Les 78

Leer en Verbonden 76:1–19

Inleiding

Op 16 februari 1832 werken Joseph Smith en Sidney Rigdon aan de herziene vertaling van de Bijbel, ook wel de Bijbelvertaling van Joseph Smith genoemd. Terwijl ze bij het vertalen nadenken over Johannes 5:29 ontvangen ze het visioen in Leer en Verbonden 76. In dit visioen toont de Heer Joseph Smith en Sidney Rigdon een reeks duidelijke visioenen die het bestaan en de goddelijke aard van Jezus Christus bevestigen, de val van Satan en de zonen van het verderf beschrijven en openbaren wat de drie koninkrijken van heerlijkheid zijn en wie ze zal beërven. President Woodruff heeft gezegd: ‘Alleen al het “visioen” [in afdeling 76] is een openbaring waarin meer licht, waarheid en beginselen worden gegeven dan in enige andere openbaring in wat voor boek dan ook. Er wordt duidelijk in uitgelegd wat onze huidige staat is, waar we vandaan komen, waarom we hier zijn en waar we heen zullen gaan. Ieder mens kan door die openbaring te weten komen wat zijn rol en toestand zal zijn.’ (Leringen van kerkpresidenten: Wilford Woodruff [2004], 125.)

Leer en Verbonden 76 wordt over vier lessen verspreid. Deze les beslaat een kort overzicht van het visioen, de zegeningen die de Heer aan de getrouwen belooft en de gebeurtenissen die tot dit visioen hebben geleid.

Lessuggesties

Overzicht van Leer en Verbonden 76

Laat de cursisten enkele leuke vakantiebestemmingen opnoemen. (Zet hun antwoorden op het bord.) Omcirkel één van de bestemmingen op het bord. Laat de cursisten noteren welke routebeschrijving ze moeten volgen om die bestemming te bereiken. Na een minuut of twee laat u enkele cursisten vertellen wat ze hebben opgeschreven. Kies vervolgens uit de lijst op het bord een bestemming die sterk van de eerste bestemming verschilt, en stel de volgende vragen:

• Als je de routebeschrijving voor de eerste bestemming volgt, kom je dan op de tweede bestemming uit?

• In welk opzicht wordt je route bepaald door de bestemming die je kiest?

Leg uit dat de profeet Joseph Smith en Sidney Rigdon in februari 1832 een visioen ontvingen waarin de eeuwige bestemmingen van de mensheid werden geopenbaard. Dit visioen is opgetekend in Leer en Verbonden 76. Het beschrijft de drie graden (of koninkrijken) van heerlijkheid en de geestelijke ontwikkeling die nodig is om ze te beërven. Laat de cursisten tijdens de volgende vier lessen bij hun studie van dit visioen nagaan welke keuzes leiden naar het eeuwige leven in het celestiale koninkrijk. Laat ze ook overdenken of hun huidige keuzes hen leiden naar de eeuwige bestemming die hen het gelukkigst maakt.

Om de cursisten een kort overzicht te geven van Leer en Verbonden 76, geeft u hen het volgende schema. (Zorg dat u het schema klein genoeg kopieert, zodat de cursisten het in hun Schriften kunnen bewaren en het bij hun studie van afdeling 76 raadplegen.) Leg uit dat het schema beschrijft wat Joseph en Sidney zagen en wat ze uit het visioen leerden.

Leer en Verbonden 76:1–10

De Heer belooft zegeningen aan wie Hem trouw zijn

Laat een cursist Leer en Verbonden 76:1–5 voorlezen. Laat de klas meelezen en nagaan welke woorden of zinsneden Jezus Christus beschrijven.

• Welke van deze eigenschappen van Jezus Christus zijn het belangrijkst voor jou? Waarom?

Vestig de aandacht van de cursisten op de eigenschappen van de Heiland in Leer en Verbonden 76:5.

• Hoe kunnen we volgens vers 5 de barmhartigheid en genade van de Heer ervaren? (We moeten Hem vrezen. Leg uit dat vrezen in deze context betekent dat we de Heer moeten eerbiedigen, respecteren en liefhebben.)

• Hoe kunnen we de eer van de Heer ontvangen? Wat zou het betekenen om de Heer ‘in gerechtigheid en waarheid […] tot het einde’ te dienen?

Laat de cursisten Leer en Verbonden 76:6–9 in stilte doornemen en nagaan welke zegeningen de Heer belooft aan hen die Hem eren en dienen.

• Welke zegeningen worden volgens deze verzen beloofd aan hen die de Heer eerbiedigen en dienen? (Herinner de cursisten eraan dat de geheimenissen in vers 7 geestelijke waarheden zijn die alleen door openbaring kunnen worden begrepen.)

Zet de volgende onvolledige zin op het bord: Als wij de Heer eerbiedigen en Hem tot het einde toe dienen, zal Hij ons eren door…

Laat de cursisten het beginsel op het bord aanvullen. Ze moeten dit begrijpen: als wij de Heer eerbiedigen en Hem tot het einde toe dienen, zal Hij ons eren door ons waarheid te openbaren.

Om de cursisten te laten inzien hoe de Heer ons waarheid kan openbaren, laat u een gloeilamp (of een zaklamp) zien en vraagt u wat dat met de invloed van de Geest te maken heeft. Laat de cursisten antwoorden en laat een cursist daarna Leer en Verbonden 76:10 voorlezen. Laat de klas meelezen en nagaan wat een gloeilamp (of een zaklamp) nog meer te maken heeft met de invloed van de Geest.

• In welk opzicht is de invloed van de Geest een lichtbron, zoals een gloeilamp? (De cursisten dienen de volgende waarheid te vinden: de Heer verlicht ons door de Geest.)

• Wat betekent verlichten in deze context? (Kennis of geestelijk inzicht geven waardoor ons begrip wordt vergroot en wij waarheid inzien.)

• Heb je weleens gevoeld dat je door de Geest werd verlicht? (Nadat de cursisten hebben gereageerd, kunt u zelf ook over een ervaring vertellen.)

Leer en Verbonden 76:11–19

Joseph Smith en Sidney Rigdon beschrijven de omstandigheden die tot hun visioen hebben geleid

Laat een cursist Leer en Verbonden 76:11–14 voorlezen. Laat de klas meelezen en nagaan hoe de beloften in de verzen 5–10 in vervulling gingen.

• In welk opzicht was de ervaring van Joseph Smith en Sidney Rigdon de vervulling van de beloften in de verzen 5–10?

Vraag de cursisten of ze weleens in de Schriften hebben gelezen zonder te begrijpen wat ze lazen.

• Wat deed je toen om de Schriften beter te begrijpen?

Leg uit dat we uit de handelingen van Joseph Smith en Sidney Rigdon die aan dit visioen voorafgingen, kunnen leren hoe we de Schriften beter kunnen begrijpen, en hoe we de Heilige Geest kunnen uitnodigen zodat ons waarheid wordt geopenbaard.

Verdeel de klas in groepjes van twee. Laat in elk groepje de ene cursist de inleiding van Leer en Verbonden 76 in stilte doornemen. Laat telkens de andere cursist Leer en Verbonden 76:15–19 doornemen. Laat de cursisten nagaan wat Joseph Smith en Sidney Rigdon hadden gedaan of deden waardoor ze waren voorbereid om door openbaring de Schriften beter te begrijpen. (Leg uit dat de meeste mensen in de tijd van Joseph Smith die in de Bijbel geloofden, dachten dat alle mensen na het laatste oordeel naar de hemel of de hel werden gestuurd.) Geef de cursisten voldoende tijd om te lezen en laat ze vervolgens met hun partner overleggen. Stel de cursisten daarna de volgende vragen:

• Wat deden Joseph Smith en Sidney Rigdon waardoor ze op dit visioen waren voorbereid? (Ze bestudeerden en overpeinsden Johannes 5:29.)

• Wat houdt het in om de Schriften te overpeinzen? (Mogelijke antwoorden: nadenken over wat je leest, vragen stellen bij wat je leest, verbanden leggen tussen wat je leest en wat je al weet.)

• Welke beginsel kunnen we uit het voorbeeld van Joseph Smith en Sidney Rigdon afleiden? (De cursisten kunnen verschillende beginselen noemen, maar bespreek in ieder geval het volgende beginsel: als we de Schriften onder gebed bestuderen en overdenken, bereiden we ons voor om door de Heilige Geest meer begrip van de Heer te ontvangen.)

Laat een cursist de volgende uitspraak van ouderling D. Todd Christofferson van het Quorum der Twaalf Apostelen voorlezen om de cursisten duidelijk te maken hoe ze de Schriften onder gebed kunnen bestuderen en overdenken. Laat de klas nagaan welke handelingen samenhangen met het bestuderen en overdenken van de Schriften onder gebed. (U kunt de cursisten een kopie van deze uitspraak geven zodat ze mee kunnen lezen.)

‘Als ik “bestuderen” zeg, bedoel ik meer dan lezen. […] Ik zie soms dat jullie enkele teksten lezen, erover nadenken, ze zorgvuldig herlezen, de betekenis ervan overwegen, om begrip bidden, in gedachten vragen stellen, op inspiratie van de Geest wachten, en de indrukken en inzichten opschrijven zodat je ze kunt onthouden en meer kunt leren. Als je op die manier studeert, lees je wellicht niet veel hoofdstukken of teksten in een half uur, maar je maakt wel plaats voor het woord van God in je hart, en Hij zal tot je spreken.’ (‘Als gij eenmaal tot bekering gekomen zijt’, Liahona, mei 2004, 11.)

