Hoofdstuk 40
De goede herder
Een herder zorgt voor zijn schapen. Hij helpt ze voedsel en water vinden. Hij zorgt ervoor dat ze geen pijn lijden of verdwalen. Hij kent ze, hij heeft ze lief en zou zijn leven geven om hen te redden.
Jezus Christus noemt Zichzelf de goede Herder. Hij is onze Herder. Wij zijn zijn schapen. Hij heeft ons lief. Hij zorgt ervoor dat wij de waarheid leren kennen. Hij leert ons hoe we moeten leven, zodat we bij onze hemelse Vader kunnen terugkeren. Hij heeft zijn leven voor ons gegeven.
De Heiland zei tegen de mensen in Jeruzalem dat Hij andere schapen had. Hij zei dat Hij die andere schapen zou bezoeken. De mensen begrepen Hem niet.
Na zijn opstanding bezocht Jezus zijn schapen in Amerika. In het Boek van Mormon staat zijn bezoek beschreven. Jezus bleef vele dagen. Hij genas de zieken en zegende de mensen. Hij gaf ze het priesterschap en organiseerde zijn kerk. Jezus leerde ze dezelfde dingen die Hij de mensen in Jeruzalem had geleerd