Verhalen uit de Schriften
Hoofdstuk 17:{1><1} Boze mensen in Nazaret


Hoofdstuk 17

Boze mensen in Nazaret

Jesus returns to Nazareth - ch.17-1

Jezus ging naar Nazaret, de stad waar Hij was opgegroeid.

Jesus stands up in the synagogue to read from Isaiah - ch.17-2

Jezus ging naar een synagoge, een gebouw waarin joden naar de kerk gaan. Hij stond op en las uit de Schriften. Hij las de woorden van de profeet Jesaja. Jesaja had gezegd dat de Heiland op aarde zou komen om alle mensen te helpen.

Jesus sits down after reading from the scriptures - ch.17-3

Toen Jezus de Schriften dichtsloeg en ging zitten, keken de mensen naar Hem.

Jesus tells the people in the synagogue that He is the Savior - ch.17-4

Jezus zei dat de woorden van Jesaja over Hem gingen — dat Hij de Heiland was. De mensen waren verbaasd. Ze zeiden: ‘Is dit niet de zoon van Jozef?’ Ze geloofden niet dat Jezus de Zoon van God was.

Jesus tells the people He will not do miracles for those without faith - ch.17-5

De Heiland wist wat ze dachten. Ze wilden dat Hij een wonder zou verrichten. Maar Jezus zei dat Hij geen wonderen voor hen zou verrichten omdat ze geen geloof in Hem hadden.

Angry people from the synagogue take Jesus to the top of a hill to throw Him off - ch.17-6

Toen werden de mensen boos. Ze namen Jezus mee naar de top van een berg en wilden Hem eraf gooien.

A man asks the Savior to heal his son saying that the disciples had been unable to help him - ch.33-1

Jezus vluchtte weg en ging naar een andere stad.