Unit 17: Dag 3

Alma 21–22

Inleiding

Aäron, een van Ammons broers, trachtte de Amalekieten en Amulonieten over Jezus Christus en de verzoening te vertellen, maar het volk verwierp hem. Hij en enkele van zijn metgezellen belandden in de gevangenis in het land Middoni. In hun tegenspoed bleven zij getrouw. Nadat Ammon en koning Lamoni hen hadden vrijgelaten, leerde Aäron Lamoni’s vader hoe hij ‘uit God […] geboren’ kon worden (Alma 22:15). De koning ontdekte dat hij God kon leren kennen en uiteindelijk het eeuwige leven kon beërven door zich van zijn zonden te bekeren. Door de getrouwheid van Aäron en zijn broeders kwamen vele Lamanieten tot de kennis van God en zijn weg van verlossing.

Alma 21:1–23

Aäron en zijn broeders prediken ondanks beproevingen en gevangenschap het evangelie

Denk terug aan een keer waarbij je hard je best deed om de geboden te onderhouden en toch met moeilijkheden te maken kreeg. Overweeg vervolgens de volgende vraag: Wat deed je om ondanks die beproevingen toch trouw te blijven? Hoe werd je, als je terugkijkt op die ervaring, in die tijd door de Heer gezegend?

Terwijl Ammon koning Lamoni en zijn volk onderwees (zie Alma 17–19), kregen Aäron en zijn metgezellen tijdens hun pogingen om in een ander deel van het land te onderwijzen, met enorme tegenstand te maken. Lees Alma 20:28–30 voor een kort overzicht van de beproevingen waar Aäron en zijn metgezellen in de gevangenis mee te maken kregen. Lees vervolgens de passages uit Alma 21:1–17 die hieronder worden aangegeven. Let op hoe Aäron en zijn broeders met hun beproevingen omgingen.

1. Neem het volgende schema over in je Schriftendagboek, waarbij je genoeg ruimte voor je aantekeningen bij elke Schrifttekst overlaat:

   Moeilijkheid of beproeving	Hoe Aäron en zijn metgezellen reageerden
   Alma 21:3	Alma 21:4
   Alma 21:5–6, 8	Alma 21:7, 9
   Alma 21:10–11	Alma 21:11–12
   Alma 21:13–14	Alma 21:15

   Als je elke tekstenreeks hebt gelezen, noteer je in de linkerkolom van het schema de moeilijkheden of beproevingen waarmee Aäron en zijn metgezellen te maken kregen. Noteer in de rechterkolom hoe Aäron en zijn metgezellen reageerden. Beantwoord daarna de volgende vragen:

   1. Waarom zou het voor hen makkelijk zijn geweest om ontmoedigd te raken, de moed op te geven en terug te keren naar huis, naar een vriendelijker plek onder de Nephieten?

   2. Hoe kunnen wij, als zendingsactieve leden, baat hebben bij het bestuderen van dit verslag?

Lees Alma 21:16–17 en zoek op hoe Aäron en zijn broeders wegens hun volhardend geloof door de Heer geholpen werden om zijn werk te doen. Van Aäron en zijn broeders leren we het volgende beginsel: Als wij onze beproevingen getrouw doorstaan, zal de Heer ons helpen zijn werk te doen. Je zou dit beginsel in je Schriften of Schriftendagboek kunnen noteren.

Vraag je af welk werk God momenteel voor jou te doen heeft en met welke uitdagingen je te maken kunt krijgen om dat werk te volbrengen. Lees de volgende uitspraak van president Thomas S. Monson, die ons leerde dat we bij het volbrengen van het werk van de Heer met beproevingen te maken kunnen krijgen:

‘Het is een ontzagwekkende taak om de kostbare zielen die onze Vader op zijn boodschap heeft voorbereid te bereiken, te onderwijzen en te raken. Het is vaak niet zo eenvoudig om daarin te slagen. Doorgaans gaan er tranen, beproevingen, vertrouwen en getuigenis aan vooraf. […]

‘[…] Gods dienstknechten putten troost uit deze verzekering van de Meester: ‘Ik ben met u al de dagen’ (Matteüs 28:20). Die magnifieke belofte steunt jullie. […] Het troost je op momenten van ontmoediging, waar iedereen mee te maken krijgt.’ (‘Tears, Trials, Trust, Testimony’, Ensign, mei 1987, p. 43.)

2. Schrijf in je Schriftendagboek een ervaring op waarbij je in tijden van beproeving trouw bleef volharden. Je kunt ook opschrijven hoe je bij een toekomstige beproeving met behulp van de beginselen uit deze les trouw zult blijven. Beschrijf ook toekomstige situaties waarin je wellicht beproevingen moet doorstaan wanneer je het werk van de Heer doet.

