalen:
Velen vinden de prijs van het discipelschap te hoog en te zwaar. Sommigen moeten er te veel voor opgeven. Maar het kruis is niet zo zwaar als het lijkt. Door gehoorzaamheid krijgen we veel meer kracht om het te dragen.
‘Kom naar Mij toe, allen die vermoeid en belast zijn, en Ik zal u rust geven.
Neem Mijn juk op u, en leer van Mij dat Ik zachtmoedig ben en nederig van hart; en u zult rust vinden voor uw ziel;
want Mijn juk is zacht en Mijn last is licht’ (Mattheüs 11:28–30). (James E. Faust, ‘Discipelschap’, Liahona, november 2006, 22.)
U kunt de cursisten met een studiepartner of in groepjes Romeinen 8:16–18, 28, 35, 38–39 nog eens door laten nemen. Laat hen waarheden opzoeken die kunnen helpen als hun discipelschap moeilijk wordt. (De cursisten kunnen waarheden als de volgende vinden: Als we trouwe discipelen zijn, kunnen we mede-erfgenamen van Jezus Christus worden, en met Hem worden verheerlijkt. Als we God liefhebben, werken alle dingen ten goede voor ons mee.)
Als de cursisten de waarheden opnoemen die ze hebben gevonden, zou u de volgende vragen kunnen stellen:
-
Hoe kan ons geloof dat we mede-erfgenaam van Jezus Christus kunnen worden, ons helpen om een getrouw discipel te blijven? (U kunt 2 Nephi 9:18 nog eens doornemen. U moet er mogelijk op wijzen dat een mede-erfgenaam een gelijke erfenis met een ander ontvangt [zie Leer en Verbonden 76:50, 55–59; 84:38].)
-
Hoe heeft jouw liefde voor God en zijn liefde voor jou je steun geboden, toen het pad van het discipelschap moeilijk was?
U kunt de les eindigen met uw getuigenis van de beginselen van discipelschap die u klassikaal hebt besproken. U kunt ook ‘Living the Gospel Joyful’ (1:40) met president Dieter F. Uchtdorf, destijds lid van het Eerste Presidium, bekijken.
Voor de volgende keer
Om de cursisten aan te moedigen voorafgaand aan de volgende les het voorbereidend materiaal te lezen, kunt u ze een korte boodschap over christelijke eigenschappen sturen, zoals: Om meer uit je studie van het voorbereidend materiaal van les 26 te halen, kun je ‘Christlike Attributes’ (2:53) bekijken.