Unit 13: Dag 3

Mosiah 21–24

Inleiding

Limhi’s volk werd door de Lamanieten in knechtschap gebracht als gevolg van hun goddeloosheid (zie Mosiah 20:21); ze verootmoedigden zich en keerden zich door hun knechtschap tot God. Alma’s volk werd in knechtschap gebracht om hun geloof op de proef te stellen (zie Mosiah 23:21). Beide volken baden heel hard om van hun knechtschap bevrijd te worden. Hoewel beide groepen uiteindelijk verlost werden en in Zarahemla aankwamen, hielp de Heer elke groep op een andere manier. Door de beproevingen en verlossing van Limhi’s groep te bestuderen zul je zien dat de Heer onze gebeden op zijn eigen tijd en wijze beantwoordt als wij nederig zijn. Door de beproevingen en verlossing van Alma’s groep te bestuderen zul je leren hoe je in tijden van moeilijkheden en uitdagingen op de Heer kunt vertrouwen om kracht te krijgen.

Nephites carrying log

Mosiah 21–24

De Nephieten in het land Lehi-Nephi ervaren de vervulling van Abinadi’s profetieën

Stel je voor dat in je in het land Lehi-Nephi leefde gedurende de regering van koning Noach en je de leringen van Abinadi verworpen zou hebben. Nu leven jij en je volk in knechtschap onder de Lamanieten, zoals Abinadi geprofeteerd had. Wat zou je doen?

Denk eens aan een beproeving of tegenspoed waar je momenteel mee te maken hebt. Lees de volgende Schriftteksten en markeer wat zij jou leren over verlossing zoeken en ontvangen: Mosiah 21:5, 14; 22:1–2; 23:23; en 24:21. Verlost worden betekent doorgaans bevrijd, geholpen of door iets heen geholpen worden.

Ouderling Richard G. Scott

Onderstreep tijdens het lezen van de volgende uitspraak van ouderling Richard G. Scott van het Quorum der Twaalf Apostelen de twee bronnen van beproeving en ellende die wij in ons leven ondervinden: ‘Niemand wil tegenslag. Beproevingen, teleurstellingen, droefheid en hartzeer hebben twee fundamenteel verschillende oorzaken. Zij die de wetten van God overtreden, zullen altijd zulke problemen krijgen. De andere reden voor tegenslag is om de doeleinden van de Heer in ons leven te verwezenlijken, zodat wij door die beproeving gezuiverd kunnen worden. Het is essentieel dat ieder voor zich uitmaakt in welke van die twee categorieën de tegenslagen en beproevingen vallen, want de corrigerende maatregel is per categorie heel verschillend.’ (Zie ‘Vertrouw op de Heer’, De Ster, januari 1996, p. 15.)

Limhi’s volk werd vanwege hun ongehoorzaamheid in knechtschap gebracht, terwijl Alma’s rechtvaardige volk tegenspoed ondervond om hen te louteren. Door hun knechtschap verootmoedigde Limhi’s volk zich en kwamen zij tot God. Door deze twee verslagen van goddelijke verlossing te bestuderen kan jouw geloof vergroot worden om een beroep te doen op de Heer voor verlossing van alle moeilijkheden waarmee je te maken hebt.

1. In het overzicht hieronder is de eerste vraag — Hoe kwamen zij in knechtschap? — al voor je beantwoord. Beantwoord in je Schriftendagboek de tweede vraag: Hoe werden zij verlost?

	Limhi’s volk	Alma’s volk
Hoe kwamen zij in knechtschap?	(Mosiah 20:21–22; 21:1–4) Omdat het volk zich niet bekeerde, gaf de Heer de Lamanieten de macht om het volk in knechtschap te brengen.	(Mosiah 23:1–4, 19–20, 25–38; 24:8–9) Het volk leefde hun verbonden na, maar werd door goddeloze mensen verraden, gevangengenomen en vervolgd.
Hoe werden zij verlost?	(Mosiah 22:1–9, 13–14)	(Mosiah 24:17–25)

Denk na over antwoorden op de volgende vragen over Limhi’s volk:

• Welke bewijzen zijn er in Mosiah 21:6 te vinden dat Limhi’s groep zich nog niet verootmoedigd had en zich niet tot de Heer gekeerd had? Hoe staat dit tegenover de manier waarop Alma’s volk reageerde op hun knechtschap? Wat kun je leren, met de ervaring van Limhi’s groep in je achterhoofd, waardoor je beter op je eigen beproevingen kunt reageren?

• Hoe zegende de Heer Limhi’s volk, ook al werden ze niet direct van hun moeilijkheden bevrijd? (Je zou de woorden ‘langzamerhand voorspoedig begonnen te worden’ in Mosiah 21:16 kunnen markeren.) Heb je weleens gemerkt dat de Heer jou tijdens een beproeving stapje voor stapje heeft begeleid?

• Hoe denk je dat de houding van het volk dat beschreven wordt in Mosiah 21:30–33, bijdroeg aan hun uiteindelijke verlossing?

2. Kies een van de volgende waarheden uit de beproevingen en verlossing van Limhi’s volk die je bestudeerd hebt. Schrijf in je Schriftendagboek een stukje waarin je uitlegt hoe je die waarheid in je eigen leven kunt toepassen.

   1. Als wij ons verootmoedigen, de Heer aanroepen en ons van onze zonden bekeren, zal Hij onze gebeden horen en de last van onze zonden verlichten wanneer Hij dat goedacht.

   2. Als wij beloven om God te dienen en zijn geboden te onderhouden, zal de Heer een weg ter bevrijding voor ons bereiden.

Denk tijdens het lezen van de volgende uitspraak van ouderling Richard G. Scott na over de moeilijkheden en verlossing van Alma’s groep: ‘Net als alles goed lijkt te gaan, dient tegenslag zich in verschillende porties tegelijk aan. Als die beproevingen niet het gevolg zijn van uw eigen ongehoorzaamheid, zijn ze het bewijs dat de Heer vindt dat u klaar bent om verder te groeien (zie Spreuken 3:11–12). Dus geeft Hij u ervaringen die groei, begrip en naastenliefde bevorderen en u zodanig bijschaven dat u er in de eeuwigheid iets aan heeft. Om u te krijgen van waar u nu bent tot waar u moet komen, moet u flink worden opgerekt, en dat is meestal vervelend en pijnlijk.’ (Zie ‘Vertrouw op de Heer’, p. 15.)

Markeer woorden en zinsneden in Mosiah 23:21–22 die aantonen dat de Heer ons geduld en geloof zal beproeven om ons vertrouwen in Hem te vergroten (zie ook LV 122:5–7).

Beantwoord kort de volgende vragen in je cursistenboek:

• Welke beproeving zou volgens jou het moeilijkst zijn te doorstaan als je onder Alma’s volk zou leven tijdens de gebeurtenissen die opgetekend staan in Mosiah 23–24? Waarom?

• Wat kun je leren van de wijze waarop Alma en zijn volk met hun beproevingen omgingen? (Zie Mosiah 24:1–12, 15–16.)

• Wat deed de Heer in eerste instantie voor Alma’s volk, hoewel Hij het niet direct verloste? (Zie Mosiah 24:15.)

Een beginsel dat we kunnen leren uit de ervaring van Alma’s groep is dat de Heer ons zal sterken en ons van onze beproevingen zal verlossen wanneer Hij dat goedacht, als wij ons geduldig aan zijn wil onderwerpen.

3. Leg in je Schriftendagboek uit wat het volgens jou betekent om je geduldig aan de wil van de Heer te onderwerpen in tijden van beproeving en hoe je je op die manier kunt voorbereiden om de kracht en zegeningen te ontvangen die Hij je zal geven om die moeilijke tijd te doorstaan.

Aan het begin van deze les is je gevraagd na te denken over beproevingen of tegenspoed waar je momenteel mee te maken hebt. Terwijl je erover nadenkt, kun je overwegen om de volgende vragen in je dagboek of op een los blaadje te beantwoorden:

• Met welke beproevingen heb ik momenteel in mijn leven te maken?

• Wat moet ik doen om mezelf voor te bereiden om de macht van de Heer ter bevrijding te ontvangen?

4. Schrijf het volgende onderaan de opdrachten van vandaag in je Schriftendagboek:

   Ik heb Mosiah 21–24 bestudeerd en heb deze les afgerond op (datum).

   Aanvullende vragen, gedachten en inzichten die ik met mijn leerkracht wil bespreken: