Geschiedenis van Joseph Smith 1:21–26

Inleiding

Na zijn eerste visioen in 1820 vertelt Joseph Smith over zijn ervaring aan een predikant, maar die verwerpt zijn getuigenis. Bovendien wordt de jonge Joseph Smith door andere leden van de gemeenschap vervolgd. Mannen van aanzien proberen hem zo veel mogelijk openlijk te bekritiseren. Ondanks deze vervolging blijft Joseph Smith zijn getuigenis trouw.

Lessuggesties

Geschiedenis van Joseph Smith 1:21–23

Predikanten en andere mannen van aanzien roepen op tot vervolging van Joseph Smith

Begin de les met het volgende verslag van president Gordon B. Hinckley over een gesprek dat hij in Londen (Engeland) met een jonge man had. Voordat u het eerste deel van het verhaal leest, vraagt u de klas te bedenken wat zij zouden doen als ze in de schoenen van deze jonge man stonden. (U kunt de cursisten vertellen dat het vervolg van dit verhaal later in de les aan bod komt.)

‘Hij zei: “Ik moet met iemand praten. Ik sta er helemaal alleen voor. […]’

Ik vroeg: “Wat is het probleem?”

Hij zei: “Toen ik bijna een jaar geleden lid van de kerk werd, zei mijn vader dat ik het huis uit moest en dat ik nooit meer terug mocht komen. En ik ben daarna niet meer thuis geweest.”

Hij ging verder: “Een paar maanden later is mijn lidmaatschap van de cricketclub opgezegd. Nu heb ik geen contact meer met de jongens met wie ik ben opgegroeid en met wie ik zo’n goede band had.”

En toen zei hij: “Vorige maand ben ik ontslagen omdat ik lid van deze kerk ben en ik heb geen ander werk kunnen vinden. […]

‘En gisteravond heeft het meisje met wie ik al anderhalf jaar verkering had, gezegd dat ze nooit met me zou trouwen omdat ik mormoon was geworden”.’ (‘The Loneliness of Leadership’ [devotional aan de Brigham Young University, 4 november 1969], 3, speeches.byu.edu.)

Laat na het lezen van dit verslag enkele cursisten de volgende vraag beantwoorden:

Heb je weleens het gevoel gehad dat je omwille van je geloofsovertuiging onvriendelijk werd behandeld of werd bekritiseerd? Wat waren de omstandigheden? (U kunt ook over een ervaring van uzelf vertellen.)

Laat de plaat Het eerste visioen zien (Evangelieplatenboek [2009], nummer 90; zie ook LDS.org). Leg uit dat Joseph Smith erg werd gezegend dankzij het getuigenis dat hij ten gevolge van het eerste visioen ontving maar dat hij ook hevig werd beproefd. Moedig de cursisten aan te bedenken wat ze kunnen leren van de reactie van Joseph Smith op de tegenstand waarmee hij omwille van zijn getuigenis te maken kreeg.

Verdeel de klas in groepjes van twee. Laat elk groepje beurtelings een vers uit Geschiedenis van Joseph Smith 1:21–23 voorlezen. Laat hen letten op woorden of zinsneden die beschrijven met welke tegenstand Joseph Smith omwille van zijn getuigenis te maken kreeg. (Laat de cursisten de desbetreffende woorden desgewenst markeren.) Als de cursisten klaar zijn met lezen, stelt u de volgende vragen:

Welke woorden of zinsneden vielen je op?
Wie waren de aanstichters van de vervolging van Joseph Smith in deze periode? (Mannen van aanzien binnen de gemeenschap die beweerden christenen te zijn.)
Als je bedenkt hoe oud Joseph Smith was en wat zijn levensomstandigheden waren, waarom was vervolging door deze mensen voor hem dan vooral moeilijk?

Wijs de cursisten op de zin tegen het einde van vers 20 in Geschiedenis van Joseph Smith, die begint met: ‘Het was alsof […]’ Laat de cursisten vanaf deze woorden de rest van het vers lezen en nagaan welke reden Joseph Smith opgaf waarom hij op jonge leeftijd al werd vervolgd.

Wat was volgens Joseph Smith de reden waarom hij op zo’n jonge leeftijd al werd vervolgd? (Satan besefte dat Joseph Smith ‘voor zijn rijk een verstoorder en een bron van ergernis’ zou zijn [Geschiedenis van Joseph Smith 1:20].)

Leg uit dat de cursisten bij hun studie van de Geschiedenis van Joseph Smith belangrijke waarheden zullen leren die hen zullen helpen om te gaan met de tegenstand en vervolging waarmee ze omwille van hun geloofsovertuiging en hun daden te maken kunnen krijgen.

Geschiedenis van Joseph Smith 1:24–26

Hoewel Joseph Smith gehaat en vervolgd wordt, blijft hij zijn getuigenis trouw

Houd uw exemplaar van de Schriften omhoog en vraag:

Welke persoon uit de Schriften bewonder je omwille van zijn of haar karakter of de kracht van zijn of haar voorbeeld? (Laat de cursisten kort hun antwoord verduidelijken.)

Laat een cursist Geschiedenis van Joseph Smith 1:24 voorlezen. Laat de klas meelezen en nagaan wie gelijkaardige ervaringen meemaakte als Joseph Smith.

In welk opzicht kon Joseph Smith zijn ervaringen vergelijken met die van de apostel Paulus? (Paulus werd omwille van zijn getuigenis van Jezus Christus bespot maar bleef trouw.)
Waarom denk je dat het Joseph Smith hielp te weten dat de apostel Paulus en hij dingen met elkaar gemeen hadden? (Zie 2 Korinthe 11:23–27 voor een beschrijving van het leed van Paulus.)
Wat kunnen we van Joseph Smiths voorbeeld leren over het bestuderen en overdenken van de ervaringen van Paulus? (Help de cursisten om het volgende beginsel te vinden: in moeilijke tijden kunnen we uit het voorbeeld van getrouwe personen in de Schriften kracht putten.)

Zet deze waarheid op het bord en leg uit dat het een voorbeeld van een beginsel is. Herinner de cursisten eraan dat leerstellingen en beginselen van het evangelie fundamentele, onveranderlijke waarheden zijn die een leidraad in ons leven vormen. Stel de volgende vraag om de cursisten te helpen dit beginsel op hun eigen leven toe te passen en er de waarheid en het belang van in te zien:

Wanneer heb je je gesterkt gevoeld omdat je het voorbeeld van een getrouw persoon in de Schriften bestudeerde? (U kunt ook over een ervaring van uzelf vertellen.)

Moedig de cursisten aan om in moeilijke tijden uit de Schriften kracht te putten.

Zet de volgende uitspraak op het bord: ‘Ik had een visioen gezien; ik wist het, en ik wist dat God het wist, en ik kon het niet loochenen’ (Geschiedenis van Joseph Smith 1:25).

Wat leren we uit deze zinsnede over Joseph Smiths getuigenis van het eerste visioen?
Hoe krijg je een getuigenis dat Joseph Smith God de Vader en Jezus Christus werkelijk heeft gezien?

Laat de cursisten Geschiedenis van Joseph Smith 1:24–25 doornemen. Laat ze letten op leerstellingen of beginselen die ons helpen als we tegenstand ondervinden of als ons getuigenis wankelt. Laat ze hun bevindingen noteren in hun aantekenschrift of Schriftendagboek. De cursisten kunnen onder meer de volgende waarheden benoemen:

Kennis die wij van God ontvangen, is waar, zelfs al wordt ze door de wereld verworpen.

Wij dienen eerder bezorgd te zijn over wat God van ons vindt dan wat andere mensen vinden.

Zelfs als wij worden gehaat en vervolgd omwille van ons getuigenis moeten wij het trouw blijven.

Laat de cursisten de gevonden waarheden uitwisselen. Moedig ze aan om aandachtig naar elkaar te luisteren. Laat de cursisten wat ze van elkaar leren desgewenst in hun aantekenschrift of Schriftendagboek noteren. Laat de cursisten vertellen wat ze hebben gevonden, en stel dan de volgende vragen:

In welke opzichten was Joseph Smith hier een voorbeeld van?
Wat kun jij hier aan hebben?
Hoe kunnen onze keuzes worden beïnvloed als wij dit naleven?

Lees het vervolg van het verhaal van president Hinckley over de jonge man in Londen (Engeland) die omwille van zijn geloofsovertuiging met veel tegenstand te maken kreeg:

‘Ik zei: “Als dit je zoveel heeft gekost, waarom verlaat je de kerk dan niet en ga je terug naar huis, naar je cricketclub, je goede baan en het meisje van wie je denkt te houden?”

‘Een hele tijd zei hij helemaal niets. Toen legde hij zijn hoofd in zijn handen en begon te huilen. Uiteindelijk keek hij me door zijn tranen aan en zei: “Dat kan ik niet. Ik weet dat de kerk waar is, en al zal het mijn leven kosten, ik kan de waarheid niet opgeven”.’ (‘The Loneliness of Leadership’, 3–4.)

Laat de cursisten een van de waarheden die ze noteerden uitkiezen, en opschrijven wat ze zullen doen om die toe te passen.

Laat een cursist tot besluit Geschiedenis van Joseph Smith 1:26 voorlezen. Laat de klas meelezen en nagaan welk beginsel Joseph Smith waar had bevonden.

Welke zegeningen ontving Joseph Smith omdat hij de belofte van Jakobus geloofde? (Hij leerde dat als wij God in geloof om wijsheid vragen, Hij ons die vrijelijk geeft. Hij leerde ook dat als wij naar de beloften in de Schriften handelen, wij een getuigenis ontvangen dat ze waar zijn.)

Getuig dat als wij op God vertrouwen en de beloften in de Schriften geloven en ernaar handelen, wij antwoord van God krijgen, en de kracht om onze beproevingen te overwinnen.