Moroni 1–5

Inleiding

Nadat Moroni zijn samenvatting van de platen van Ether had voltooid, had hij ‘niet gedacht nog meer te zullen schrijven’ (Moroni 1:1). Hij bleef echter in leven om ‘nog enkele dingen [te schrijven], in de hoop dat zij […] van waarde zullen zijn’ voor de mensen in de laatste dagen (Moroni 1:4). In Moroni 1–5 wordt Moroni’s trouw aan Jezus Christus bevestigd. In deze hoofdstukken worden tevens instructies gegeven voor belangrijke verordeningen van het evangelie, waaronder de bediening van het avondmaal.

Moroni 1

Moroni zwerft rond voor de veiligheid van zijn leven en schrijft nog enkele dingen

Ouderling David E. Sorenson, emeritus lid van de Zeventig, vertelde het volgende verhaal over een jongevrouw die de moed had om voor haar overtuigingen op te komen:

‘Mijn kleindochter Jennifer zou onlangs met een paar vriendinnen een hapje gaan eten en de bioscoop bezoeken. De meisjes werden het eens over de film die ze wilden gaan zien en Jennifer dacht dus dat het in orde was. Maar het meisje dat de kaartjes moest kopen, kwam terug met kaartjes voor een andere film! Ze zei: “Het is een fantastische film. Hij is voor zestien jaar en ouder.”

‘Jennifer was volledig overdonderd door de plotselinge verandering in de situatie. Maar gelukkig had ze van tevoren al besloten dat ze geen films voor boven de zestien zou kijken. Ze stond stevig in haar schoenen en zei tegen haar vriendinnen: “Ik ga niet naar een film voor boven de zestien. Mijn ouders zouden dat nooit goed vinden.” Waarop de meisjes antwoordden: “Kom op, doe niet zo flauw! Je ouders komen er nooit achter!” Maar Jennifer ging verder: “Nou, eigenlijk doet het er niet toe of mijn ouders er wel of niet achter komen. Ik ga sowieso niet naar films voor boven de zestien!”

‘Haar vriendinnen waren boos en probeerden haar over te halen. Ze zeiden dat ze “alles verpestte”. Toen ze voet bij stuk bleef houden, gooiden ze het kaartje en het wisselgeld in haar gezicht en gingen zonder haar naar de film. Het was een avond van eenzaamheid en afwijzing door haar vriendinnen geworden. Maar het was een geweldig moment voor Jennifer en onze familie. Ze ontwikkelde zelfvertrouwen, eigenwaarde en geestelijke kracht.’ (Zie ‘Je kunt een ratelslang niet aaien’, Liahona, juli 2001, p. 49.)

Lees in Moroni 1:1–3 hoe Moroni alleen stond voor zijn geloof. Moroni en de kleindochter van ouderling Sorensen zijn beiden voorbeelden van hoe iemand ervoor kan kiezen om pal te staan voor het goede. Ook jij kunt elke dag schijnbaar kleine keuzes maken die blijk geven van je geloof, gehoorzaamheid en verlangen om Christus te volgen.

Beschrijf in je Schriftendagboek een ervaring waarbij je ervoor koos voor je overtuigingen op te komen of blijk gaf van geloof door je gehoorzaamheid.

Denk erover na hoe je beter voor je geloof in Jezus Christus kunt opkomen. Lees in Moroni 1:4 waarom Moroni besloot nog meer op te schrijven. Wat leren we van Moroni’s voorbeeld en motivatie om meer te schrijven tot de nakomelingen van de mensen die hem naar het leven stonden? Welke woorden zou je tot je eigen nakomelingen richten die hen tot zegen kunnen zijn? Overweeg bij je studie van Moroni 2–5 hoe de dingen die Moroni opschreef ‘van waarde’ voor je zijn (Moroni 1:4).

Moroni 2

Moroni tekent aanwijzingen aangaande het verlenen van de gave van de Heilige Geest op

Denk na over je bevestiging als lid van de kerk, toen je de handen zijn opgelegd zodat je ook de gave van de Heilige Geest kon ontvangen. Wat weet je nog van deze verordening? Lees Moroni 2:1–3 en overweeg hoe de gave van de Heilige Geest je tot zegen is geweest.

Uit deze verzen komt de volgende evangeliewaarheid naar voren: Waardige leden die het juiste priesterschapsgezag hebben, kunnen de gave van de Heilige Geest aan gedoopte kerkleden verlenen door handoplegging.

Moroni 3

Moroni tekent de aanwijzingen aangaande het ordenen van personen tot een priesterschapsambt op

Heb je weleens het document van iemands gezagslijn van het priesterschap gezien? In dit document staat door wie een persoon tot het priesterschap is geordend en door wie die persoon weer is geordend tot aan Jezus Christus. Wellicht heb je een eigen exemplaar van je priesterschapslijn of heb je die van je broer of vader gezien. Bedenk bij het lezen van de volgende uitspraak van ouderling Jeffrey R. Holland van het Quorum der Twaalf Apostelen hoe belangrijk het is om de gezagslijn tot aan Jezus Christus terug te kunnen voeren:

Afbeelding

Ouderling Jeffrey R. Holland

‘Het is duidelijk dat er meer nodig is dan een maatschappelijk contract om in Gods naam te kunnen handelen. Gezag krijgt men niet door een theologische opleiding te volgen of een beroeping door de kerkgemeente. Nee, in het gevolmachtigde werk van God moet een hogere macht de macht van de mensen in de kerkbanken, of op de straat, of in de seminaries, overstijgen — een feit dat veel oprechte gelovigen bekend was en openlijk erkend werd in de generaties voorafgaand aan de herstelling. […]

‘[…] Wij kunnen in de herstelde Kerk van Jezus Christus het priesterschapsgezag van de jongste diaken in de wijk, van de bisschop die hem presideert, en de profeet die over ons allen presideert, terugvoeren. Die gezagslijn gaat ononderbroken terug op de hemelse boodschappers, die deze weergaloze hemelse gave van de Zoon van God zelf hadden gekregen.’ (‘Ons allerbelangrijkste kenmerk’, Liahona, mei 2005, p. 44.)

