Seminarie
Unit 12: Dag 4, Mosiah 15–17


Unit 12: Dag 4

Mosiah 15–17

Inleiding

Het verslag waarin de profeet Abinadi tot koning Noach en zijn priesters predikt, gaat verder in Mosiah 15–17. Hij getuigde van de rol van Jezus Christus als Verlosser. Eén van de priesters van Noach, Alma, geloofde Abinadi. De koning wierp Alma uit zijn hof en liet Abinadi verbranden. Abinadi was God in alle omstandigheden trouw.

Mosiah 15–16

Abinadi zet de rol van Jezus Christus als Verlosser uiteen

Neem een paar minuten de tijd om de woorden verlossen, verlost en verlossing op te zoeken en te omcirkelen in Mosiah 15–16. De herhaling van hetzelfde woord in een tekstblok is vaak een teken van een belangrijk punt in de boodschap van de schrijver. Let tijdens je studie vandaag op wat Abinadi leerde aangaande verlost worden.

Raadpleeg het volgende schema om de rol van Jezus Christus als Verlosser te begrijpen:

Afbeelding
Stick Figure

Stel je voor dat je een wet hebt overtreden en veroordeeld bent tot de zwaarst mogelijke straf die de wet toestaat. Misschien omvat de straf een hoge boete, een verblijf in de gevangenis of zelfs de dood. Hoe zou je je voelen als je zulke straffen zou moeten ondergaan? Kun je een legale en eerlijke manier bedenken om onder deze straffen uit te komen?

Noteer in het schema het woord Ik onder het woord Overtreder, en Gerechtigheid onder het woord Straf. We hebben allemaal weleens de wetten van God overtreden en moeten aan de eisen van de wet van gerechtigheid voldoen. De eisen van de wet van gerechtigheid vereisen dat elke zondaar een straf krijgt die verbonden is aan de zonde.

Afbeelding
Ouderling Richard G. Scott

Lees de volgende uitspraak van ouderling Richard G. Scott van het Quorum der Twaalf Apostelen en onderstreep de twee gevolgen als we Gods wetten overtreden: ‘De gerechtigheid eist […] dat iedere overtreding van de wet wordt vereffend. Als wij de geboden van God onderhouden, worden we gezegend, maar we bouwen geen tegoed op waarmee we overtredingen van de wet kunnen compenseren. Onopgeloste overtredingen kunnen het leven ellendig maken en ons ervan weerhouden bij God terug te keren.’ (‘De verzoening kan vrede en geluk waarborgen’, Liahona, november 2006, p. 42.)

De gevolgen van het overtreden van Gods wetten omvatten ellende en de onmogelijkheid om samen met God te leven. Lees Mosiah 15:1, 7–9 en stel zinsneden vast die aantonen hoe de verzoening van de Heiland aan de vereisten van de gerechtigheid voldoet.

Raadpleeg een woordenboek om de betekenis van de volgende woorden op te zoeken:

Verlossen (Mosiah 15:1)

Bemiddelen (Mosiah 15:8)

Tussen staan (Mosiah 15:9)

Je zou een gedeelte van de betekenissen naast de verzen kunnen noteren.

Soms raken mensen in verwarring door Abinadi’s beschrijving van Jezus Christus in Mosiah 15:2–5 als (1) de Zoon van God de Vader, en (2) als de Vader. De volgende uitspraak van ouderling Jeffrey R. Holland van het Quorum der Twaalf Apostelen legt de goddelijke aard van Jezus Christus als volgt uit: ‘Zoals Abinadi zei, werd Christus “door de macht Gods verwekt” (Mosiah 15:3) en had Hij daarom de machten van de Vader in zich. Behalve die goddelijke verwantschap treedt Christus ook als de Vader op in de zin van Schepper van hemel en aarde [zie Mosiah 15:4], als de vader van onze geestelijke wedergeboorte en ons eeuwig heil, en stelt Hij de wil van zijn Vader altijd boven zijn eigen wil — en maakt Hij aldus aanspraak op diens macht.’ (Christ and the New Covenant: [1997], pp. 183–184.)

Bestudeer Mosiah 15:5–7 en denk na over de prijs die Jezus Christus betaald heeft om jou te verlossen, of om tussen jou en de eisen van gerechtigheid te staan. Noteer Jezus Christus tussen Overtreder en Straf in bovenstaand schema.

Het is van belang om te begrijpen dat de Heiland de eisen van gerechtigheid niet uitwist, maar tussen ons en de gerechtigheid in staat. Als wij ons bekeren, bevredigt Hij de eisen van de gerechtigheid door de straf op zich te nemen.

  1. Rond de volgende activiteiten in je Schriftendagboek af:

    1. Noteer Zij die ervoor kiezen verlost te worden (Mosiah 15:11–12; 16:13). Bestudeer daarna Mosiah 15:11–12; 16:13 om erachter te komen wie verlost zal worden. Noteer je bevindingen.

    2. Noteer Zij die weigeren verlost te worden (Mosiah 15:26–27; 16:2–5, 12). Bestudeer daarna Mosiah 15:26–27; 16:2–5, 12 om erachter te komen waarom sommige mensen niet verlost zullen worden. Noteer je bevindingen.

  2. Beantwoord met behulp van wat je uit de vorige opdracht geleerd hebt de volgende vragen in je Schriftendagboek:

    1. Wat zal bepalen wie er van hun zonden verlost worden?

    2. Wat leer je van het verschil tussen de ‘wil’ van Jezus Christus in Mosiah 15:7 en de ‘wil’ van hen die het kwade kiezen in Mosiah 16:12?

Jezus Christus bevredigt de eisen van de gerechtigheid ten behoeve van de mensen die zich bekeren. De prijs die de Heiland heeft betaald is een persoonlijke gave aan ieder die ervoor kiest zich te bekeren en de wil van de Vader te doen. Lees Mosiah 15:10 en onderstreep de zinsnede ‘Hij zijn nageslacht zal zien’.

Afbeelding
Ouderling Merrill J. Bateman

Lees Mosiah 15:10–12 en de volgende uitspraak van ouderling Merrill J. Bateman, emeritus Zeventiger:

‘De profeet Abinadi zegt […]: “Wanneer zijn ziel ten offer is gebracht voor zonde, [zal] Hij zijn nageslacht […] zien” (Mosiah 15:10). Abinadi zegt vervolgens dat de profeten en hun volgelingen het nageslacht van de Heiland zijn. Vele jaren lang dacht ik aan de ervaringen die de Heiland in Getsemane en aan het kruis had als plekken waar Hij een enorme lading zonden op Zich nam. Maar door de woorden van Alma, Abinadi, Jesaja en andere profeten is dat inzicht veranderd. In plaats van een onpersoonlijke lading zonden was er een lange rij mensen toen Jezus ‘onze zwakheden’ voelde (Hebreeën 4:15), “onze ziekten […] op zich [nam], […] onze smarten [droeg], [en] om onze overtredingen werd […] doorboord” (Jesaja 53:4–5).

‘De verzoening was een intieme, persoonlijke ervaring waarbij Jezus te weten kwam hoe Hij ieder van ons te hulp kon komen.’ (‘Een patroon voor iedereen’, Liahona, november 2005, pp. 75–76.)

Afbeelding
Christ in Gethsemane
  1. Beantwoord de volgende vragen in je Schriftendagboek:

    1. Wat denk je dat het betekent om het nageslacht van Jezus Christus te worden? (zie Mosiah 15:12).

    2. Wat doe jij om er zeker van te zijn dat je onder het nageslacht van Jezus Christus wordt gerekend?

Je kunt Mosiah 15:10 desgewenst op jezelf betrekken door je naam in plaats van ‘zijn nageslacht’ te lezen in het deel van het vers dat je onderstreept hebt. Denk er eens over na wat het betekent om een Verlosser te hebben die jou persoonlijk kent en heeft gezien.

Wat zijn de gevolgen als iemand niet verlost wil worden? Neem Mosiah 16:5 nog eens door. Wat gebeurt er in het schema eerder in deze les als de overtreder in zonde volhardt en zich niet wil bekeren? Lees Leer en Verbonden 19:16–17 en zie wat er gebeurt met wie de verlossing van de Heiland door bekering niet aan willen nemen.

