Les 99: Alma 42

Les 99

Alma 42

Inleiding

Alma eindigde zijn raad aan zijn zoon Corianton met de uitleg dat onze hemelse Vader voor de zondaars een weg van barmhartigheid heeft bereid. Hij zei dat Gods gerechtigheid vereist dat zondaars van Gods tegenwoordigheid worden afgesneden. Vervolgens getuigde hij dat Jezus Christus ‘de eisen der gerechtigheid’ zou bevredigen (Alma 42:15) door te lijden voor allen die gezondigd hebben en barmhartigheid aan de verlorenen te schenken.

Onderwijstips

Alma 42:1–14

Alma onderwijst Corianton in Gods gerechtigheid

Teken vóór de les een simpele weegschaal op het bord, zoals u ziet afgebeeld. (Voeg geen woorden aan de tekening toe totdat u daarvoor in de les instructies krijgt. U kunt de cursisten aansporen om deze tekening in hun aantekenschrift of Schriftendagboek over te nemen. )

Zet boven de schaal de volgende uitspraken: Ik wil dat het laatste oordeel eerlijk verloopt.

Laat de cursisten die het met deze uitspraak eens zijn hun hand opsteken.

Waarom willen jullie dat het laatste oordeel eerlijk verloopt?
Wat houdt het woord eerlijk in?

Stel voor dat eerlijk inhoudt dat je krijgt wat je verdient. Het hele idee van eerlijkheid hangt samen met de Schriftuurlijke term gerechtigheid. Zet het woord Gerechtigheid onder de schaal op het bord.

Laat een cursist de volgende uitleg van ouderling Dallin H. Oaks van het Quorum der Twaalf Apostelen voorlezen om de cursisten het concept van gerechtigheid duidelijk te maken:

‘Gerechtigheid heeft vele betekenissen. Een daarvan is evenwicht. Een bekend symbool van gerechtigheid is een weegschaal. Wanneer de wetten van de mens zijn overtreden, vereist de gerechtigheid doorgaans dat er een straf wordt opgelegd, een boete die de balans [van de schaal] weer in evenwicht brengt. […]

‘[De] wetten van God streven eveneens naar gerechtigheid. De gedachte dat het rechtvaardig is als iemand krijgt wat hij verdient, is de fundamentele vooronderstelling dat de mens naar zijn werken zal worden geoordeeld.’ (‘Sins, Crimes, and Atonement’ [toespraak voor CES-leerkrachten, 7 februari, p. 1, si.lds.org.)

Leg uit dat Alma’s zoon Corianton zich zorgen maakte om de eerlijkheid van het laatste oordeel. Vraag een cursist Alma 42:1 voor te lezen terwijl de klas opzoekt wat volgens Corianton oneerlijk, of onrechtvaardig, was aan het laatste oordeel.

Wat was volgens Corianton oneerlijk? (Dat zondaars naar een staat van ellende worden verwezen.)
Waarom wilde Corianton geloven dat het oneerlijk voor de zondaars was om gestraft te worden? (Verwijs de cursisten naar Alma 39:2–3 indien zij eraan herinnerd moeten worden dat Corianton met bepaalde zonden worstelde.)
Waarom zou gerechtigheid zorgwekkend voor ons kunnen zijn als dit inhoudt dat we ontvangen wat we verdienen en voor onze zonden gestraft worden? (We zondigen allemaal en zijn onderworpen aan de eisen van de gerechtigheid.)

Vat Alma 42:2–11 samen met de uitleg dat Alma zich over Coriantons bezorgdheid uitliet. Hij zette uiteen dat de val van Adam de gehele mensheid in een gevallen staat had gebracht waarin allen de geestelijke en lichamelijke dood moeten smaken (zie Alma 42:9). Hij legde tevens uit dat alle zielen ellendig zouden zijn en voor eeuwig van Gods tegenwoordigheid zouden worden afgesneden indien er geen manier was om uit deze gevallen staat te worden teruggewonnen (zie Alma 42:11).

Laat een cursist Alma 42:12 voorlezen. Leg uit dat dit vers beklemtoont dat de val en de gevolgen daarvan, waaronder van Gods tegenwoordigheid afgesneden worden, voortkwamen uit Adams ongehoorzaamheid aan Gods geboden. Maak de cursisten duidelijk dat we ons geestelijk verder van God verwijderen en ons aan de eisen van de gerechtigheid onderwerpen wanneer wij Gods geboden niet gehoorzamen — ofwel wanneer wij zondigen. (U zou een cursist kunnen vragen om Geloofsartikelen 1:2 voor te lezen.) Laat de cursisten Alma 42:14 doorlezen en opletten welke gevolgen de gerechtigheid vereist bij ongehoorzaamheid.