• Welke handelingen hangen volgens ouderling Christofferson samen met het onder gebed bestuderen en overdenken van de Schriften?

• Wat heb je naast deze suggesties van ouderling Christofferson nog meer gedaan om de Schriften onder gebed te bestuderen en te overdenken? (Zet de antwoorden van de cursisten op het bord.)

• Wat heb je ervaren toen je de Schriften onder gebed bestudeerde en overdacht?

Moedig de cursisten aan om in hun persoonlijke studie van de Schriften toe te passen wat ze vandaag hebben geleerd. U kunt eveneens getuigen dat het nuttig is om de Schriften onder gebed te bestuderen en te overdenken.

De cursisten helpen om leringen en beginselen toe te passen

Als de cursisten de beginselen uit de Schriften toepassen, groeit hun begrip en hun getuigenis van deze waarheden. Geef de cursisten de tijd om te overdenken wat ze hebben geleerd en te bedenken hoe ze dat gaan toepassen. Moedig ze aan om te handelen naar de ingevingen van de Heilige Geest die ze bij het overdenken krijgen.

Toelichting en achtergrondinformatie

Overzicht van Leer en Verbonden 76. Kies de juiste weg naar de gewenste bestemming

Het volgende verhaal werd verteld door ouderling Sterling W. Sill van de Zeventig. Het geeft aan hoe belangrijk het is om het pad te kiezen dat ons naar leidt naar de eeuwige bestemming waar we het meest naar verlangen:

‘We kunnen veel leren van het verhaal dat dr. Harry Emerson Fosdick jaren geleden vertelde. De titel is “Op de verkeerde bus”. Het gaat over een man die (in de Verenigde Staten) op de bus stapte met de bedoeling en het verlangen om naar Detroit te gaan. Toen hij na een lange reis arriveerde, bleek dat hij in Kansas City was. Hij kon het eerst niet geloven. Toen hij [de weg] naar Woodward Avenue vroeg en te horen kreeg dat er geen Woodward Avenue was, werd hij kwaad. Hij wist zeker dat die bestond. Het duurde even voordat hij zich realiseerde dat hij ondanks zijn goede bedoelingen en zijn oprechte verlangen in Kansas City was beland, en niet in Detroit. Alles was in orde, op één detail na: hij was op de verkeerde bus gestapt.

‘Is het niet interessant dat zo veel mensen zich op een plaats in hun leven bevinden waar ze nooit naartoe wilden? We stellen ons tot doel om eervol en succesvol en gelukkig te worden, en toch stappen we soms op de bus die ons leidt naar schande, mislukking en verdriet. Een belangrijk doel van ons sterfelijk bestaan is ons voor te bereiden op het volgende leven. En onze potentiële bestemming bestaat uit drie grote afdelingen, waarvan Paulus de begeerlijkheid met het licht van de zon, de maan en de sterren vergeleek. […]

‘Dat brengt ons terug naar dit grote besef dat een van de belangrijkste ter wereld is: ten eerste, dat we weten waar we naartoe willen; en ten tweede, dat we op de bus stappen die ons daar naartoe brengt.’ (‘On the wrong bus’, New Era, juli 1983, 4, 6.)

Leer en Verbonden 76:11–12. ‘Door de macht van de Geest werden onze ogen geopend’

Joseph Smith en Sidney Rigdon zeiden dat ze bij het vertalen van Johannes 5:29 ‘vervuld waren van de Geest (LV 76:11) en dat ‘door de macht van de Geest’ (LV 76:12) hun ogen werden geopend. In deze context verwijzen deze zinsneden naar een tijdelijke lichamelijke en geestelijke toestand die ‘gedaanteverandering’ wordt genoemd. Een gedaanteverandering gebeurt als ‘mensen […] een tijdelijke fysieke verandering hebben ondergaan – dat wil zeggen: verheven naar een hoger geestelijk niveau – om de tegenwoordigheid en heerlijkheid van hemelse personen te kunnen verdragen.’ (Gids bij de Schriften, ‘Gedaanteverandering’, scriptures.lds.org.)

Leer en Verbonden 76:19. De Schriften bestuderen en overpeinzen

President Henry B. Eyring van het Eerste Presidium heeft uitgelegd wat het verschil is tussen bestuderen en overpeinzen, en wat het verband is tussen overpeinzen en openbaring ontvangen:

‘Lezen, bestuderen en overpeinzen verschillen van elkaar. We lezen woorden die ons misschien op een idee brengen. We bestuderen en ontdekken misschien patronen en verbanden in Schriftteksten. Maar door te overpeinzen stellen we ons open voor openbaring van de Geest. Voor mij bestaat overpeinzen uit nadenken en bidden nadat ik aandachtig de Schriften heb gelezen en bestudeerd.’ (‘Dienen met de Geest’, Liahona, november 2010, 60.)

Ouderling Marvin J. Ashton van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft gezegd:

‘Door te overdenken – of te overwegen – stellen wij de Geest in de gelegenheid om ons te beïnvloeden en te leiden.’ (‘Er zijn vele gaven’, De Ster, januari 1988, 17.)

Leer en Verbonden 76. ‘Het visioen’

Op aanwijzing van Joseph Smith werd een gedicht gemaakt van Leer en Verbonden 76 dat de titel ‘Het visioen’ meekreeg. Het gedicht verscheen op 1 februari 1843 in de Times and Seasons, een krant van de kerk die van november 1839 tot februari 1846 in Nauvoo (Illinois) werd uitgegeven. (Zie Times and Seasons, 1 februari 1843, 82–85.) In onderstaande tabel staan delen uit Leer en Verbonden 76, de corresponderende strofen van het gedicht en wat we daaruit kunnen leren.

Leer en Verbonden 76	Gedicht	Wat leren we hieruit?
Vers 24 ‘Dat door Hem en in Hem en uit Hem de werelden worden en werden geschapen, en dat de bewoners daarvan voor God gewonnen zonen en dochters zijn.’	Strofen 19–20 ‘19. En uit de hemel klonk een luide stem, die getuigde: Hij is de Heiland en de Eniggeborene van God — Door hem, in Hem en uit Hem zijn alle werelden geschapen, Alle die aan de weidse hemelen staan. ‘20. Wier bewoners, van de eerste tot de laatste, eveneens Gered zijn door dezelfde Heiland als de onze; En die gewonnen dochters en zoons van God zijn Door dezelfde waarheden en dezelfde machten.’	Jezus Christus is de Heiland, niet alleen voor de inwoners van onze wereld maar ook voor alle inwoners van alle werelden die Hij heeft geschapen.
Verzen 72–73 ‘Zie, dezen zijn het die zijn gestorven zonder wet; ‘en ook zij die de geesten van de mensen zijn die in de gevangenis zijn gehouden, die de Zoon heeft bezocht en tot wie Hij het evangelie heeft gepredikt, opdat zij kunnen worden geoordeeld als mensen in het vlees;’	Strofen 54–55 ‘54. Zie, dezen zijn het die zijn gestorven zonder wet; De heidenen vanouds die nimmer hoopten, En zij die de schaduwrijke regionen des doods toebehoren, De geesten in de gevangenis, ontwaakt door het licht. ‘55. Tot de geesten in de gevangenis predikte de Heiland, Hij leerde hen het evangelie, met vernieuwde kracht; En toen werden de levenden voor hun doden gedoopt, Opdat zij als de levenden werden berecht.’	In tegenstelling tot Alvin Smith, die het evangelie tijdens zijn leven zou hebben aanvaard als hij daartoe de kans had gekregen (zie LV 137), zouden velen het evangelie tijdens hun leven hebben verworpen. Maar omdat God barmhartig is, zullen deze mensen de kans krijgen om het evangelie in de gevangenis in de geestenwereld te horen en te aanvaarden, en te worden geoordeeld alsof zij in het vlees verkeerden.
Verzen 74–77 ‘Die het getuigenis van Jezus niet in het vlees hebben ontvangen, maar het later hebben ontvangen. ‘Dezen zijn het die de eerzamen van de aarde zijn, die door de listigheid van de mensen werden verblind. ‘Dezen zijn het die van zijn heerlijkheid ontvangen, maar niet van zijn volheid. ‘Dezen zijn het die van de tegenwoordigheid van de Zoon ontvangen, maar niet van de volheid van de Vader.’	Strofen 56–57 ‘56. Dezen zijn het die de eerzamen der aarde zijn; Die door de listen der mensen zijn verblind: Zij ontvingen de waarheid van de Heiland eerst niet; Maar wel toen ze het opnieuw hoorden, in de gevangenis. ‘57. Niet kloekmoedig in de waarheid verwierven zij geen kroon, Maar hun glorie is als die van de maan: Het zijn zij, die in de tegenwoordigheid van Christus komen, Maar niet bij de volheid van God, op zijn troon.’	Er zijn veel eerzame mensen die het evangelie in dit leven verwerpen, maar zich later bekeren en het evangelie aanvaarden als het hen in de geestenwereld wordt onderwezen. Zij zullen de terrestriale heerlijkheid beërven, die met het licht van de maan wordt vergeleken. Zij zullen met Jezus Christus om kunnen gaan, maar niet de volheid van God de Vader ontvangen.