Thuisseminarieles

De kerk verhuist naar het noorden van Missouri; Leer en Verbonden 113–120 (unit 25)

Lesmateriaal voor de thuisseminarieleerkracht

Samenvatting van dagelijkse thuisseminarielessen

De volgende samenvatting van de gebeurtenissen, leerstellingen en beginselen die de cursisten bij hun studie van de les ‘De kerk verhuist naar het noorden van Missouri’ en Leer en Verbonden 113–120 (unit 25) geleerd hebben, is niet bedoeld om als onderdeel van uw les te worden behandeld. Uw les richt zich op slechts enkele van deze leerstellingen en beginselen. Volg de ingevingen van de Heilige Geest terwijl u over de behoeften van uw cursisten nadenkt.

Dag 1 (De kerk verhuist naar het noorden van Missouri)

De cursisten bestudeerden de gebeurtenissen die ertoe leidden dat de hoofdzetel van de kerk naar het noorden van Missouri verplaatst werd. Ze leerden dat ons getuigenis wordt versterk als we onze beproevingen in geloof het hoofd bieden en niet twijfelen. Ze leerden ook dat we geestelijke bescherming ontvangen die ons met God verbindt als we de profeet steunen en zijn raad opvolgen. De cursisten ontdekten dat de Heer onze band met anderen kan genezen als we leren vergeven. In deze les stonden de cursisten ook stil bij hoe onze woorden en daden de mening van anderen over de kerk van Jezus Christus beïnvloeden.

Dag 2 (Leer en Verbonden 113–114)

Joseph Smith kwam in Far West aan. Al snel vroegen sommigen hem wat moeilijke passages in het boek Jesaja te verduidelijken. De cursisten leerden uit de geopenbaarde antwoorden van de Heer op deze vragen dat Joseph Smith de sleutels van het koninkrijk voor de vergadering van Israël in de laatste dagen ontving. De cursisten verdiepten zich in David W. Patten, een van de eerste apostelen, en kwamen erachter dat we naar de Heer moeten luisteren om op zijn plan voor ons voorbereid te zijn.

Dag 3 (Leer en Verbonden 115–116)

In deze les leerden de cursisten dat ons licht een standaard voor de natiën zal zijn als we opstaan en ons licht laten schijnen. Ze kwamen ook te weten dat de mensen die zich in de ringen van Zion vergaderen, bescherming en veiligheid kunnen vinden. De president van de kerk bezit de sleutels om het werk van de Heer op aarde te besturen.

Dag 4 (Leer en Verbonden 117–120)

De Heer gaf Newel K. Whitney en William Marks raad inzake bezittingen in Kirtland (Ohio). De cursisten leerden dat de zucht naar materiële zaken ertoe kan leiden dat we belangrijkere zaken veronachtzamen. Ze leerden uit het voorbeeld van Oliver Granger dat de offers die we in dienst van de Heer brengen, heilig voor Hem zijn.

Inleiding

In deze les krijgen de cursisten meer begrip van de wet van tiende en de zegeningen van naleving van deze wet.

Lessuggesties

Leer en Verbonden 119:1–4

De Heer openbaart de wet van tiende

Zet de volgende vraag op het bord: In welke opzichten worden we gezegend als we de wet van tiende naleven?

Leg uit dat de kerk en veel leden in 1837 ernstige financiële problemen begonnen te krijgen. Laat een cursist de inleiding van Leer en Verbonden 119 voorlezen. Laat de rest van de klas meelezen en opletten wat de profeet Joseph Smith vroeg waarop deze openbaring volgde.

• Wat vroeg Joseph Smith aan de Heer?

Laat een cursist Leer en Verbonden 119:1–4 voorlezen. Laat de klas meelezen en op het antwoord van de Heer op Josephs verzoek letten.

• Wat is tiende volgens vers 4? (De cursisten dienen dit gebod te verwoorden: de Heer gebiedt ons om een tiende van onze opbrengsten aan Hem te geven. U kunt dat gebod op het bord zetten.)

Om het woord opbrengsten in vers 4 te verduidelijken, laat u een cursist het volgende citaat van president Howard W. Hunter voorlezen:

‘In de wet staat duidelijk “een tiende deel van al hun opbrengsten”. Opbrengsten omvatten winst, salaris en bonussen, en aanwas. Het is het salaris van de werknemer, de winst van een zaak, de aanwas van iemand die gewassen teelt, of inkomen uit alle andere bronnen. De Heer heeft gezegd dat het “voor eeuwig” een vaste wet is, zoals die vroeger van kracht was.’ (In Conference Report, april 1964, 35.)

• Wat leer je van het feit dat de Heer de heiligen in een financieel moeilijke periode vraagt om tiende te betalen?

• In welke opzichten is het betalen van tiende een geloofsdaad?

Laat een cursist het volgende citaat van president James E. Faust van het Eerste Presidium voorlezen:

‘Waarom dienen de leden overal ter wereld, ook de velen die niet altijd genoeg voor hun dagelijks onderhoud hebben, aangemoedigd te worden om zich aan de wet van tiende van de Heer te houden? President Hinckley heeft in Cebu op de Filipijnen gezegd dat als mensen ‘zelfs als ze in armoede en ellendige omstandigheden leven [maar] het evangelie aanvaarden en naleven, hun tiende en offergaven afdragen, ook al zijn die pover, […] ze rijst in hun kom, kleding aan hun lijf en een dak boven hun hoofd zullen hebben. Ik zie geen enkele andere oplossing.” [‘Inspirational Thoughts’, Ensign, augustus 1997, 7.]

‘Sommigen denken misschien dat ze zich het betalen van hun tiende niet kunnen veroorloven. Maar de Heer heeft beloofd dat Hij een weg voor ons zal bereiden om al zijn geboden te onderhouden [zie 1 Nephi 3:7]. Tiende betalen vraagt in het begin om veel geloof. […] Ik geloof echt dat het mogelijk is armoede te boven te komen door geloof te oefenen en de Heer een gedeelte terug te geven van het weinige dat we hebben.’ (‘Opening the Windows of Heaven’, Ensign, november 1998, 59.)

Om de cursisten duidelijk te maken hoe ze hun tiende moeten betalen, toont u ze een specificatieblaadje. Laat de cursisten zich inbeelden dat ze net wat geld verdiend hebben. Vraag een cursist om een bedrag te noemen.

• Hoeveel tiende dienen we van dat bedrag te betalen?

Noteer het bedrag op de correcte plaats op het specificatieblaadje en stel de volgende vraag:

• Stel dat we tien procent van ons inkomen over de verschillende categorieën op het blaadje verdelen. Hebben we dan een volledige tiende betaald? (Zorg ervoor dat de cursisten begrijpen dat ze tien procent van hun inkomsten als tiende behoren te betalen. Eventuele andere bijdragen die ze doen, zijn bijkomstig.)

Deel de klas in koppels op. Laat ze elkaar vertellen waarvoor het tiendegeld gebruikt wordt. Vraag ze vervolgens de uitleg van de Heer in Leer en Verbonden 119:2 te lezen.

• Waarvoor wordt het tiendegeld volgens vers 2 gebruikt? (Het tiendegeld wordt gebruikt ‘voor de bouw van mijn huis [de tempel] en voor het leggen van het fundament van Zion en voor de priesterschap’ [financiering van andere aspecten van het werk van de Heer, zoals wereldwijd kerken bouwen en onderhouden, de Schriften vertalen en publiceren, en zendingswerk en familiehistorisch werk ondersteunen]. U kunt de cursisten erop wijzen dat de kerk vandaag de dag geen schulden heeft. Zet het volgende op het bord: Het tiendegeld wordt gebruikt voor de bouw van tempels en de bevordering van het werk van de Heer.)

Leer en Verbonden 119:5–7

De Heer legt de wet van tiende uit

Vraag twee cursisten om aan een rollenspel deel te nemen. Laat de ene cursist een trouw lid van de kerk spelen en de andere iemand die geen lid van de kerk is. Geef de tweede cursist een blaadje waarop deze vraag staat: Ik heb gehoord dat je tien procent van je inkomen aan je kerk geeft. Waarom doe je dat?

Laat de tweede cursist de vraag voorlezen en de eerste cursist antwoorden. Na het rollenspel vraagt u de andere cursisten hoe zij gereageerd zouden hebben. Wijs erop dat er veel goede antwoorden op die vraag bestaan.

Laat een cursist Leer en Verbonden 119:6–7 voorlezen. Laat de klas meelezen en opletten wat er gebeurt als we de wet van tiende gehoorzamen.

• Wat gebeurt er volgens vers 6 als we de wet van tiende gehoorzamen? (Het land Zion wordt voor de Heer geheiligd.)

Leg uit dat heiligen betekent door de verzoening van Jezus Christus vrij van zonden, rein, zuiver en heilig worden. Herinner de cursisten er ook aan dat Zion niet alleen een plek, maar ook ‘de reinen van hart’ is (LV 97:21).

Laat de cursisten de gevolgen van gehoorzaamheid aan de wet van tiende in hun eigen woorden samenvatten. De strekking van de antwoorden van de cursisten dient het volgende beginsel te omvatten: Door tiende te betalen, heiligen we onszelf en de kerk.

Stel de volgende vraag om de cursisten het belang van dit beginsel te laten inzien en voelen:

• Op welke manieren kan het betalen van tiende iemand heiligen?

Verwijs naar de vraag op het bord: In welke opzichten worden we gezegend als we de wet van tiende naleven? U kunt de cursisten over een ervaring met de wet van tiende laten vertellen en ze ervan laten getuigen. Dat kunt u zelf ook doen. Moedig de cursisten aan geloof te oefenen door tien procent van hun verdiensten als tiende aan de Heer te geven.

Volgende unit (Leer en Verbonden 121–123; De oprichting van Nauvoo)

Laat de cursisten over de beproevingen nadenken die ze ondervonden hebben en wat ze ervan geleerd hebben. Wat zou jij je voelen als je vals beschuldigd werd en de gevangenis in moest? Leg uit dat ze de komende week enkele beginselen zullen bestuderen die de profeet Joseph Smith tijdens zijn onterechte opsluiting in de gevangenis te Liberty leerde. Waarom laat de Heer ons bijvoorbeeld beproevingen meemaken?