Lees Alma 21:18–23 en ga na wat Ammon deed nadat hij Aäron en zijn broeders uit de gevangenis had bevrijd. Let op hoe het leven van de Lamanieten was veranderd door het evangelie dat Ammon tot hen had gebracht.

Denk erover na hoe het evangelie van Jezus Christus het leven van een bekende van je heeft veranderd. Denk erover na hoe jij een kennis van je over het evangelie kunt vertellen, of denk aan iemand die door het voorbeeld van Aäron en zijn broeders beïnvloed kan worden. Overweeg aan die persoon te vertellen wat je hebt geleerd van het voorbeeld van Aäron en zijn broeders die trouw in het werk van de Heer volhardden.

Alma 22

Lamoni’s vader, die koning is van het gehele land, gelooft in het evangelie waarin Aäron hem onderwijst

Denk terug aan Ammons ervaring met Lamoni’s vader, die in de vorige les werd behandeld. Neem het specifieke verzoek van de koning aan Ammon in Alma 20:27 nogmaals door. Let tijdens het lezen van Alma 22:1–3 op hoe de koning op Aärons bezoek reageerde.

Lees Alma 22:4–6 en zoek op wat de vader van koning Lamoni verontrustte. Ga in Alma 22:7–14 op zoek naar de waarheden waarin Aäron Lamoni’s vader onderwees.

Overweeg de volgende vragen (het is misschien nuttig om de soortgelijke discussie over koning Lamoni in Alma 17–18 in gedachte te houden):

• Waarom moest de koning geloof in God hebben om het begrip bekering te begrijpen?

• Hoe leidde kennis van de val ertoe dat de koning de noodzaak tot bekering begreep?

3. Beantwoord de volgende vraag in je Schriftendagboek: Waarom is begrip van de val van Adam en de verzoening van Jezus Christus essentieel om bekering te kunnen begrijpen?

Ga in Alma 22:15 na van welke dingen Lamoni’s vader bereid was afstand te doen om vreugde en het eeuwige leven te ontvangen. Overweeg die in je Schriften te markeren.

4. Beantwoord de volgende vraag in je Schriftendagboek: Waarom is de houding van de vader van koning Lamoni voor iedereen van belang die God wil leren kennen?

Lees Alma 22:16 om te zien hoe Aäron de vraag van de koning omtrent het eeuwige leven beantwoordde. (Overweeg belangrijke waarheden te markeren die je in deze verzen tegenkomt.) Hoe kan iemand door het aanvaarden en het naleven van de waarheden waarin Aäron onderwees het eeuwige leven ontvangen?

Lees Alma 22:17–18 en zoek op hoe de koning op Aärons aanwijzingen reageerde. Overweeg de volgende vraag: Wat leren we van de vader van koning Lamoni over het begrip ‘uit God geboren worden’?

Je zou de volgende zinsnede in Alma 22:18 kunnen markeren: ‘Ik zal al mijn zonden afleggen om U te kennen’. Denk na over de volgende waarheid en noteer deze in je Schriften of Schriftendagboek: Wij moeten bereid zijn om al onze zonden te verzaken om geestelijk te veranderen en uit God geboren te worden.

Lees de volgende uitspraak van ouderling Dallin H. Oaks van het Quorum der Twaalf Apostelen: ‘Het evangelie van Jezus Christus zet aan tot verandering. Zijn veelvuldige boodschap is: bekeer u, en zich bekeren houdt in dat we alle gewoonten — persoonlijke, huiselijke, etnische en nationale — opgeven die ingaan tegen de geboden van God. Het doel van het evangelie is gewone mensen om te vormen tot celestiale burgers, en dat vergt verandering.’ (‘Bekering en verandering’, Liahona, november 2003, p. 37.)

Denk erover na wat jij momenteel in je leven zou moeten doen om een geestelijke verandering te ondergaan.

Lees in Alma 22:19–22 welke gebeurtenissen op het gebed van de koning volgden. Lees Alma 22:23–27 en kijk wat Lamoni’s vader deed omdat zijn hart was veranderd en hij de Geest van de Heer had ontvangen.

5. Beschrijf in je Schriftendagboek wat je door je studie van het verhaal van de vader van koning Lamoni hebt geleerd over de wedergeboorte. Leg uit hoe zijn voorbeeld de jeugd nu kan helpen om te veranderen en uit God geboren te worden.

6. Schrijf het volgende onderaan de opdrachten van vandaag in je Schriftendagboek:

   Ik heb Alma 21–22 bestudeerd en heb deze les afgerond op (datum).

   Aanvullende vragen, gedachten en inzichten die ik met mijn leerkracht wil bespreken: