Unit 3: Dag 3

1 Nephi 10–11

Inleiding

Lehi’s leringen over de boom des levens en profetieën aangaande de Joden wekten bij Nephi een nog groter verlangen op om zelf te zien, te horen en te weten wat zijn vader had gezien. Terwijl hij nadacht over de dingen die zijn vader had gezegd, werd Nephi ‘in de Geest des Heren […] weggevoerd’ (1 Nephi 11:1) en kreeg hij het visioen over de boom des levens zelf. In zijn visioen zag hij tevens het leven van de Heiland, zijn bediening en zijn dood — Nephi aanschouwde de liefde van de Heiland voor ons. Denk er bij het bestuderen van deze les over na wat jij van Nephi’s voorbeeld van het zoeken naar persoonlijke openbaring kan leren. Denk ook na over het leven en de zending van de Heiland, en over zijn grote liefde voor ieder van ons.

1 Nephi 10:1–16

Lehi profeteert

Lehi profeteerde over toekomende gebeurtenissen nadat hij over zijn visioen van de boom des levens had verteld. Zijn profetieën zijn opgetekend in 1 Nephi 10:1–16. Lees 1 Nephi 10:4–6 en markeer de antwoorden op de volgende vragen in je Schriften:

• Wanneer zou volgens Lehi’s profetie de Messias — de Heiland — komen?

• Wat zou er volgens Lehi gebeuren met degene die zich niet ‘op die Verlosser verliet’?

1 Nephi 10:17–11:6

Nephi wil de waarheden zien, horen en weten waarin zijn vader onderwees

Overpeins het volgende scenario en denk erover na hoe mensen dezelfde situatie heel verschillend kunnen ervaren. Drie jonge mensen woonden dezelfde kerkdienst bij. Een van hen vond de bijeenkomst saai en zonde van zijn tijd. Een van de anderen vond de bijeenkomst wel aardig maar leerde er verder niks van. De derde persoon werd door de Heilige Geest opgebouwd en ontving persoonlijke inspiratie en leiding, meer nog dan wat in de bijeenkomst aan de orde kwam.

Let tijdens het bestuderen van Nephi’s ervaring in 1 Nephi 10:17–11:6 op wat Nephi deed waardoor hij verdere openbaring dan wat zijn vader hem had geleerd ontving.

Lees 1 Nephi 10:17 en onderstreep wat Nephi voelde nadat hij over Lehi’s visioen had gehoord.

Lees 1 Nephi 10:19 en zoek naar een zinsnede die ons leert hoe de verborgenheden Gods ons worden ontvouwd.

Volgens 1 Nephi 10:19 zullen de verborgenheden Gods te kennen worden gegeven aan hen die ijverig zoeken. Schrijf op wat ijverig zoeken volgens jou betekent.

Nephi gaf een uitstekend voorbeeld van hoe we openbaring ijverig moeten zoeken. Lees 1 Nephi 10:17–19 en 11:1–6, en kies twee onderwerpen uit het overzicht hieronder — verlangens, geloof en overpeinzen, en schrijf jouw antwoord bij de bijbehorende vragen in het overzicht.

Verlangens	Wat wilde Nephi weten? Wat voor invloed hebben onze verlangens op onze mogelijkheden om openbaring te ontvangen? Wat verlang ik te weten van de Heer?
Geloof	In welke dingen geloofde Nephi waardoor hij openbaring kon ontvangen? Wat voor invloed hebben deze dingen op onze mogelijkheden om vandaag de dag openbaring te ontvangen? Geloof jij wat de Heer jou geopenbaard heeft?
Overpeinzen (diep nadenken over iets; je verstand en hart openstellen voor de Heilige Geest)	Wat gebeurde er toen Nephi in zijn hart aan het overleggen was? (Zie 1 Nephi 11:1.) Hoe kan overpeinzen volgens jou leiden tot openbaring? Wat kun jij doen om het evangelie vaker te overpeinzen?

Vat het evangeliebeginsel dat jij door Nephi’s ervaring geleerd hebt samen door de volgende zin aan te vullen: God openbaart waarheid aan allen die .

1. Schrijf het antwoord op een of beide van de volgende vragen op in je Schriftendagboek:

   1. Wanneer heb je gevoeld dat God jouw gebeden beantwoord had of de Geest jou iets influisterde toen je ijverig naar hulp of leiding van de Heer zocht?

   2. Op welke manier zou je ijveriger naar inspiratie van de Heer kunnen zoeken?

1 Nephi 11:7–36

Nephi is getuige van de goedgunstigheid van Jezus Christus

Nephi bleef overpeinzen en goddelijke leiding zoeken tijdens zijn visioen. Lees de volgende uitspraak van president Boyd K. Packer, president van het Quorum der Twaalf Apostelen, en stel vast wat volgens hem de kern was van Nephi’s visioen:

‘Profetieën aangaande de Messias staan opgetekend in het Oude Testament. Maar het Boek van Mormon maakt vermelding van een visioen over die gebeurtenis die geen gelijke in het Oude Testament kent.

‘Nadat het volk van Lehi [Jeruzalem verlaten had], kreeg Lehi een visioen van de boom des levens. Zijn zoon Nephi bad om de betekenis ervan te mogen weten. Als antwoord op zijn gebed kreeg hij een wonderbaarlijk visioen van Christus.

Hij zag in dat visioen:

• Een maagd met een kind in haar armen;

• Iemand die de weg moest bereiden — Johannes de Doper;

• De bediening van de Zoon van God;

• Twaalf anderen die de Messias volgden;

• De hemelen [opengaan] en engelen hen [bedienen];

• De menigten gezegend en genezen [worden];

• De kruisiging van de Christus;

• De wijsheid en de trots van de wereld die zich tegen zijn werk keerden. (Zie 1 Nephi 11:14–36.)

‘Dat visioen is de belangrijkste boodschap van het Boek van Mormon.’ (‘The Things of My Soul’, Ensign, mei 1986, pp. 60–61.)

Een engel liet Nephi de betekenis van de boom des levens ontdekken en vroeg toen: ‘Kent gij de betekenis van de boom die uw vader zag?’ (1 Nephi 11:21). Kijk nog eens naar de betekenis van de boom door de zinsneden te onderstrepen die Nephi en de engel gebruikten om de boom in 1 Nephi 11:21–24 te beschrijven.

Lees 1 Nephi 11:16 en onderstreep een vraag die de engel eerder aan Nephi had gesteld. Je kunt in je Schriften bij het woord goedgunstigheid noteren dat iemand gewillig vanuit een hoge status neerdaalt om anderen te helpen en te zegenen.

Moeilijke woorden definiëren

Bij het bestuderen van de Schriften is het van belang de moeilijke woorden te definiëren. Dit draagt bij aan een beter begrip van de Schriften. Kijk naar de voetnoten in de Schriften, gebruik een woordenboek of raadpleeg een ouder of leerkracht als je bij het bestuderen woorden tegenkomt die je niet begrijpt. Het is handig de betekenissen van deze woorden in je Schriften te noteren.

Let in 1 Nephi 11:17 op het antwoord dat Nephi aan de engel gaf. Wat wist Nephi? Wat wist hij niet? Na Nephi’s antwoord toonde de engel hem dat Gods liefde voor ons uit de goedgunstigheid van Jezus Christus blijkt.

Lees, nu je de betekenis van het woord goedgunstigheid kent, 1 Nephi 11:13–21. Lees daarna het volgende citaat van ouderling Gerald N. Lund, toentertijd zeventiger, en denk erover na hoe uit de geboorte van de Heiland zijn goedgunstigheid en zijn liefde voor ons blijken: ‘Daar was Jezus — lid van de Godheid, de Eerstgeborene van de Vader, de Schepper, de Jehova van het Oude Testament — die zijn goddelijke en heilige post verliet; die Zich ontdeed van al die heerlijkheid en majesteit en een lichaam van een kindje op Zich nam; hulpeloos, volledig afhankelijk van zijn moeder en aardse vader. Dat Hij niet naar de mooiste paleizen ging om […] Zich te waden in purper (een teken van koningschap) en te baden in luxe, maar naar een nederige stal, is verbazingwekkend. Dan is het geen wonder dat de engel tegen Nephi zei: “Zie de goedgunstigheid Gods!”’ (Jesus Christ, Key to the Plan of Salvation [1991], p. 16.)

