Hoofdstuk 25 Een vrouw raakt de kleren van Jezus aan Een vrouw was al twaalf jaar ziek. Ze was al bij veel dokters geweest, maar die konden haar niet helpen. Marcus 5:25–26 Op een dag zag ze Jezus met veel mensen om zich heen. Ze geloofde dat ze genezen zou worden als ze zijn kleding zou aanraken. Ze liep tussen de mensen door en raakte zijn kleding aan. Matteüs 9:20–22; Marcus 5:27–28 Ze was meteen beter. Jezus draaide zich om en vroeg: ‘Wie heeft Mij aangeraakt?’ Marcus 5:29–30 De vrouw was bang. Ze knielde voor de Heiland neer en zei dat zij Hem had aangeraakt. Jezus zei dat ze door haar geloof in Hem was genezen. Marcus 5:33–34