Seminarie
Unit 31: Dag 4, Moroni 7:1–19


Unit 31: Dag 4

Moroni 7:1–19

Inleiding

Moroni tekende een toespraak op die zijn vader, Mormon, vele jaren daarvoor voor zijn ‘geliefde broeders’ had gehouden (Moroni 7:2). Deze les beslaat het eerste gedeelte van Mormons toespraak in Moroni 7. Hierin worden zijn leringen uiteengezet aangaande rechtvaardige werken doen met een oprechte bedoeling en hoe we goed van kwaad kunnen onderscheiden. In de volgende les zul je de rest van Mormons toespraak in Moroni 7 bestuderen.

Moroni 7:1–10

Mormon leert de volgelingen van Jezus Christus over werken en oprechtheid

Afbeelding
apple

Heb je weleens ontdekt dat iets van binnen niet zo goed was als het van buiten leek? Je zou een stuk fruit als voorbeeld kunnen nemen, bijvoorbeeld een zure of overrijpe appel. Noteer twee of drie andere voorbeelden:

Overweeg hoe deze voorbeelden vergeleken kunnen worden met de uiterlijke verschijning en de innerlijke beweegredenen van mensen. Moroni tekende de woorden van zijn vader, Mormon, op omtrent de toestand van ons hart wanneer we rechtschapen werken doen. Lees Moroni 7:2–3 om erachter te komen tot welk publiek Mormon sprak.

Mormon noemde zijn broeders tot wie hij sprak ‘de vredige volgelingen van Christus’ (Moroni 7:3). Lees in Moroni 7:4–5 hoe Mormon wist dat deze Nephieten ware discipelen van de Heiland waren.

Denk je dat iemand rechtschapenheid kan voorwenden? Waarom, of waarom niet?

Mormon besprak deze kwestie in Moroni 7:6. Je zou de zinsnede ‘oprechte bedoeling’ kunnen markeren. De volgende uitleg van ouderling Dallin H. Oaks van het Quorum der Twaalf Apostelen kan je inzicht geven in wat een oprechte bedoeling hebben inhoudt. Onderstreep wat je in zijn uitleg aanspreekt.

‘Wij moeten niet alleen het goede doen. We moeten het ook om de juiste redenen doen. De hedendaagse term is goede motivatie. In de Schriften wordt deze juiste mentale houding vaak met de woorden vol voornemen des harten of met een eerlijke bedoeling omschreven.

‘In de Schriften staat duidelijk dat God onze motieven kent en onze daden overeenkomstig zal oordelen.’ (Pure in Heart [1988], p. 15.)

Mormon beschrijft de gevolgen voor mensen die goede werken zonder oprechte bedoeling doen. Bestudeer Moroni 7:7–10 en onderzoek wat er gebeurt wanneer we rechtschapen werken zonder oprechte bedoeling doen. Uit deze verzen leren we dat we goede werken met een oprecht voornemen van hart moeten doen om ervoor gezegend te kunnen worden. Een oprechte bedoeling omvat goede werken doen uit liefde voor God en anderen.

  1. Beantwoord de volgende vraag in je Schriftendagboek: Welk verschil heb je gemerkt tussen goede werken met de juiste bedoeling doen en goede werken met een zelfzuchtige bedoeling doen?

  2. Denk na over het volgende scenario om het beginsel te begrijpen dat we goede werken met een oprecht voornemen van hart moeten doen om ervoor gezegend te kunnen worden: Een vriend(in) die het Boek van Mormon heeft gelezen vraagt je om uitleg over Moroni 7:9 en zegt: ‘Ik heb gelezen dat als iemand zonder oprechte bedoeling bidt, het “hem niets [baat], want God neemt zo iemand niet aan”. Ik heb vaak het gevoel dat ik zonder oprechte bedoeling bid. Moet ik dan maar stoppen met bidden?’ Noteer in je Schriftendagboek hoe je die vraag zou beantwoorden en leg uit waarom.

President Brigham Young heeft de volgende raad gegeven over hoe we het verlangen kunnen aankweken om met een oprechte bedoeling te bidden: ‘Het maakt niet uit of u en ik er wat voor voelen om te bidden: als de tijd komt om te bidden, bid dan. Als we er niets voor voelen om te bidden, moeten we bidden tot we er wél wat voor voelen.’ (Leringen van kerkpresidenten: Brigham Young [1997], p. 45.)

Denk erover na in hoeverre president Youngs raad ook op andere geboden van toepassing is. Vaak helpt het goede doen om een verlangen aan te kweken dat gebod om de juiste redenen te blijven gehoorzamen.

  1. Kies een van de volgende geboden om Mormons leringen omtrent het belang van goede werken met een oprechte bedoeling doen toe te passen: vasten, tiende betalen, anderen dienen, de Schriften bestuderen, je ouders eren, zedelijk rein blijven. (Zedelijke reinheid omvat deugdzaam zijn bij het gebruik van internet of sociale media. Het omvat ook niets doen wat tot een seksuele overtreding kan leiden.) Beantwoord vervolgens de volgende vragen in je Schriftendagboek:

    1. Hoe ben je gezegend door dit gebod met een oprechte bedoeling te gehoorzamen?

    2. Welk advies zou je aan je leeftijdsgenoten geven over hoe ze dat gebod met een oprechte bedoeling kunnen gehoorzamen?

Moroni 7:11–19

Mormon zet uiteen hoe we goed van kwaad kunnen onderscheiden

Hoe kunnen we weten dat iets slecht is zonder het uit te proberen? Mormon gaf ons raad die ons kan helpen wanneer we met een dergelijke situatie te maken krijgen.