2. Schrijf in je Schriftendagboek op wat het voor jou betekent dat Jezus Christus ‘van omhoog kwam’ (‘’k Sta spraak’loos’, Lofzang 129) vanuit zijn verheerlijkte positie in de voorsterfelijke wereld om als kindje geboren te worden.

Lees 1 Nephi 11:27 en denk erover na hoe de doop van de Heiland zijn goedgunstigheid laat zien. Hoewel Hij zonder zonde was, liet Hij zich dopen om zijn gehoorzaamheid aan Gods wetten te tonen. Zijn doop toont ook zijn liefde voor ons aan omdat Hij ons een voorbeeld gaf dat wij kunnen volgen.

Lees 1 Nephi 11:28–31 en denk erover na hoe Jezus Christus’ leven van dienstbaarheid zijn goedgunstigheid toont. Bedenk wie door de Heiland werden gediend en genezen.

3. Op welke manier komt de liefde van de Heiland voor zijn volk naar voren in 1 Nephi 11:28–31? Schrijf dit op in je Schriftendagboek. Op welke manier is dat gerelateerd aan zijn liefde voor jou?

Lees 1 Nephi 11:32–33 en denk erover na hoe de kruisiging van Jezus Christus een teken van zijn goedgunstigheid is. Lees de volgende uitspraak van ouderling Earl C. Tingey, toentertijd lid van het Presidium der Zeventig, en lees op welke manier volgens hem de verzoening van de Heiland een teken van zijn liefde is en jou tot zegen is:

‘Jezus Christus, die was verkozen om de vereisten van de verzoening te bevredigen, […] kwam op aarde om bezocht, beproefd, veroordeeld en gekruisigd te worden, hoewel Hij de macht en het gezag had om dat te voorkomen.

‘President John Taylor heeft de aardse zending van Christus als volgt beschreven: “Het was noodzakelijk dat Hij beneden alles zou afdalen zodat Hij anderen boven alles zou kunnen doen uitstijgen. […]” (The Mediation and Atonement (1882), p. 144.)

‘Het lijden van Christus in de hof van Getsemane belichaamt de grootste van alle eigenschappen van Christus: zijn volmaakte liefde. Daaraan kunnen wij zien dat Hij ons waarlijk liefheeft. […]

‘De verzoening is een gebeurtenis die ons toestaat met God verzoend te worden. […] Wat het gezin betreft, houdt het in dat we met elkaar en met God en zijn Zoon, Jezus Christus, herenigd worden. Het betekent dat verdriet door verwijdering plaats zal maken voor geluk door hereniging.’ (‘Het grote plan van geluk’, Liahona, mei 2006, pp. 73–74.)

De verzoening van Jezus Christus was een essentieel onderdeel van zijn goedgunstigheid en het grootste bewijs van zijn liefde voor ons.

4. Schrijf in je Schriftendagboek op hoe kennis van de goedgunstigheid van Jezus Christus invloed heeft op jouw gevoelens en liefde voor Hem.

Rond de les van vandaag af met het zingen, beluisteren of lezen van de woorden van de lofzang ‘’k Sta spraak’loos’ (Lofzang 129). Noteer de zinsneden die getuigen van wat jij vandaag bestudeerd hebt. Denk erover na waarom de zegeningen van de verzoening van Jezus Christus ‘het begerenswaardigst’ en ‘het vreugdevolst’ zijn voor jou (zie 1 Nephi 11:22–23). Als je ijverig naar begrip zoekt door openbaring, zul je net als Nephi dichter tot de Heer komen en de kracht en de vreugde voelen die voortvloeien uit zijn offerande.

5. Schrijf het volgende onderaan de opdrachten van vandaag in je Schriftendagboek:

   Ik heb 1 Nephi 10–11 bestudeerd en heb deze les afgerond op (datum).

   Aanvullende vragen, gedachten en inzichten die ik met mijn leerkracht wil bespreken: