Seminarie en instituut
Les 29: Leer en Verbonden 21


Les 29

Leer en Verbonden 21

Inleiding

Onder leiding van de profeet Joseph Smith wordt op 6 april 1830 De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen gesticht, in het huis van Peter Whitmer sr. in Fayette (New York). Er zijn zo’n zestig mensen op de bijeenkomst, die bestaat uit gebeden, steunverleningen, ordeningen, de bediening van het avondmaal en bevestigingen. En Joseph Smith krijgt tijdens de bijeenkomst de openbaring die nu in Leer en Verbonden 21 staat. In deze openbaring zegt de Heer wat de roeping en taak van Joseph Smith is, en instrueert Hij de leden om naar zijn woorden te luisteren.

Lessuggesties

Leer en Verbonden 21:1–3

Joseph Smith wordt aangewezen als de profeet en ziener van de kerk

Als onderdeel van de dagelijkse devotional kunt u ‘Wij danken U, Heer, voor profeten’ (Lofzangen, nr. 17) met de cursisten zingen. Aan het begin van de les noemt u deze lofzang en stelt u deze vraag:

  • Waarom ben je dankbaar voor een profeet?

Leg uit dat de cursisten bij hun studie van Leer en Verbonden 21 bepaalde waarheden zullen leren waardoor ze meer begrip voor de rol van profeten krijgen. Om de cursisten een historische context van deze openbaring te geven, vat u de gegevens in de inleiding tot deze les samen.

Laat een cursist Leer en Verbonden 21:1 voorlezen. Laat de cursisten meelezen en de titels opzoeken die voor Joseph Smith gebruikt zouden worden. Vraag de cursisten vervolgens naar hun bevindingen.

  • Wat houdt het in dat de Heer Joseph Smith als ziener riep?

  • Wat houdt het in dat de Heer Joseph Smith als profeet riep?

Om er zeker van te zijn dat de cursisten deze titels en de bijbehorende plichten goed begrijpen, laat u twee cursisten de volgende beschrijvingen van een ziener en een profeet voorlezen. Laat ze elk citaat langzaam voorlezen, en aan het eind van elke zin even wachten. Laat de rest van de klas goed op zinnen letten die belangrijk voor hen zijn, en zich voorbereiden om uit te leggen waarom.

Ouderling John A. Widtsoe

‘Een ziener is iemand die met geestelijke ogen ziet. Hij begrijpt de betekenis van hetgeen voor anderen onduidelijk is; daarom is hij iemand die de eeuwige waarheid vertaalt en verduidelijkt. Hij ziet de toekomst vanuit het verleden en het heden. Dat doet hij door de macht van de Heer, die rechtstreeks door hem werkzaam is, of indirect met behulp van goddelijke werktuigen zoals de Urim en Tummim. Kortom, hij is iemand die ziet, die met open ogen in het licht van de Heer wandelt.’ (John A. Widtsoe, Evidences and Reconciliations, samengesteld door G. Homer Durham, drie delen [1960], 258.)

Een profeet is ‘iemand die door God is geroepen om namens Hem te spreken. Als boodschapper van God ontvangt een profeet geboden, profetieën en openbaringen van Hem. Het is zijn taak om Gods wil en ware aard aan de mens bekend te maken, en hun duidelijk te maken welke rol God in hun leven dient te spelen. Een profeet keurt zonden af, en voorzegt de gevolgen van zonde. Hij predikt gerechtigheid. Bij gelegenheid kan een profeet geïnspireerd worden om ten behoeve van de mens de toekomst te voorzeggen. Maar zijn belangrijkste taak is van Christus te getuigen.’ (Gids bij de Schriften, ‘Profeet’, scriptures.lds.org.)

Nadat beide definities zijn voorgelezen, laat u enkele cursisten uitleggen welke zin hen het meest aansprak.

Voordat u verdergaat, kan het nuttig zijn om in het kort de volgende definities van de andere titels in het eerste vers van Leer en Verbonden 21 te bespreken:

Vertaler: iemand die (1) het geschreven of gesproken woord in een andere taal weergeeft, of (2) een duidelijkere betekenis aan een bestaande vertaling geeft door die te verbeteren of te corrigeren, of verloren materiaal te herstellen. (Zie Gids bij de Schriften, ‘Vertalen’, scriptures.lds.org.)

Apostel: een bijzondere getuige van Jezus Christus tot de wereld. (Zie Bible Dictionary, ‘Apostle’.)

Ouderling: ‘de juiste titel voor dragers van het Melchizedeks priesterschap’ en voor iemand die is geroepen als fulltime algemeen autoriteit van Jezus Christus. (Zie Bible Dictionary, ‘Elders’.)