Wat houdt het in om van Gods tegenwoordigheid ‘afgesneden’ te zijn? (Het houdt in om van God verwijderd te zijn en niet in staat te zijn om in zijn tegenwoordigheid te vertoeven. U kunt tevens noemen dat we onszelf aan het gezelschap van de Heilige Geest onttrekken, die lid van de Godheid is, wanneer wij zondigen.)

Voeg de woorden Ongehoorzaamheid of zonde en Van Gods tegenwoordigheid afgesneden toe aan het schema, zoals hierna is afgebeeld.

Afbeelding

scale

Hoe zouden jullie op basis van Alma 42:1–14 in één zin samenvatten wat de wet van de gerechtigheid vereist wanneer iemand ongehoorzaam is? (Zet de volgende waarheid onder de schaal op het bord: De wet van de gerechtigheid vereist dat we wegens onze ongehoorzaamheid van Gods tegenwoordigheid worden afgesneden. U kunt de cursisten deze uitspraak desgewenst naast Alma 42:1–14 in hun Schriften laten noteren.)

Laat de cursisten Alma 42:18 doorlezen en letten op een ander gevolg van zonde.

Wat betekent het om gewetenswroeging te hebben?

Vraag de cursisten te denken aan een keer dat ze spijt en verdriet of de afwezigheid van de Heilige Geest voelden omdat ze gezondigd hadden. Laat ze zich dat gevoel voorstellen vermenigvuldigd met het aantal keren dat zij ooit iets verkeerd hebben gedaan. Vraag ze vervolgens zich voor te stellen dat ze dat gevoel voor eeuwig hebben.

Stel de volgende vraag om de cursisten de noodzaak van barmhartigheid duidelijk te maken:

Zouden jullie op basis van wat jullie uit Alma 42:1–14 geleerd hebben, willen dat het laatste oordeel uitsluitend op gerechtigheid was gebaseerd?

Alma 42:15–31

Alma onderwijst Corianton in het plan van barmhartigheid

Wijs naar de kant van de straf op de schaal op het bord om de cursisten duidelijk te maken dat aan de eisen van de gerechtigheid voldaan moet worden. U kunt een bordenwisser laten zien ten teken dat u de eisen van de gerechtigheid gaat uitwissen. Vraag:

Is er een manier om de eisen van de gerechtigheid uit te wissen of te ontlopen? (Nee. Wanneer Gods wetten worden overtreden, vereist de gerechtigheid straf. Er moet op de een of andere manier aan de eisen van de gerechtigheid worden voldaan.)

Maak de cursisten duidelijk dat het onrechtvaardig zou zijn om de gevolgen van de gerechtigheid uit te wissen. Laat een cursist Alma 42:25 voorlezen.

Wat zou er volgens Alma gebeuren als de gevolgen van zonde werden uitgewist en niet aan de eisen van de gerechtigheid werd voldaan?

Vraag de cursisten over de volgende vraag na te denken voordat u ze de Schrifttekst geeft waarin ze het antwoord kunnen vinden:

Als de eisen van de gerechtigheid niet kunnen worden uitgewist, hoe kunnen de mensen die gezondigd hebben (ieder van ons) ooit gemoedsrust vinden en tot de tegenwoordigheid van God worden hersteld? (Als de cursisten voldoende tijd hebben gehad om na te denken, laat u een cursist Alma 42:15 voorlezen. Misschien moet u toelichten dat de woorden ‘de eisen der gerechtigheid […] bevredigen’ inhouden dat de prijs moet worden betaald, of de straf moet worden ondergaan, die de gerechtigheid vereist.)

Hoe is het volgens Alma 42:15 mogelijk dat ons barmhartigheid wordt verleend?

Veeg aan de hand van de antwoorden van de cursisten de zinsnede ‘Van Gods tegenwoordigheid afgesneden’ van het bord en schrijf Verzoening van Jezus Christus en Barmhartigheid op het bord. Zet onder de schaal de volgende waarheid: De verzoening van Jezus Christus voldoet aan de eisen van de gerechtigheid zodat ons barmhartigheid kan worden verleend.

Afbeelding

scale

Wat betekent het voor jou om te weten dat de Heiland gewillig was om in jouw plaats te lijden zodat jou barmhartigheid kan worden verleend?

Vraag de cursisten Alma 42:22–24 door te lezen en op te zoeken wat de vereisten zijn om ons barmhartigheid te verlenen.

Wat zijn de vereisten om barmhartigheid te ontvangen en de volledige eisen van de gerechtigheid te mijden? (Wanneer de cursisten bekering als poort tot barmhartigheid hebben vastgesteld, zet u het volgende beginsel onder de schaal op het bord: Als wij ons bekeren zullen wij door de verzoening van de Heiland barmhartigheid ontvangen. Laat de cursisten dit desgewenst naast Alma 42:22–24 in hun Schriften noteren.)

