Hoofdstuk 19
De bergrede
Op een dag onderwees Jezus zijn discipelen in het evangelie op een berg bij het meer van Galilea.
Hij zei hoe ze moesten leven om gelukkig te zijn en bij onze hemelse Vader te kunnen terugkeren. Ook wij kunnen gelukkig worden door wat Hij toen vertelde.
Jezus zei dat we vriendelijk en geduldig moeten zijn en naar onze hemelse Vader moeten luisteren.
We moeten ons best doen om een goed leven te leiden.
We moeten mensen vergeven die ons pijn doen of ons een slecht gevoel geven. Als we ze vergeven, zal onze hemelse Vader ons vergeven.
Wij moeten vredestichters zijn, andere mensen liefhebben en iedereen helpen om zijn medemens lief te hebben.
We moeten niet bang zijn om mensen over het evangelie te vertellen of ze te laten zien dat we onze hemelse Vader liefhebben. Als andere mensen zien dat wij goed doen, helpt hen dat om ook in God te geloven.
Wij moeten altijd onze beloften nakomen.
Als wij willen dat anderen aardig voor ons zijn, moeten wij aardig voor hen zijn.
Jezus zei dat we gelukkig zullen zijn als we die dingen doen. Dan zal onze hemelse Vader ons zegenen en kunnen wij bij Hem terugkeren.