  • In welk opzicht ben je door de titels die aan Joseph Smith zijn gegeven zijn belangrijke rol in de herstelling beter gaan begrijpen?

Laat de cursisten Leer en Verbonden 21:2–3 doorlezen en opzoeken wat Joseph Smith van de Heer moest doen. Vraag de cursisten naar hun bevindingen. (De cursisten moeten de waarheid weergeven dat God Joseph Smith de opdracht had gegeven om de kerk van Jezus Christus te herstellen.

  • Waarom is het volgens jullie belangrijk dat wij weten dat Joseph Smith door God was geroepen om de kerk van Jezus Christus te herstellen en te leiden?

Profeet Joseph Smith

Laat de plaat Broeder Joseph zien (Evangelieplatenboek [2009], nr. 87; zie ook LDS.org) en geef uw getuigenis van de waarheid die u zojuist hebt besproken.

Leer en Verbonden 21:4–9

Leden van de kerk moeten aan de woorden van Joseph Smith gehoor geven.

Herinner de cursisten eraan dat de Heer deze openbaring op de dag van de herstelling van de kerk heeft gegeven. Het is veelbetekenend dat deze openbaring op die dag is ontvangen.

Zet de volgende woorden en zinsneden uit Leer en Verbonden 21:4–5 op het bord (zonder de definities die tussen haakjes staan):

de kerk (leden van De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen in de tijd van Joseph Smith en in onze tijd)

zijn (Joseph Smith, maar kan ook op de huidige president van de kerk slaan)

woorden en geboden (kan op alle leringen en raadgevingen van een profeet slaan, waaronder bijzondere instructies die de Heer door middel van de profeet geeft)

in alle geduld en geloof (kan betekenen dat we volledig op de leringen van de profeet kunnen vertrouwen, dat we geen kritiek op hem mogen hebben, dat we ondanks zijn tekortkomingen zijn raad moeten opvolgen, en dat we geduldig op de beloofde zegeningen moeten wachten)

Laat de cursisten Leer en Verbonden 21:4–5 doorlezen en over de betekenis van de woorden en zinsneden op het bord nadenken. Na verloop van tijd vraagt u de cursisten hoe zij deze woorden en zinsneden zouden omschrijven. U kunt de definities tussen haakjes gebruiken om het gesprek te leiden. Stel daarna de volgende vragen:

  • Aan welke leringen van de Heer moeten we volgens Leer en Verbonden 21:4–5 gehoor geven? (We moeten aan ‘al zijn woorden en geboden’ gehoor geven.)

  • Waarom is er soms geduld en geloof voor nodig om de raad van de profeet op te volgen?

  • Als we beseffen dat de profeet leiding en geboden van de Heer krijgt, is het dan gemakkelijker om zijn woorden ‘in alle geduld en geloof’ te ontvangen? (LV 21:5.)

Laat de cursisten Leer en Verbonden 21:6 doorlezen en de drie zegeningen opzoeken die gegeven worden aan wie in alle geduld en geloof de woorden van de profeet ontvangen. (U wilt wellicht uitleggen dat een van de betekenissen van schudden het losmaken van een deksel of iets dergelijks kan zijn. Daarom kan dit vers betekenen dat als de hemelen ‘voor [ons] welzijn’ schudden, openbaringen en zegeningen ‘losgemaakt’ en uitgestort worden op de mensen die de hedendaagse profeten volgen.)

  • Hoe zou jij de beloften samenvatten aan de mensen die gehoor geven aan de woorden van de profeet? (De antwoorden van de cursisten dienen het volgende beginsel te omvatten: als we gehoor aan de woorden van de profeet geven, worden we tegen de tegenstander beschermd. U kunt dit beginsel eventueel op het bord zetten.)

  • Hoe worden de ‘machten van duisternis’ verjaagd als wij naar de woorden van de profeet luisteren?

Om er zeker van te zijn dat de cursisten het zojuist besproken beginsel goed begrijpen, laat u een van hen het volgende citaat (of een ander citaat naar keuze) uit Voor de kracht van de jeugd voorlezen. Laat de rest van de klas goed luisteren en op de profetische raad en de beloofde zegeningen letten. Laat de cursisten vervolgens vertellen wat hen is opgevallen.

‘Een date is een gepland afspraakje waarbij een jongeman en jongevrouw elkaar beter kunnen leren kennen. In culturen waar daten gewoon is, kan dat je helpen om sociale vaardigheden aan te leren en te oefenen, vriendschap te ontwikkelen, aangenaam plezier te hebben en uiteindelijk een eeuwige partner te vinden.

‘Ga niet daten als je nog geen zestien bent. Als je begint uit te gaan, ga dan met een of meer paren tegelijk uit. Ga niet herhaaldelijk met dezelfde persoon uit. Als je te jong vaste verkering neemt, kan dat je vriendenkring beperken en wellicht leiden tot onzedelijkheid. Zorg ervoor dat je ouders kennismaken met wie je uitgaat.

‘Ga alleen uit met iemand die hoge normen heeft en die jouw normen respecteert. Een jongeman en een jongevrouw die samen daten, zijn het aan elkaar verplicht elkaars eer en deugd te beschermen.’ (Voor de kracht van de jeugd [boekje, 2011], 4; zie ook LDS.org.)

  • Wanneer is luisteren naar de woorden en geboden van de hedendaagse profeet jou of iemand die je kent tot zegen geweest?

Laat de cursisten bedenken wat ze moeten doen om de beloofde zegeningen in Leer en Verbonden 21:6 te ontvangen. Verzeker ze ervan dat ze zowel nu als in de eeuwigheid grote zegeningen zullen ontvangen als ze gehoor geven aan de woorden van de hedendaagse profeet.

Laat een cursist Leer en Verbonden 21:7–9 voorlezen. Laat de klas meelezen en de rechtschapen verlangens en handelingen van de profeet Joseph Smith opzoeken.

  • Wat leren we uit deze verzen over de profeet Joseph Smith?

  • In welke opzichten zijn deze verzen op de huidige president van De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen van toepassing?

Leer en Verbonden 21:10–12

Oliver Cowdery wordt als ouderling en prediker erkend

Leg uit dat Oliver Cowdery tijdens de eerste bijeenkomst van de kerk door Joseph Smith tot ouderling werd geordend en dat de profeet door Oliver Cowdery tot ouderling werd geordend. Laat enkele cursisten beurtelings een vers uit Leer en Verbonden 21:10–12 voorlezen.

U wilt wellicht onderstrepen dat de Heer Oliver Cowdery in vers 10 ‘mijn apostel’ noemt (zie ook LV 20:2–3). Leg uit dat apostel in het Grieks ‘iemand die uitgezonden is’ betekent (Gids bij de Schriften, ‘Apostel’, scriptures.lds.org). Oliver Cowdery was door Jezus Christus uitgezonden en geboden om van de Heiland te getuigen. Hoewel Oliver apostolische taken had, was hij geen lid van het Quorum der Twaalf Apostelen. Maar hij hielp met het vinden van de mannen die als lid van dat quorum werden geroepen toen het in 1835 werd opgericht.

  • Wat moest Oliver Cowdery volgens Leer en Verbonden 21:11 doen? (De naam van de Heer dragen.)

  • Wat houdt het volgens jullie in om de naam van de Heer te dragen?

Moedig de cursisten tot slot aan om gehoor te geven aan de ingevingen die ze ontvangen betreffende de verschillende manieren waarop ze thuis, in de samenleving en in de wereld de naam van de Heer kunnen dragen en de kerk kunnen vertegenwoordigen.

Toelichting en achtergrondinformatie

Leer en Verbonden 21. Joseph Smiths beschrijving van 6 april 1830

De profeet Joseph Smith heeft het volgende over 6 april 1830 gezegd, de dag waarop de kerk officieel werd gesticht:

Profeet Joseph Smith

‘De Heilige Geest werd in grote mate op ons uitgestort – sommigen profeteerden, terwijl wij allen de Heer prezen en ons buitengewoon verheugden.’ (Leringen van kerkpresidenten: Joseph Smith [2007], 149.)

Leer en Verbonden 21. Joseph Knights beschrijving van 6 april 1830

Joseph Knight sr. heeft de vreugde beschreven die de profeet Joseph Smith op deze gedenkwaardige dag voelde, toen zijn vader, Joseph Smith sr. werd gedoopt.

‘Er is iets wat ik wil zeggen [over] de avond [toen] de oude broeder Smith en Martin Harris [werden] gedoopt. Joseph was zo door de Geest vervuld toen hij zijn vader en mijnheer Harris zag dat […] hij uitbarstte van […] vreugde. Het leek wel of de wereld hem niet kon houden. Hij ging naar buiten en het leek wel of hij bij iedereen vandaan wilde om te snikken en te huilen. Hij leek zo vol te zijn dat hij niet kon leven. […] Ik had nog nooit iemand in die toestand gezien. Maar zijn vreugde leek volledig te zijn. Ik denk dat hij het grote werk zag waaraan hij was begonnen en waar hij graag mee verder ging.’ (Geciteerd in Dean Jessee, ‘Joseph Knight’s Recollection of Early Mormon History’, BYU Studies, deel 17, nr. 1 [1976], 37.)