Wat betekent volgens jullie de zinsnede ‘werkelijk boetvaardigen’? (Oprecht bekeerd.)
Waarom is het belangrijk voor ons om te begrijpen dat de Heiland in onze plaats de straf voor onze zonden onderging?

Leg uit dat Jezus Christus onze Middelaar is. Een middelaar is iemand die tussen twee partijen staat om een conflict te helpen oplossen. Vraag een cursist het volgende citaat van president Boyd K. Packer van het Quorum der Twaalf Apostelen voor te lezen. Laat de klas letten op redenen waarom een derde persoon noodzakelijk is om barmhartigheid aan de zondaar te kunnen verlenen:

‘Op basis van een eeuwige wet kan barmhartigheid niet verleend worden, tenzij er iemand is die zowel bereid als in staat is om onze schuld op zich te nemen en de prijs te betalen en de voorwaarden voor onze verlossing vast te stellen.

‘Tenzij er een middelaar is, tenzij wij een vriend hebben, zal het volle gewicht van de gerechtigheid onverminderd en zonder pardon op ons vallen. De volledige schadeloosstelling voor elke overtreding, hoe klein of hoe groot ook, zal tot de laatste penning toe van ons geëist worden.

‘Maar weet dit: de waarheid, de heerlijke waarheid verkondigt dat er een Middelaar is. […]

‘Dankzij Hem kan barmhartigheid aan ieder van ons ten volle worden verleend zonder de eeuwige wet van gerechtigheid geweld aan te doen. […]

‘Barmhartigheid wordt niet automatisch verleend. Dat gebeurt door middel van een verbond met Hem. Dat gebeurt op zijn voorwaarden, zijn edelmoedige voorwaarden.’ (‘The Mediator’, Ensign, mei 1977, pp. 55–56.)

Laat de cursisten Alma 42:29–31 doorlezen en opletten wat Alma voor Corianton verlangde. (Laat ze hun bevindingen desgewenst markeren.)

Wat zou het betekenen om gerechtigheid, barmhartigheid en het lijden van de Heer ‘de vrije teugel in uw hart’ te laten?

Laat de cursisten een kort lesplan maken dat aangeeft hoe zij de concepten gerechtigheid en barmhartigheid aan anderen zouden onderwijzen. Moedig ze aan om hun familie te onderwijzen in wat ze vandaag geleerd hebben.

Herinner de cursisten aan Coriantons bezorgdheid omtrent de eerlijkheid van Gods gerechtigheid. Getuig desgewenst dat het laatste oordeel eerlijk zal zijn en dat we uiteindelijk naar Gods gerechtigheid en barmhartigheid zullen ontvangen wat ons toebehoort. U kunt er wellicht op wijzen dat Corianton zich van zijn zonden bekeerde en dat hij een positieve invloed op de groei van de kerk had (zie Alma 49:30). Laat de cursisten zich afvragen welk pad zij wellicht moeten inslaan bij hun bekeringsproces.

Laat enkele cursisten hun dankbaarheid uiten en getuigen van de gewilligheid van de Heiland om voor onze zonden te boeten en aan de eisen van de gerechtigheid voor ons welzijn te voldoen. Geef uw getuigenis van de barmhartigheid en de verlossing die door het zoenoffer van de Heiland mogelijk worden gemaakt.

Toelichting en achtergrondinformatie

Alma 42:1. Gods gerechtigheid

Ouderling D. Todd Christofferson van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft gezegd dat geluk slechts door bekering kan worden gevonden:

‘Echt geluk wordt niet gevonden in het loochenen van de gerechtigheid Gods, of het ontduiken van de gevolgen van zonde, maar in bekering en vergiffenis door middel van de verzoenende genade van de Zoon van God.’ (‘De zegen van Schriftuur’, Liahona, mei 2010, p. 34.)

Alma 42:15. ‘God zelf boet voor de zonden der wereld’

Lees het volgende citaat van ouderling Jeffrey R. Holland van het Quorum der Twaalf Apostelen om de cursisten de verwijzing naar ‘God zelf’ duidelijk te maken:

‘Christus is niet alleen een bemiddelaar. Hij is ook rechter. In die hoedanigheid van rechter vinden wij zelfs nog meer betekenis in de herhaalde woorden […] dat “God zelf” zou neerdalen om zijn volk te redden. Het is alsof de rechter in die grote rechtszaal in de hemel, onwillig om iemand anders dan zichzelf te vragen om de lasten van de schuldig bevonden mensen in de beklaagdenbank op zich te nemen, zijn ambtsgewaad uittrekt en naar de aarde afdaalt om hun striemen persoonlijk te verduren. Christus als barmhartige rechter is een net zo mooie beschrijving als Christus als raadgever, bemiddelaar en voorspraak.’ (Christ and the New Covenant: The Messianic Message of the Book of Mormon [1997], p. 81.)