  1. Lees in Moroni 7:11–13 hoe we goed van kwaad kunnen onderscheiden. Je kunt zinsneden markeren die er voor jou uitspringen. Vat samen wat je uit deze verzen hebt geleerd door de volgende uitspraken in je Schriftendagboek aan te vullen:

    1. Wat van God is …

    2. Wat van de duivel komt …

Mormon zei dat God ons uitnodigt en verlokt om voortdurend goed te doen. Merk op dat de duivel volgens Moroni 7:12 ons ook uitnodigt en verlokt. Denk aan enkele manieren waarop de duivel ons uitnodigt en verlokt tot zonde.

Afbeelding
Ouderling Jeffrey R. Holland

Ouderling Jeffrey R. Holland van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft Satans motieven besproken om ons te verlokken voortdurend kwaad te doen: ‘Satan, Lucifer of de vader der leugen — hoe we hem ook noemen — bestaat echt, het kwaad in eigen persoon. Zijn motieven zijn zonder uitzondering kwaadaardig. […] Hij keert zich eeuwigdurend tegen de liefde van God, de verzoening van Jezus Christus en het werk van vrede en heil. Hij zal er altijd tegen vechten, waar en wanneer hij maar kan. Hij weet dat hij uiteindelijk wordt verslagen en uitgeworpen, maar hij is vastbesloten om zo veel mogelijk anderen mee te sleuren in zijn val.’ (‘Moedig doen wij mee’, Liahona, november 2011, p. 44.)

  1. Noem in je Schriftendagboek enkele favoriete tv-programma’s, liedjes, muziekgroepen, websites, apps, videogames of persoonlijke bezittingen om Mormons leringen over het onderscheiden van goed en kwaad te leren toepassen. (Je kunt dit lijstje indien nodig aan je interesses aanpassen.) Later in de les zul je hierop terugkomen.

Lees Moroni 7:15–17 en ga op zoek naar waarheden die aantonen hoe we kunnen beoordelen of iets van God of van de duivel is.

De Geest van Christus wordt ook wel het licht van Christus genoemd (zie Moroni 7:18). President Boyd K. Packer, president van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft de volgende uitleg gegeven, die je meer inzicht geeft in het licht van Christus:

Afbeelding
President Boyd K. Packer

‘De Heilige Geest en het licht van Christus verschillen van elkaar. Hoewel ze in de Schriften soms met dezelfde woorden aangeduid worden, zijn ze twee verschillende en afzonderlijke wezenlijkheden. […]

‘Hoe meer we van het licht van Christus weten, des te beter we het leven zullen begrijpen en des te meer we alle mensen lief zullen hebben. […]

‘En of dat innerlijke licht, deze kennis van goed en fout, nu het licht van Christus, moreel besef of geweten wordt genoemd, het kan ons ingeven onze daden te veranderen — tenzij we het onderdrukken of tot zwijgen brengen. […]

‘Iedere man, vrouw en kind in elke natie, van elke gezindte, elk ras — alle mensen, waar ze ook leven, wat ze ook geloven en wat ze ook doen — hebben het onvergankelijke licht van Christus in zich. In dit opzicht zijn alle mensen gelijkelijk geschapen. Het feit dat iedereen het licht van Christus in zich heeft, is het bewijs dat God geen aannemer des persoons is.’ (Zie ‘Het licht van Christus’, Liahona, april 2005, pp. 8–10.)

Gedoopte leden van de kerk hebben ook de gave van de Heilige Geest om hen te helpen goed van kwaad te onderscheiden. President Packer heeft gezegd dat ‘de Heilige Geest door het licht van Christus kan werken’. (‘Het licht van Christus’, p. 10.)

Zoek in Moroni 7:18–19 naar Mormons raad inzake onze reactie op het licht van Christus in ons. Je kunt woorden of zinsneden in deze verzen markeren die aangeven dat we goed van kwaad kunnen onderscheiden als we ijverig proberen het licht van Christus te volgen.

Raadpleeg het lijstje dat je bij opdracht 5 in je Schriftendagboek hebt samengesteld. Denk na over wat je hebt opgeschreven en doe ‘zorgvuldig onderzoek […] in het licht van Christus’ (Moroni 7:19) om te bepalen of die dingen al dan niet van God komen. De volgende vragen zijn wellicht het overwegen waard:

  • In hoeverre nodigen deze dingen je uit om goed te doen, in Jezus Christus te geloven, God lief te hebben en Hem te dienen?

  • Overreden deze dingen je om ‘kwaad te doen, […] niet in Christus te geloven, […] Hem te verloochenen [of] God niet te dienen’? (Moroni 7:17.)

  • Heb je het idee dat je sommige dingen uit je leven moet bannen? Zo ja, hoe ga je dat dan doen?

Mormon gaf de belofte dat je ‘een kind van Christus’ zult zijn wanneer je de slechte dingen uit je leven verwijdert en tracht ‘al het goede’ aan te grijpen (Moroni 7:19).

  1. Schrijf het volgende onderaan de opdrachten van vandaag in je Schriftendagboek:

    Ik heb Moroni 7:1–19 bestudeerd en heb deze les afgerond op (datum).

    Aanvullende vragen, gedachten en inzichten die ik met mijn leerkracht wil bespreken:

Afdrukken