Leer en Verbonden 21:5. ‘Zijn woord zult u aanvaarden, alsof uit mijn eigen mond’

President Ezra Taft Benson heeft gezegd hoe belangrijk de hedendaagse profeet en president van de kerk is:

President Ezra Taft Benson

‘Om u te helpen de cruciale beproevingen te doorstaan die voor u liggen, geef ik u vandaag verscheidene facetten van een belangrijke sleutel waarmee u, als u die toepast, met Gods heerlijkheid gekroond zult worden en ondanks de grimmigheid van Satan als overwinnaar uit de strijd zult komen.

‘[…] Dit is de grote sleutel – volg de profeet – en hier en nu zijn veertien beginselen om de profeet te volgen, de president van De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen. […]

‘1. De profeet is de enige die in alle opzichten namens de Heer spreekt.

‘2. De levende profeet is voor ons van groter belang dan de standaardwerken.

‘3. De levende profeet is voor ons van groter belang dan een dode profeet.

‘4. De profeet zal de kerk nooit op een dwaalspoor brengen.

‘5. De profeet hoeft geen specifieke opleiding of diploma’s te hebben om zich over welk onderwerp dan ook uit te spreken of in welke kwestie op enig moment handelend op te treden.

‘6. De profeet hoeft niet te zeggen “aldus spreekt de Heer” om ons Schriftuur te geven.

‘7. De profeet vertelt ons wat wij moeten weten, niet altijd wat wij willen weten.

‘8. De profeet wordt niet aan banden gelegd door wat anderen denken.

‘9. De profeet kan over alles openbaring ontvangen, zowel stoffelijk als geestelijk.

‘10. De profeet kan bij maatschappelijke zaken betrokken worden.

‘11. De twee groepen mensen die de meeste moeite hebben met het volgen van de profeet zijn de hoogmoedigen die geleerd zijn en de hoogmoedigen die rijk zijn.

‘12. De profeet is niet noodzakelijkerwijs populair in de wereld of bij hen die werelds zijn.

‘13. De profeet en zijn raadgevers vormen het Eerste Presidium – het hoogste quorum in de kerk.

‘14: De profeet en het presidium – de levende profeet en het Eerste Presidium – volg hen en word gezegend; verwerp hen en lijd.’ (‘Fourteen Fundamentals in Following the Prophet’ [devotional aan de Brigham Young University, 26 februari 1980], 1, 6, speeches.byu.edu.)

Leer en Verbonden 21:5–6. ‘In alle geduld en geloof’

President Harold B. Lee heeft uitgelegd hoe belangrijk het is om de raad van de profeet te volgen, ook als onze eigen mening van die raad afwijkt:

President Harold B. Lee

‘De enige zekerheid die wij als leden van de kerk hebben, is om precies te doen wat de Heer tegen de kerk heeft gezegd in de tijd dat de kerk werd gesticht. We moeten leren luisteren naar de woorden en geboden die de Heer ons door zijn profeet geeft, “wanneer hij ze ontvangt, wandelend in alle heiligheid voor mijn aangezicht; […] alsof uit mijn eigen mond, in alle geduld en geloof” (LV 21:4–5). Er zijn [enkele] zaken die geduld en geloof vereisen. Misschien bent u het niet eens met iets wat van de hoofdzetel van de kerk afkomstig is. Misschien is het wel in strijd met uw politieke opvattingen. Misschien is het in strijd met uw maatschappelijke opvattingen. Het kan uw sociale leven belemmeren. Maar als u er geduldig en gelovig naar luistert, alsof het uit de mond van de Heer zelf komt, “zullen de poorten van de hel u niet overweldigen; ja, en de Here God zal de machten van duisternis voor u uit verjagen, en de hemelen doen schudden voor uw welzijn en de heerlijkheid van zijn naam” (LV 21:6).’ (Leringen van kerkpresidenten: Harold B. Lee [2000], 84–85 zie ook Doctrine and Covenants Student Manual, tweede druk [lesboek kerkelijke onderwijsinstellingen, 2001], 45.)

Ouderling M. Russell Ballard van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft gezegd:

Ouderling M. Russell Ballard

‘Broeders en zusters, het is geen kleinigheid om een profeet van God onder ons te hebben. De zegeningen die wij ontvangen als we naar het woord van God luisteren dat door hem tot ons komt, zijn wonderbaarlijk. En als we weten dat [de huidige president van de kerk] Gods profeet is, hebben we ook een verantwoordelijkheid. Als we de raad van de Heer in de woorden van de president van de kerk horen, behoort onze reactie positief en prompt te zijn. De geschiedenis toont aan dat veiligheid, vrede, voorspoed en geluk ons deel zijn als wij net als Nephi vanouds profetische raad aannemen. Hij zei: “Ik zal heengaan en de dingen doen die de Heer heeft geboden.”’ (‘His Word Ye Shall Receive’, Ensign, mei 2001, 65.)