Elke persoon die het Aäronisch of het Melchizedeks priesterschap ontvangt, wordt tot een priesterschapsambt geordend waarbij bepaalde verplichtingen horen. Lees Moroni 3:1–4 en zoek op hoe iemand tot een priesterschapsambt, waaronder het ambt van priester of leraar, wordt geordend.

Je kunt de volgende waarheid naast deze verzen in je Schriften noteren: Iemand wordt tot een priesterschapsambt geordend door handoplegging van hen die daartoe het gezag bezitten.

Beantwoord de volgende vragen in je Schriftendagboek:
1. Waarom is het noodzakelijk dat iemand tot een priesterschapsambt wordt geordend door iemand die het priesterschap al heeft?
2. In hoeverre is het priesterschapsgezag thuis of in de kerk voor jou van waarde?

Moroni 4–5

Moroni legt uit hoe het avondmaal moet worden bediend

Afbeelding

bread and water on sacrament table

Denk na over de symbolen van het avondmaal en over je eigen ervaring met deelname aan het avondmaal. Doe vervolgens het volgende in je Schriftendagboek:
1. Probeer uit je hoofd een van de avondmaalsgebeden, voor het brood of het water, op te schrijven.
2. Nadat je deze heilige gebeden hebt doorgenomen (zie Moroni 4:3; 5:2) en hebt gecontroleerd wat je bij het eerste gedeelte van deze opdracht hebt opgeschreven, schrijf je een deel van de avondmaalsgebeden op dat er voor jou uitspringt en leg je uit waarom dat gedeelte van het gebed van betekenis voor je is.

Moroni nam de gebeden voor de bediening van het avondmaal in zijn kroniek op, omdat hij dacht dat zij ‘van waarde’ zouden zijn voor mensen ‘in de toekomst’ (Moroni 1:4). Zoek in Moroni 4:1–3 en 5:1–2 naar zinsneden waarin wordt uitgelegd wat het brood en het water van het avondmaal voorstellen. Bij het lezen is het nuttig om in gedachte te houden dat de kerk tegenwoordig water in plaats van wijn bij het avondmaal gebruikt vanwege een openbaring aan de profeet Joseph Smith (zie LV 27:2).

Vat het doel van het avondmaal samen door de volgende uitspraak aan te vullen: De symbolen van het avondmaal helpen ons .

Denk erover na waarom het lichaam en het bloed van de Heiland voor jou van betekenis zijn.

Het fysieke lijden, de dood en de opstanding van het lichaam van de Heiland en zijn hevige geestelijke lijden, wat bleek uit het vergieten van zijn bloed, hebben vergeving van zonden mogelijk gemaakt voor alle mensen die geloof in Hem oefenen en zich bekeren. De symbolen van het avondmaal helpen ons om de verzoening van Jezus Christus indachtig te zijn.

Beantwoord een of beide van de volgende vragen in je Schriftendagboek:
1. In hoeverre ben je tijdens het avondmaal geestelijk geholpen of versterkt door de verzoening van de Heiland in alle oprechtheid te overpeinzen?
2. Wat kun je doen om de verzoening van de Heiland meer indachtig te zijn tijdens het avondmaal?

Neem Moroni 4:3 nogmaals door om te begrijpen welke beloftes je doet bij het deelnemen aan het avondmaal. Vul daarbij het volgende schema in:

Waartoe ik mij verbind	Wat het volgens mij inhoudt om dit deel van het verbond na te komen	Wat ik kan doen om dit deel van het verbond beter na te komen
1.
2.
3.

In Moroni 4:3 leren we ook dat we altijd de Geest van de Heer bij ons zullen hebben als wij getrouw ons deel van het verbond van het avondmaal nakomen.

Denk er bij het lezen van de volgende uitspraak van ouderling David A. Bednar van het Quorum der Twaalf Apostelen over na wanneer jij de gave van de Heilige Geest hebt ervaren zoals hij dat beschrijft: ‘De Geest des Heren kan ons tot gids zijn en ons op onze aardse reis zegenen met leiding, aanwijzingen en spirituele bescherming.’ (‘Opdat wij zijn Geest altijd bij ons mogen hebben’, Liahona, mei 2006, p. 31.)

Denk ’s zondags tijdens het avondmaal aan de verzoening van de Heiland. Probeer de delen van het verbond in het schema na te komen zodat je altijd de Geest van de Heer bij je zult hebben.

Schrijf het volgende onderaan de opdrachten van vandaag in je Schriftendagboek:

Ik heb Moroni 1–5 bestudeerd en heb deze les afgerond op (datum).

Aanvullende vragen, gedachten en inzichten die ik met mijn leerkracht wil bespreken: