Alma 5:37–62

Inleiding

Alma zette zijn prediking in Zarahemla voort. Hij waarschuwde het volk dat er aan hun besluit om zijn woorden op te volgen of te verwerpen bepaalde zegeningen of gevolgen verbonden waren. Hij moedigde de mensen aan om te luisteren naar de stem van de goede herder, de Heer Jezus Christus, die hen riep en verlangde hen weer in zijn kudde op te nemen. Overweeg tijdens het bestuderen van deze les hoe luisteren naar de stem van de goede herder je zal helpen om de onreine dingen van de wereld te mijden en bij God terug te keren.

Alma 5:37–42, 53–62

Alma nodigt allen uit om de goede herder, ofwel de Heiland, te volgen

In de Schriften wordt soms naar Jezus Christus als de ‘goede herder’ verwezen (zie Johannes 10:11–15). Waarom is volgens jou een herder een goed symbool voor de Heiland? President Ezra Taft Benson heeft de volgende beschrijving van herders van weleer gegeven:

‘In Jezus’ tijd stond de Palestijnse herder bekend om de bescherming van zijn schapen. In tegenstelling tot hedendaagse schaapherders liep de herder altijd voor zijn kudde uit. Hij leidde hen. De herder kende ieder van zijn schapen en had doorgaans een naam voor elk schaap. Het schaap kende zijn stem, vertrouwde hem en volgde geen vreemdeling. Het schaap kwam naar hem toe wanneer het geroepen werd. (Zie Johannes 10:14, 16.)

‘De herders brachten ’s avonds hun schapen naar een kraal, die een schaapskooi wordt genoemd. De schaapskooi werd door hoge muren omringd, en doornen werden op deze muren geplaatst ter bescherming tegen wilde dieren en dieven.

‘Soms sprong er echter een hongerig wild dier over de muur, te midden van de schapen en maakte ze bang. In een dergelijke situatie onderscheidde de ware herder — die van zijn schapen hield — zich van de huurling — die alleen voor het geld en als plicht werkte.

‘De ware herder was gewillig zijn leven te geven voor zijn schapen. Hij ging uit onder de schapen en vocht voor hun welzijn. Daartegenover stond de huurling, die zijn eigen veiligheid boven die van de schapen stelde en doorgaans vluchtte voor gevaar.

‘Jezus gebruikte deze alledaagse situatie om uit te leggen dat hij de goede Herder was, de ware Herder. Vanwege zijn liefde voor zijn broers en zussen, zou Hij zijn leven gewillig en vrijwillig voor hen afleggen. (Zie Johannes 10:17–18.)’ (‘A Call to the Priesthood: “Feed My Sheep”’, Ensign, mei 1983, p. 43.)

Beantwoord kort de volgende vragen in je cursistenboek:

Wat kan er met de schapen gebeuren als zij niet naar de herder luisteren?
In welke opzichten zijn wij als schapen, en in welke opzichten is de Heiland onze herder?
Wat houdt het in om in zijn kudde te worden gebracht? (Zie Alma 5:60.)

In Alma 5:37 omschreef Alma het volk van Zarahemla als schapen die waren ‘afgedwaald’. Lees Alma 5:37–42 en zoek op wat Alma ons leerde over luisteren naar de stem van de Heiland.

Noteer het antwoord op de volgende vragen in je Schriftendagboek:
1. Bestudeer Alma 5:37–38 en leg in je eigen woorden uit wat Alma zegt over de moeite van de Heiland om ons te roepen Hem te volgen.
2. Hoe kunnen we volgens Alma in Alma 5:41 weten of we luisteren naar de stem van de goede herder? Welke ‘goede werken’ tonen aan dat een jongere in de kerk de goede herder volgt?

Het is niet altijd makkelijk om de stem van de Heiland te herkennen en te volgen. Denk na over het volgende citaat van ouderling Dallin H. Oaks van het Quorum der Twaalf Apostelen: ‘In het koor van stemmen dat wij in dit leven horen, moeten wij de stem van de goede Herder herkennen die ons toeroept Hem te volgen naar ons hemels huis.’ (Zie ‘Onbevoegde stemmen’, De Ster, juli 1989, p. 24.)

Lees Alma 5:53–56 en markeer gedrag dat het moeilijk maakt om naar de stem van de Heiland te luisteren.

Denk na over andere houdingen en ander gedrag in de hedendaagse wereld die het moeilijk maken om naar de stem van de Heiland te luisteren. Leg kort uit waarom het volgens jou door zo’n houding en zulke gedrag moeilijk is om naar de stem van de Heiland te luisteren:

Markeer in Alma 5:57 de zinsnede ‘gij allen die verlangend zijt de stem van de goede herder te volgen’. Markeer vervolgens de drie andere zinsneden in vers 57 waarin staat wat jij kunt doen om naar de stem van de Heiland te luisteren.

Noteer in je Schriftendagboek een voorbeeld voor elk van de volgende drie uitspraken die aantonen wat een jongere in de kerk op school of in zijn of haar leefomgeving kan doen: (a) ga weg uit het midden van de goddelozen, (b) zonder je af, en (c) raak onreine dingen niet aan. Bedenk vervolgens twee rechtschapen bezigheden of gewoontes waardoor de jeugd beter naar de stem van de goede herder kan luisteren. Als jij door een van deze bezigheden of gewoontes de stem van de Heiland kon horen, overweeg dan om erover in je Schriftendagboek te schrijven. Zo kun je je leerkracht of klas er later over vertellen.

In Alma 5:58–60 zette Alma de volgende waarheid uiteen: Als wij gehoor geven aan de stem van de Heer (de goede herder), zullen wij in zijn koninkrijk worden vergaderd. Markeer in Alma 5:58–60 de beloften of zegeningen voor mensen die een erfdeel aan de rechterhand van God zullen ontvangen.

