Seminarie
Unit 14: Dag 3, Mosiah 28–29


Unit 14: Dag 3

Mosiah 28–29

Inleiding

De zonen van koning Mosiah hadden na hun bekering het sterke verlangen om het evangelie aan de Lamanieten te prediken. Koning Mosiah steunde hun besluit, maar bleef toen achter zonder troonopvolger en iemand die zorg kon dragen voor de Schriftuurlijke kronieken. Hij gaf Alma (de zoon van Alma) de verantwoordelijkheid over de kronieken. Hij stelde in plaats van het koningschap een systeem van rechters in als nieuwe regeringsvorm.

Afbeelding
Mosiah and sons

Mosiah 28:1–9

De zonen van Mosiah hebben het verlangen om tot de Lamanieten te prediken

Geef jouw verlangens op de volgende gebieden een cijfer naast elke onderstaande uitspraak. Gebruik een schaal van 1 tot 10 (1 staat voor ‘geen verlangen’ en 10 staat voor een ‘extreem groot verlangen’).

  • Ik verlang oprecht om anderen te helpen eeuwig geluk te vinden.

  • Ik ben bereid offers te brengen om anderen te helpen.

  • Ik heb het verlangen om anderen over het evangelie te vertellen.

  • Evalueer, als je een jongeman bent, je verlangen om een voltijdzending te vervullen. (Je kunt ook je verlangen evalueren als je een jongevrouw bent.)

Neem Mosiah 27:8–10 door en stel vast welk cijfer Alma en de zonen van Mosiah vóór hun bekering hadden gekregen voor de bovenstaande uitspraken.

Lees nu Mosiah 28:1–3 en stel vast hoe de zonen van Mosiah veranderd waren op bovenstaande gebieden. Bedenk bij het lezen dat de woorden verloren gaan duiden op het geestelijk verloren gaan.

Noteer je antwoorden op de volgende vragen:

Aan wie wilden de zonen van Mosiah het evangelie verkondigen?

Welke moeilijkheden en gevaren konden de zonen van Mosiah, op basis van de kennis die je tot nu toe van het Boek van Mormon hebt, tijdens een zending onder de Lamanieten verwachten?

Lees Mosiah 28:4 en overweeg hoe je het vers in je eigen woorden zou weergeven. Kijk eens hoe de bekering van de zonen van Mosiah hun verlangen om het evangelie uit te dragen beïnvloedde. Uit Mosiah 28:1–4 leren we het volgende beginsel: Naarmate onze bekering tot het evangelie zich verdiept, neemt ons verlangen om het evangelie uit te dragen toe.

Afbeelding
Ouderling Dallin H. Oaks

Lees de volgende uitspraak van ouderling Dallin H. Oaks van het Quorum der Twaalf Apostelen (je zou de uitspraak in de kantlijn van je Schriften naast Mosiah 28:1–4 kunnen noteren): ‘De mate van onze bekering is uitstekend af te lezen aan de intensiteit van ons verlangen om anderen over het evangelie te vertellen.’ (‘Anderen over het evangelie vertellen’, Liahona, januari 2002, p. 8.)

Markeer in de eerste zin van Mosiah 28:4 hoe de zonen van Mosiah beïnvloed waren in hun verlangen het evangelie uit te dragen. Merk op dat de Geest van de Heer een belangrijke rol speelt in het vergroten van ons verlangen om het evangelie uit te dragen.

  1. Beantwoord een van de volgende vragen in je Schriftendagboek:

    1. Hoe is jouw verlangen om het evangelie uit te dragen toegenomen naarmate je getuigenis versterkt werd?

    2. Welke ervaringen heb je gehad waardoor je anderen over het evangelie wilt vertellen?

    3. Wat kun je doen om het verlangen om het evangelie uit te dragen te versterken, als je momenteel dat verlangen niet zo sterk hebt? (Lees Alma 17:2–3.)

  1. Stel je een jongeman voor die lid van de kerk is maar niet echt het verlangen heeft om op zending te gaan. Schrijf hem in je Schriftendagboek een brief, waarin je hem suggesties geeft wat hij kan doen om zijn verlangen om het evangelie uit de dragen te vergroten. Denk terug aan de dingen waardoor jij je in grotere mate tot het evangelie van Jezus Christus hebt bekeerd, en geef op basis daarvan advies. Vergeet tijdens het schrijven niet dat een grotere mate van bekering zal leiden tot een groter verlangen om anderen over het evangelie te vertellen.

Stel je tijdens je verdere studie van Mosiah 28 voor hoe jij je zou voelen als iemand die je dierbaar was onder een gewelddadig volk wilde gaan leven dat anderen haatte die anders waren. Lees Mosiah 28:5–9 en stel vast waarom Mosiah toestond dat zijn zonen op een dergelijke gevaarlijke zending gingen. In het boek Alma zul je leren over ‘velen [die] in hun woorden [zullen] geloven’ (Mosiah 28:7) — de duizenden Lamanieten die zich bekeerden door het werk van de zonen van Mosiah.

Mosiah 28:10–20

Mosiah vertaalt de Jareditische platen en draagt alle kronieken over aan Alma

De rest van Mosiah 28 verhaalt hoe koning Mosiah ouder werd en zich voor zijn dood genoodzaakt voelde de volgende persoon uit te kiezen die voor de heilige kronieken zorg zou dragen. In de twee voorgaande generaties had de koning de platen overgedragen aan de volgende koning. Maar omdat koning Mosiahs zonen op zending waren, had hij geen zoon om de troon op te volgen en had hij derhalve niemand om voor de kronieken zorg te dragen. De kronieken omvatten ook de Jareditische platen, die Mosiah door de macht van God had vertaald (zie Mosiah 28:11–19).

Afbeelding
crown
Afbeelding
gold plates

Als jij iemand zou mogen uitkiezen om voor de heilige kronieken zorg te dragen, aan welke eisen zou hij dan van jou moeten voldoen?

Beschrijf hoe jij je zou voelen als iemand jou uitkoos om zorg te dragen voor de platen.

Lees Mosiah 28:20 en zoek de naam op van de persoon die Mosiah koos om zorg te dragen voor de platen.

  1. Schrijf in je Schriftendagboek op wat jou door koning Mosiahs besluit duidelijk wordt over Alma’s verandering van hart. (Lees eventueel over Alma’s voormalige daden in Mosiah 27 om deze vraag te kunnen beantwoorden.) Leg ook uit hoe Mosiahs vertrouwen in Alma hoop kan geven aan wie zich bekeren.

Mosiah 29

Mosiahs volk kiest een systeem van rechters als een nieuwe regeringsvorm

Afbeelding
Alma as judge

Zoals in Mosiah 29 staat, stelde koning Mosiah voor dat de Nephitische regering niet langer door een koning zou worden bestuurd, maar door een systeem van rechters. Lees en vergelijk Mosiah 23:7–8 en Mosiah 29:13, 16–18 met elkaar. Onder welke omstandigheden of voorwaarden is een monarchie (geregeerd worden door een koning of koningin) volgens deze Schriftteksten een goede regeringsvorm? Waarom gaf Mosiah de Nephieten het advies de monarchie niet voort te zetten?

Lees Mosiah 29:11, 25 en omcirkel de volgende antwoorden die aangeven hoe volgens Mosiah de rechters het volk moesten besturen: (a) met grote barmhartigheid, (b) volgens de wetten, (c) volgens de geboden van God, (d) met nauwgezetheid.

Lees Mosiah 29:26, 30, 33–34, 37–38 en stel de rol van het volk vast in de nieuwe regeringsvorm die door koning Mosiah werd voorgesteld.

  1. Schrijf in je Schriftendagboek op waarom het volgens jou belangrijk is dat elke burger van een land ‘zijn deel [draagt]’ in het dienen van zijn of haar land (Mosiah 29:34).

Alma werd als opperrechter gekozen en hij vervulde zijn rol in rechtschapenheid (zie Mosiah 29:41–43).

Noteer in je eigen woorden een beginsel dat je uit Mosiah 29 geleerd hebt:

Een beginsel in dit hoofdstuk is: Ieder heeft de plicht om rechtvaardige wetten en leiders te steunen.

  1. Noteer in je Schriftendagboek een manier waarop jij rechtvaardige wetten en leiders in je land kunt steunen.

  2. Schrijf het volgende onderaan de opdrachten van vandaag in je Schriftendagboek:

    Ik heb Mosiah 28–29 bestudeerd en heb deze les afgerond op (datum).

    Aanvullende vragen, gedachten en inzichten die ik met mijn leerkracht wil bespreken:

Afdrukken