Verhalen uit de Schriften
Hoofdstuk 32: Opperbevelhebber Moroni en het vrijheidsvaandel


Hoofdstuk 32

Opperbevelhebber Moroni en het vrijheidsvaandel

Afbeelding
Amalickiah praat

Amalickiah was een slecht mens. Hij wilde koning van de Nephieten worden. Veel Nephieten verlieten de kerk en volgden hem.

Afbeelding
Amalickiah

Als Amalickiah koning werd, zou hij de kerk van God vernietigen en het volk zijn vrijheid afnemen.

Afbeelding
Moroni kijkt naar Amalickiah

Toen opperbevelhebber Moroni, de leider van het leger van de Nephieten, hoorde dat Amalickiah koning wilde worden, werd hij kwaad.

Afbeelding
Moroni schrijft op een vlag

Moroni scheurde zijn mantel en maakte er een vlag van. Op de vlag schreef hij dat de mensen aan hun godsdienst, vrijheid en vrede moesten denken.

Afbeelding
Moroni bidt

Moroni maakte de vlag aan een stok vast, en noemde de vlag het vrijheidsvaandel. Hij trok zijn wapenrusting aan en knielde neer om te bidden.

Afbeelding
Moroni bidt

Hij vroeg God om iedereen die in Jezus Christus geloofde te beschermen. Hij bad voor vrijheid in zijn land, en noemde het een land van vrijheid.

Afbeelding
Moroni zwaait met een vlag

Moroni liet het vaandel aan het volk zien. Hij zwaaide met het vrijheidsvaandel en vroeg het volk om voor hun vrijheid te vechten.

Afbeelding
mensen verzamelen zich rond Moroni

De mensen kwamen uit het hele land. Ze beloofden Gods geboden te gehoorzamen en voor vrijheid te vechten.

Afbeelding
Amalickiah en volgelingen vluchten

Toen Amalickiah zag hoeveel Nephieten zich bij Moroni hadden aangesloten, was hij bang. Hij en zijn volgelingen gingen weg. Ze sloten zich bij de Lamanieten aan.

Afbeelding
Moroni en zijn leger

Moroni en zijn leger wilden hen tegenhouden, maar Amalickiah en een paar van zijn mannen konden ontsnappen.

Afbeelding
vlag wappert op wachttoren

Op elke toren in het land van de Nephieten liet Moroni een vrijheidsvaandel hijsen. De Nephieten hadden hun vrijheid verdedigd. Er heerste weer vrede.

Afdrukken