Overweeg wat deze beloften of zegeningen voor jou betekenen. Schrijf vervolgens in je Schriftendagboek op waarom het de moeite waard is om je van goddeloosheid af te zonderen zodat je deze zegeningen kunt ontvangen.

Als je naar de stem van de Heiland luistert, zul je deze zegeningen en uiteindelijk de zegening van verhoging ontvangen.

Alma 5:43–52

Alma vertelt hoe hij een getuigenis heeft ontvangen en zet bekering uiteen

Overweeg welke dingen je door elk van de vijf zintuigen hebt geleerd: zien, horen, voelen, ruiken en proeven. Is er een manier waarop je iets kunt weten zonder deze vijf zintuigen te gebruiken? Lees Alma 5:45–48 en zoek op wat Alma wist en hoe hij dat wist.

Markeer in Alma 5:48 wat Alma over Jezus Christus schreef. De boodschap van Alma 5:45–48 kan als volgt worden samengevat: Door de Heilige Geest kunnen we voor onszelf weten dat Jezus Christus de Verlosser van de mensheid is.

Iedereen krijgt met beproevingen van hun geloof en getuigenis te maken. Door een eigen getuigenis van de waarheid van het evangelie door de macht van de Heilige Geest kun je in die tijden van beproeving gesterkt worden. Door je eigen getuigenis van de Heilige Geest in gedachte te houden, zoals Alma dat deed, kun je in tijden van beproeving standvastig blijven. Van Alma’s voorbeeld kunnen we ook leren dat als we vasten en bidden, de Geest de waarheid kan bevestigen en ons getuigenis kan versterken wanneer we dat nodig hebben.

Lees het volgende citaat van ouderling M. Russell Ballard van het Quorum der Twaalf Apostelen, waarin hij ons aanmoedigt om naar een eigen getuigenis van Jezus Christus te streven. Denk daarbij na over je eigen getuigenis: ‘Een individueel, persoonlijk getuigenis van de waarheid van het evangelie, vooral van de goddelijke levenswandel en zending van de Heer Jezus Christus, is essentieel voor ons eeuwige leven. ‘Dit nu is het eeuwige leven, dat zij U kennen, de enige waarachtige God, en Jezus Christus, die Gij gezonden hebt’ [Johannes 17:3]. Met andere woorden, het eeuwige leven hangt af van onze eigen, individuele kennis omtrent onze Vader in de hemel en zijn heilige Zoon. Alleen van hun bestaan weten, is niet genoeg. We hebben het anker van persoonlijke, geestelijke ervaringen nodig.’ (Zie ‘Ons vergasten aan de tafel van de Heer’, De Ster juli 1996, p. 75.)

Doe een of meer van de volgende opdrachten in je Schriftendagboek:
1. Beschrijf een moment waarop iemand door de macht van de Heilige Geest een krachtig getuigenis gaf dat Jezus Christus de Verlosser van de mensheid is. Noteer hoe je je voelde toen je dit getuigenis hoorde.
2. Lees Alma 5:46 en noteer vervolgens in je eigen woorden hoe Alma zijn getuigenis van Jezus Christus ontving. Overweeg hoe jij Alma’s voorbeeld kunt volgen om je getuigenis van de Heiland te versterken. Noteer je gedachten hierover.
3. Beschrijf een moment waarop de Heilige Geest tot jou getuigde dat Jezus Christus de Verlosser der wereld is. Noteer een specifiek doel dat je zal helpen om je getuigenis van de Heiland te krijgen of te versterken. Bijvoorbeeld: dat je oprechter zult vasten of bidden, of de Schriften beter zult bestuderen. Werk eraan om je doel te bereiken, ook al kost het ‘vele dagen’ (Alma 5:46). (Met deze opdracht kun je wellicht een vereiste van je Persoonlijke vooruitgang of Plicht jegens God afwerken.)

Lees Alma 5:49–52 en zoek op wat Alma het volk leerde over bekering. Leg in de beschikbare ruimte uit waarom alle mensen zich volgens jou moeten bekeren om eeuwig bij onze hemelse Vader en Jezus Christus te kunnen leven:

Ouderling Dallin H. Oaks heeft ons enkele vragen ter overweging gegeven die ons kunnen helpen om de beginselen toe te passen die Alma ons over bekering en onze voorbereiding om in Gods koninkrijk te treden leerde:

‘Wat als de dag van zijn komst morgen is? Als we wisten dat we de Heer morgen zouden ontmoeten — door onze voortijdige dood of door zijn onverwachte komst — wat zouden we dan vandaag doen? Welke bekentenissen zouden we doen? Met welke gewoonten zouden we ophouden? Welke oneffenheden zouden we gladstrijken? Wie zouden we vergiffenis schenken? Wat voor getuigenis zouden we geven?

‘Als we dat dan zouden doen, waarom dan niet nu? Waarom geen vrede zoeken nu het nog kan?’ (‘Voorbereiding op de wederkomst’, Liahona, mei 2004, p. 9.)

Denk na over ouderling Oaks’ vragen. Schrijf in je Schriftendagboek op waarom het volgens jou belangrijk is om elke dag te leven alsof we ons voorbereiden om de Heer te ontmoeten.

Overweeg onder gebed hoe jij kunt toepassen wat je vandaag hebt geleerd, zodat je bent voorbereid om de Heiland te ontmoeten en zijn koninkrijk binnen te treden.

Schrijf het volgende onderaan de opdrachten van vandaag in je Schriftendagboek:

Ik heb Alma 5:37–62 bestudeerd en heb deze les afgerond op (datum).

Aanvullende vragen, gedachten en inzichten die ik met mijn leerkracht wil bespreken: