Unit 8: Dag 3

2 Nephi 29–30

Inleiding

Nephi’s boodschap aangaande het wonderbare werk van de herstelling van het evangelie zet zich voort in 2 Nephi 29–30. Nephi getuigde dat in de laatste dagen alle Schriftuur zou samenkomen om aan alle natiën, geslachten, talen en volken te tonen dat God zijn kinderen indachtig is. Deze verslagen zijn een getuigenis dat Jezus Christus onze Heiland is. Nephi profeteerde dat velen het Boek van Mormon zouden verwerpen, maar dat zij die geloven in de kerk zouden worden vergaderd. Hij zette bovendien uiteen dat Gods verbondsvolk uit mensen bestaat die zich bekeren en in de Zoon van God geloven.

2 Nephi 29:1–14

De Heer vertelt Nephi dat velen het Boek van Mormon in de laatste dagen zullen verwerpen

Nephi zag dat vele mensen in de laatste dagen zouden geloven dat de Bijbel de enige door God geopenbaarde Schriftuur was en het Boek van Mormon zouden verwerpen. Hoe zou jij reageren als een vriend(in) zou vragen waarom mormonen een andere Bijbel hebben?

Nephi verschaft ons enkele antwoorden op die vraag. Hij tekende namelijk de woorden van de Heer op aangaande de rol van het Boek van Mormon bij de herstelling van het evangelie in de laatste dagen, dat door de Heer ‘een wonderbaar werk’ genoemd werd (2 Nephi 29:1). Lees 2 Nephi 29:1–2 en stel vast wat de woorden van de Heer in de laatste dagen zouden doen. (Zij zouden tot Nephi’s nageslacht ‘voortgaan’ en eveneens ‘voortsissen tot aan de einden der aarde’.) ‘Voortsissen’ betekent ‘fluiten’ wat een teken om te vergaderen suggereert (zie Jesaja 5:26, voetnoot b).

Het woord standaard in 2 Nephi 29:2 geeft een voorwerp aan om mensen onder bijeen te brengen. Een banier of vlag wordt ook wel een standaard genoemd. Wat is volgens 2 Nephi 29:2 de ‘standaard’ die zal voortgaan ‘tot aan de einden der aarde’ om het volk van de Heer te vergaderen? (Je zou zoiets als Het Boek van Mormon — de woorden van Nephi’s nageslacht naast 2 Nephi 29:2 kunnen noteren.)

1. Noteer in je Schriftendagboek waarom de Heer ons volgens 2 Nephi 29:1–2 voorziet van meer Schriftuur, zoals het Boek van Mormon.

Ouderling Jeffrey R. Holland van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft het volgende inzicht omtrent het Boek van Mormon aangedragen: ‘Het Boek van Mormon is de belangrijkste verklaring van Gods verbond met en zijn liefde voor zijn kinderen hier op aarde.’ (Christ and the New Covenant: The Messianic Message of the Book of Mormon [1997], p. 4.)

In 2 Nephi 29 slaan de woorden andere volken op mensen die niet van het huis van Israël zijn. Het woord Joden slaat op mensen die van het huis van Israël zijn, waartoe ook Lehi’s familie en nageslacht behoren. Lees 2 Nephi 29:3–6 en zoek naar de reactie van sommige andere volken ten aanzien van aanvullende Schriftuur. Noteer je antwoord op de volgende vragen in de daarvoor beschikte ruimte.

Hoe zullen sommigen op aanvullende Schriftuur reageren?

Wat heeft de Heer over de mensen gezegd die zo reageren?

Nephi gaf een profetische beschrijving van de reactie van mensen op het Boek van Mormon. Mensen trekken het Boek van Mormon tegenwoordig vaak in twijfel omdat ze de Bijbel al hebben. Markeer de woorden of zinsneden in 2 Nephi 29:7–11 die aangeven waarom de Heer ons meer Schriftuur geeft. Denk erover na hoe jij dit doeleinde kunt uitleggen aan iemand die de noodzaak of waarde van het ontvangen van aanvullende openbaringen van God niet begrijpt.

2. Schrijf in je Schriftendagboek met behulp van wat je in 2 Nephi 29:7–11 gemarkeerd hebt een reactie op de gestelde vraag aan het begin van deze les: ‘Waarom hebben mormonen een andere Bijbel?’

De Heer voorziet ons van Schriftuur als tweede getuige en om mensen tot zijn verbond te vergaderen. Lees 2 Nephi 29:13–14 en zoek naar de zegen die zal volgen wanneer de Schriften — ‘de woorden der Nephieten’ (het Boek van Mormon), ‘de woorden der Joden’ (de Bijbel) en ‘de woorden van de verloren stammen van Israël’ — onder de mensen zullen zijn.

2 Nephi 30:1–8

Nephi profeteert van de rol van het Boek van Mormon in de laatste dagen

Na de verzekering dat God het huis van Israël zou gedenken, waarschuwde Nephi zijn volk dat het niet moest denken dat het rechtvaardiger was dan de andere volken zouden zijn. Hij wees haar er ook op dat alle mensen tot Gods verbondsvolk kunnen toetreden. Lees 2 Nephi 30:2 en noteer in de beschikbare ruimte twee dingen die mensen moeten doen voordat de Heer een verbond met hen zal sluiten.

Denk eens na over het effect dat het Boek van Mormon heeft gehad op jou of op iemand die jij kent. Lees daarna 2 Nephi 30:3–8 en rond de volgende opdracht af met zinsneden die de invloed van het Boek van Mormon op hen die het ontvangen beschrijven.

