“Hoofdstuk 19: De wederkomst van Jezus Christus: februari–maart 1831,” Verhalen uit de Leer en Verbonden (2002), 70–76 “Hoofdstuk 19,” Verhalen uit de Leer en Verbonden, 70–76 Hoofdstuk 19 De wederkomst van Jezus Christus (februari–maart 1831) Sommige mensen in Kirtland (Ohio) vertelden leugens over de heiligen. Deze mensen wilden niets van het evangelie weten. LV 45: inleidende tekst Jezus vertelde Joseph Smith dat Hij spoedig weer naar de aarde zou komen. Voordat Hij komt moet iedereen op aarde het evangelie gehoord hebben. De heiligen moeten hard werken om het evangelie te onderwijzen. Zij behoren goede zendelingen te zijn. LV 43: inleidende tekst, 20, 45 Toen Jezus op aarde leefde, vertelde Hij zijn apostelen wat er zou gebeuren voordat Hij weer zou komen. LV 45:16 Jezus vertelde zijn apostelen dat de tempel in Jeruzalem vernield zou worden. De joden zouden in andere landen moeten gaan leven. Vele joden zouden gedood worden. Er zouden vele oorlogen zijn. De mensen zouden niet van elkaar houden. De ware kerk zou een tijd lang niet meer op aarde zijn. LV 45:17–24, 27 Dan zou onze Hemelse Vader de ware kerk op aarde herstellen. Het evangelie van Jezus Christus zou als een licht zijn in de duisternis. LV 45:28 Vele dingen waarover Jezus toen sprak zijn al gebeurd. Hij vertelde over andere dingen die nog zullen gebeuren. Veel mensen zullen met elkaar vechten. Vele mensen zullen ziek worden. Er zullen aardbevingen zijn. De zon zal geen licht meer geven. De maan zal als bloed zijn. Sterren zullen vallen. LV 45:26, 29, 31, 33, 42 Wanneer deze dingen gebeuren zullen de rechtvaardige mensen weten dat Jezus spoedig zal komen. Zij zullen blij zijn dat Hij komt. Vele joden gaan dan terug naar Jeruzalem. Zij zullen het evangelie horen. LV 45:25, 38–39 Rechtvaardige heiligen zullen de nieuwe stad Zion bouwen. Zij zullen veilig zijn in Zion. Zij zullen niet met elkaar vechten. Zij zullen gelukkig zijn. Zij zullen gezangen van vreugde zingen. Slechte mensen kunnen niet naar Zion gaan. LV 45:65–71 Jezus zal weer naar de aarde komen. De rechtvaardige mensen zullen Hem zien. Hij zal komen in een heldere wolk. Alle rechtvaardige mensen die voor die tijd zijn gestorven worden dan opgewekt. Zij zullen Jezus tegemoet gaan in de wolken. Zij zullen met Hem naar de aarde komen. LV 45:44–46 Jezus zal naar Jeruzalem komen. Hij zal daar op een berg staan. De berg zal in tweeën splijten. De aarde zal beven. De hemelen zullen beven. De slechte mensen worden vernietigd. LV 45:48–50 De mensen in Jeruzalem zullen Jezus zien. Zij zullen Hem vragen: „Wat zijn deze wonden in Uw handen en in Uw voeten?” Hij zal antwoorden: „Ik ben Jezus, die werd gekruisigd. Ik ben de Zoon van God.” Dan zullen de mensen wenen. Zij zullen bedroefd zijn omdat Jezus gekruisigd werd. LV 45:51–53 Rechtvaardige mensen zullen erg blij zijn Jezus te zien. De hele aarde zal van Hem zijn. Zij zullen satan niet toestaan hen te verleiden. Zij zullen sterk zijn. Zij zullen vele kinderen hebben. Hun kinderen zullen opgroeien en God gehoorzamen. Jezus zal 1.000 jaar lang met de rechtvaardige mensen leven. Hij zal hun koning zijn. LV 45:56–59 Jezus gaf Joseph Smith de opdracht zendelingen uit te zenden om iedereen over zijn wederkomst te vertellen. Hij zei dat de heiligen zich moesten voorbereiden. Zij moesten bidden en vasten. Zij moesten elkaar de geboden onderwijzen. LV 43:19-21; 88:77 Jezus zei dat de heiligen moesten proberen dicht bij Hem te leven. Dan zou Hij dicht bij hen zijn. Als de heiligen God om hulp vragen, zal Hij ze helpen. LV 88:63 De heiligen behoren alles te doen wat zij kunnen om Jezus te helpen. Wanneer de mensen Jezus helpen, worden zij als Hij. Dan zullen zij klaar zijn voor zijn wederkomst. Moro. 7:48