Verhalen uit de Schriften

Verhalen uit het Nieuwe Testament

Inhoud
Verhalen uit het Nieuwe Testament
Inhoud
Inleiding: het plan van onze hemelse Vader
Hoofdstuk 1:{1><1} Elisabet en Zacharias
Hoofdstuk 2:{1><1} Maria en de engel
Hoofdstuk 3:{1><1} Johannes de Doper wordt geboren
Hoofdstuk 4:{1><1} Jozef en de engel
Hoofdstuk 5:{1><1} Jezus Christus wordt geboren
Hoofdstuk 6:{1><1} Jezus voorgesteld in de tempel
Hoofdstuk 7:{1><1} De wijzen uit het oosten
Hoofdstuk 8:{1><1} De slechte koning Herodes
Hoofdstuk 9:{1><1} Jezus als kind
Hoofdstuk 10:{1><1} Jezus laat Zich dopen
Hoofdstuk 11:{1><1} Jezus wordt verleid
Hoofdstuk 12:{1><1} De bruiloft in Kana
Hoofdstuk 13:{1><1} Jezus en het huis van zijn hemelse Vader
Hoofdstuk 14:{1><1} Nikodemus
Hoofdstuk 15:{1><1} De vrouw bij de bron
Hoofdstuk 16:{1><1} De zoon van de hoveling
Hoofdstuk 17:{1><1} Boze mensen in Nazaret
Hoofdstuk 18:{1><1} Jezus kiest zijn apostelen
Hoofdstuk 19:{1><1} De bergrede
Hoofdstuk 20:{1><1} Jezus leert ons hoe we moeten bidden
Hoofdstuk 21:{1><1} Jezus bestraft de wind en de golven
Hoofdstuk 22:{1><1} De man met een onreine geest
Hoofdstuk 23:{1><1} De man die niet kon lopen
Hoofdstuk 24:{1><1} De dochter van Jaïrus wordt opgewekt uit de dood
Hoofdstuk 25:{1><1} Een vrouw raakt de kleren van Jezus aan
Hoofdstuk 26:{1><1} Jezus vergeeft een vrouw
Hoofdstuk 27:{1><1} Jezus doet het werk van zijn Vader
Hoofdstuk 28:{1><1} Jezus voedt vijfduizend mensen
Hoofdstuk 29:{1><1} Jezus loopt op het water
Hoofdstuk 30:{1><1} Het brood des levens
Hoofdstuk 31:{1><1} Jezus geneest een dove man
Hoofdstuk 32:{1><1} Petrus getuigt van Christus
Hoofdstuk 33:{1><1} Verschijning in heerlijkheid: de gedaanteverandering
Hoofdstuk 34:{1><1} De jongen met een boze geest
Hoofdstuk 35:{1><1} De barmhartige Samaritaan
Hoofdstuk 36:{1><1} Jezus vertelt drie gelijkenissen
Hoofdstuk 37:{1><1} De tien melaatsen
Hoofdstuk 38:{1><1} De Farizeeër en de tollenaar
Hoofdstuk 39:{1><1} Jezus geneest een blinde man
Hoofdstuk 40:{1><1} De goede herder
Hoofdstuk 41:{1><1} Jezus zegent de kinderen
Hoofdstuk 42:{1><1} De rijke jongeling
Chapter 43: Jezus brengt Lazarus weer tot leven
Hoofdstuk 44:{1><1} De Heiland gaat naar Jeruzalem
Hoofdstuk 45:{1><1} Het penningske van de weduwe
Hoofdstuk 46:{1><1} De wederkomst
Hoofdstuk 47:{1><1} De tien maagden
Hoofdstuk 48:{1><1} De talenten
Hoofdstuk 49:{1><1} Het eerste avondmaal
Hoofdstuk 50:{1><1} Andere leringen tijdens het laatste avondmaal
Hoofdstuk 51:{1><1} Jezus lijdt in de hof van Getsemane
Hoofdstuk 52:{1><1} De beproevingen van Jezus
Hoofdstuk 53:{1><1} Jezus wordt gekruisigd
Hoofdstuk 54:{1><1} De opstanding van Jezus
Hoofdstuk 55:{1><1} De apostelen leiden de kerk
Hoofdstuk 56:{1><1} Petrus geneest een man
Hoofdstuk 57:{1><1} Slechte mensen doden Stefanus
Hoofdstuk 58:{1><1} Simon en het priesterschap
Hoofdstuk 59:{1><1} Saulus leert wie Jezus is
Hoofdstuk 60:{1><1} Petrus brengt Tabita weer tot leven
Hoofdstuk 61:{1><1} Paulus en Silas in de gevangenis
Hoofdstuk 62:{1><1} Paulus luistert naar de Heilige Geest
Hoofdstuk 63:{1><1} Paulus voltooit zijn zending
Na het Nieuwe Testament
Uitleg van woorden
Uitleg bij plaatsen
Uitleg bij andere plaatsen
Uitleg bij mensen
Foto’s van het Heilige Land
Tijdlijn van het Nieuwe Testament

Hoofdstuk 41:{1><1} Jezus zegent de kinderen

Hoofdstuk 41

Jezus zegent de kinderen

The disciples tell the people not to bring their children to see the Savior - ch.41-1 — Jezus ging naar Jeruzalem. Onderweg wilden enkele mensen dat Hij hun kinderen zegende. De discipelen zeiden tegen de mensen dat ze Jezus niet mochten lastig vallen.

Jesus tells the disciples to let the little children come and that they should be like little children - ch.41-2 — Maar Jezus Christus houdt van kinderen. Hij vertelde de discipelen dat de kinderen bij Hem mochten komen. Jezus leerde ze ook dat ze als kleine kinderen moeten zijn. Dan kunnen ze bij God in de hemel wonen.