Abinadi leerde dat de verlossing van Jezus Christus niet slechts een redding van zonde inhoudt, maar ook een redding van de dood. Iedereen zal opstaan, hoewel sommigen vóór anderen zullen opstaan. Abinadi gebruikte de term ‘eerste opstanding’ om uit te leggen dat de rechtvaardigen en onschuldigen vóór de opstandigen zouden opstaan (zie Mosiah 15:21–22). De rechtvaardigen zullen van de dood verlost worden in de eerste opstanding en de goddelozen moeten tot na het millennium op de opstanding wachten (zie LV 76:85, 106).

  1. Denk na over de verzen die je in Mosiah 15 bestudeerd hebt. Stel dat je de kans had om via een boodschapper een boodschap van jou aan de Heiland te sturen. Noteer op basis van wat Hij voor jou gedaan heeft wat je in de boodschap zou vervatten.

De Heiland wil ons terugbrengen in de tegenwoordigheid van onze hemelse Vader. Hij bemiddelt, verzoent en is onze Voorspraak. De Heiland heeft voor ons aan de eisen van gerechtigheid voldaan als wij ons bekeren.

Mosiah 17

Alma gelooft Abinadi en wordt uitgeworpen; Abinadi wordt vermoord

Heb je ooit iemand pal zien staan voor het goede terwijl dat moeilijk voor hem of haar was? Wat was het resultaat?

Een priester met de naam Alma probeerde na de boodschap van Abinadi de koning te overtuigen dat Abinadi de waarheid had gesproken en vrijgelaten moest worden. De koning wierp Alma uit en stuurde dienstknechten achter hem aan om hem te doden. Alma verschool zich en schreef de woorden van Abinadi op.

Alma’s bekering is van groot belang. Doordat hij de woorden van Abinadi optekende, zijn vele generaties en volken gezegend. De vruchten van Alma’s bekering zullen duidelijker worden bij het bestuderen van de volgende hoofdstukken. De koning en zijn priesters beraadslaagden zich drie dagen lang voordat ze Abinadi ter dood veroordeelden (zie Mosiah 17:1–6, 13).

  1. Mosiah 17:7–10 en Mosiah 17:11–12 vergelijken de keuzes die Abinadi en koning Noach maakten. Beantwoord kort de volgende vragen in je Schriftendagboek nadat je deze verzen bestudeerd hebt:

    1. Welke laatste woorden van Abinadi maakten de meeste indruk op je?

    2. Waarom zouden Abinadi’s woorden de beschreven uitwerking op koning Noach hebben gehad?

    3. Welke invloed hadden de priesters op koning Noach?

    4. Hoe inspireert Abinadi’s voorbeeld jou om God in alle omstandigheden trouw te zijn?

President Gordon B. Hinckley heeft gezegd: ‘Wees sterk — door pal te staan voor het goede. We leven in een tijd van compromissen en stilzwijgende instemming. In de situaties waarmee we dagelijks geconfronteerd worden, weten we wat goed is, maar onder druk van leeftijdgenoten en de misleidende stemmen van hen die ons willen overhalen, gaan we voor de bijl. We sluiten een compromis. We leggen ons er stilzwijgend bij neer. We geven toe, en we schamen ons voor onszelf. […] We moeten de kracht aankweken om onze overtuiging te volgen.’ (Zie ‘Uw tabernakel bouwen’, De Ster, januari 1993, p. 46.)

Noteer in je Schriften ik blijf God in alle omstandigheden trouw naast Mosiah 17:9–12.

  1. Om Abinadi’s morele moed en persoonlijke overtuiging persoonlijker te maken lees je Mosiah 17:20 en vul je de volgende zin aan in je Schriftendagboek: Ik moet God trouw blijven wanneer …

Denk ter afronding van de les van vandaag aan een familielid of vriend die baat zou hebben bij het horen van wat jij vandaag geleerd en gevoeld hebt. Deel, indien mogelijk, met hem of haar wat je geleerd hebt en het verlangen dat je hebt om de Heer in moeilijke tijden trouw te blijven.

  1. Schrijf het volgende onderaan de opdrachten van vandaag in je Schriftendagboek:

    Ik heb Mosiah 15–17 bestudeerd en heb deze les afgerond op (datum).

    Aanvullende vragen, gedachten en inzichten die ik met mijn leerkracht wil bespreken:

Afdrukken