Groepen mensen	De invloed van het Boek van Mormon
Lehi’s nageslacht (2 Nephi 30:3–6)
De Joden (2 Nephi 30:7)
Alle natiën (2 Nephi 30:8)

Lees de volgende uitspraak van president Henry B. Eyring van het Eerste Presidium en markeer redenen waarom het Boek van Mormon een krachtig werktuig voor zendingswerk is:

‘Het Boek van Mormon is sinds de herstelling van het evangelie door Joseph Smith de kern van het zendingswerk geweest. We gebruiken het boek elke dag bij het zendingswerk. Een feit over het Boek van Mormon als de sleutel tot macht in elk onderdeel van zendingswerk is dat het Boek van Mormon een testament aangaande Jezus Christus is. Dat staat op de titelpagina. Daar staat dat het doel van het boek is om aan te geven wat voor grote dingen de Heer voor zijn volk heeft gedaan, om haar te laten weten dat de met Hem gesloten verbonden nog steeds van kracht zijn, en om de mensen te overtuigen dat Jezus de Christus is.’ (‘Why the Book of Mormon?’, New Era, mei 2008, pp. 6, 8.)

Als we 2 Nephi 30:1–8 bestuderen, zien we dat alle mensen door het Boek van Mormon Jezus Christus kunnen leren kennen en zijn evangelie kunnen naleven.

3. Kies uit de volgende vragen één vraag die je beantwoordt in je Schriftendagboek:

   1. Hoe heb jij door het Boek van Mormon de Heiland leren kennen?

   2. Hoe gebruik jij het Boek van Mormon om anderen te helpen de Heiland te leren kennen?

2 Nephi 30:9–18

Nephi profeteert van de omstandigheden op aarde tijdens het millennium

Lees 2 Nephi 30:9–10. Wat zal er gebeuren onder de mensen voor het millennium — de 1000 jaar van rechtvaardigheid en vrede die volgt op de wederkomst van de Heiland, wanneer Jezus Christus ‘persoonlijk op aarde zal regeren’ (Geloofsartikelen 1:10)? Heb jij een ‘grote scheiding’ (2 Nephi 30:10) gezien die de rechtvaardigen en goddelozen van elkaar scheidt? Wat zal er uiteindelijk met de goddelozen gebeuren?

Lees 2 Nephi 30:12–18 en let op hoe het leven gedurende het millennium zal zijn.

4. Noteer in je Schriftendagboek een krantenkop (een hoogtepunt of een samenvatting van een paar woorden) die de millenniaanse omstandigheden beschrijft waar je het meest naar uitkijkt. Leg, nadat je een krantenkop hebt genoteerd, uit hoe die krantenkop de vrede weergeeft die er op aarde zal heersen gedurende het millennium.

Denk erover na hoe het zal zijn als Satan gedurende het millennium geen macht zal hebben over het hart van de mensen en dat er rechtschapenheid en vrede zullen heersen. Denk erover na hoe anders jouw school of gemeenschap zou zijn als deze omstandigheden er vandaag de dag waren.

5. Schrijf in je Schriftendagboek op hoe jij jezelf, je gezin en anderen kunt voorbereiden op deze periode van vrede en rechtvaardigheid.

Toelichting en achtergrondinformatie

Hoe zullen meer verslagen tevoorschijn komen?

Ouderling Bruce R. McConkie van het Quorum der Twaalf Apostelen zei dat de in 2 Nephi 29:12–14 genoemde verslagen ‘tevoorschijn zouden komen op wonderbare wijze, onder leiding van de president van De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen, die openbaarder en vertaler is en die de sleutels van het koninkrijk Gods bezit.’ (The Millennial Messiah [1982], p. 217.) Wij weten dat de Heiland enkele van de verloren stammen van Israël en de Nephieten heeft bezocht na zijn opstanding en dat ook zij verslagen van zijn bediening onder Hem na zijn opstanding zullen optekenen (zie 3 Nephi 16:1–3; 17:4).

Wanneer zullen de ‘Joden […] in Christus beginnen te geloven’?

Ouderling Bruce R. McConkie heeft tevens de geprofeteerde bekering van de Joden besproken:

‘“En het zal geschieden dat de Joden die verstrooid zijn, eveneens in Christus beginnen te geloven; en zij zullen zich op het oppervlak van het land beginnen te vergaderen.” (2 Nephi 30:7.) Veel van de oude Joodse bitterheid jegens Christus is opgehouden; velen aanvaarden Hem tegenwoordig als een grote Rabbi, maar niet als de Zoon van God. Enkelen hebben Hem volledig aanvaard, en zijn in de ware kerk opgenomen met het vergaderde overblijfsel van Efraïm en diens metgezellen.

‘Maar de grote bekering van de Joden, hun terugkeer tot de waarheid als volk, zal na de wederkomst van hun Messias plaatsvinden. Wie in staat zijn die dag te doorstaan, zullen in uiterste nood en smart vragen: “Wat zijn dat voor wonden in uw handen en in uw voeten? Dan zullen zij weten dat Ik de Heer ben; want Ik zal hun zeggen: Deze wonden zijn de wonden waarmee Ik verwond werd in het huis van mijn vrienden. Ik ben het die verhoogd is. Ik ben Jezus die gekruisigd is. Ik ben de Zoon van God.” (LV 45:51–52; Zacharia 12:8–14; 13:6.)’ (Mormon Doctrine, 2de editie [1966], pp. 722–723.)

6. Schrijf het volgende onderaan de opdrachten van vandaag in je Schriftendagboek:

   Ik heb 2 Nephi 29–30 bestudeerd en heb deze les afgerond op (datum).

   Aanvullende vragen, gedachten en inzichten die ik met mijn leerkracht wil bespreken: