Seminarie
Les 65: Leer en Verbonden 59


Les 65

Leer en Verbonden 59

Inleiding

Op zondag 7 augustus 1831 ontvangt de profeet Joseph Smith in Jackson County (Missouri, VS) de openbaring die nu in Leer en Verbonden 59 staat. In deze openbaring maakt de Heer duidelijk wat hij verwacht van de heiligen die nog maar pas in Zion zijn aangekomen, zoals de juiste wijze om de sabbat te heiligen. De Heer bevestigt eveneens dat zij die zijn geboden onderhouden, geestelijke en stoffelijke zegeningen ontvangen.

Lessuggesties

Leer en Verbonden 59:1–4

De Heer beschrijft welke zegeningen Hij over de getrouwe heiligen in Zion zal uitstorten

Zet de volgende vragen op het bord vóór de les begint:

Wat houdt het volgens jou in om de Heer met je gehele lief te hebben?

In welk opzicht verschilt het gedrag of de houding van mensen die de Heer met heel hun liefhebben van mensen die dat niet doen?

Zet bij het begin van de les de naam Polly Knight op het bord. Vraag de cursisten wat ze zich nog over haar herinneren uit de les over Leer en Verbonden 57. Als de cursisten hierbij hulp nodig hebben, laat u een cursisten in les 62 het verslag over Polly Knight lezen.

  • Wat bewonder je aan Polly Knight?

Vertel de cursisten dat Joseph Smith de openbaring die nu in Leer en Verbonden 59 staat, ontving op de dag dat Polly stierf. Laat ze Leer en Verbonden 59:1–2 in stilte doornemen en zinsneden zoeken die wellicht voor haar vrienden en dierbaren bijzondere betekenis hadden. Laat de cursisten vertellen wat ze hebben gevonden.

  • Op wie is deze openbaring volgens vers 1 naast Polly Knight nog van toepassing? (De heiligen die de geboden van God gehoorzamen met het oog alleen op zijn eer gericht.) Wat denk je dat het inhoudt om te leven met het oog alleen op de eer van God gericht?

Laat een cursist Leer en Verbonden 59:3–4 voorlezen en laat de klas nagaan welke stoffelijke en geestelijke zegeningen worden beloofd aan hen die de Heer gehoorzamen met het oog alleen op zijn eer gericht. Vraag ze naar hun bevindingen.

  • Welke zegening belooft de Heer in vers 4 die voor sommige mensen niet als een zegening wordt beschouwd? (‘Niet weinig geboden.’) In welke opzichten zijn geboden ons tot zegen? (Terwijl de cursisten deze vraag beantwoorden, kunt u ze Leer en Verbonden 130:20–21 laten lezen.)

Zet de volgende onvolledige zin op het bord: Als we de geboden onderhouden met het oog alleen op de eer van God gericht, dan …

Laat de cursisten deze uitspraak aanvullen met wat ze uit de verzen 1–4 hebben geleerd. De cursisten kunnen dit beginsel als volgt onder woorden brengen: als we de geboden onderhouden met het oog alleen op de eer van God gericht, dan worden we zowel stoffelijk als geestelijk gezegend. Laat de cursisten bij hun studie van deze openbaring zoeken naar andere voorbeelden van dit beginsel.

Leer en Verbonden 59:5–8

De Heer geeft de heiligen geboden

Leg uit dat de Heer in deze openbaringen eveneens enkele geboden geeft aan de heiligen in Zion. Laat een cursist Leer en Verbonden 59:5 voorlezen en laat de klas nagaan welk gebod de Heer de heiligen gaf.

Wat verwacht de Heer volgens dit vers van zijn heiligen? (De cursisten dienen de volgende leerstelling te vinden: wij dienen God met heel ons hart, onze macht, ons verstand en onze kracht lief te hebben.)

Verdeel de klas in groepjes van twee. Wijs aan elk groepje een woord toe dat beschrijft hoe we de Heer dienen lief te hebben (hart, macht, verstand, kracht). Laat de cursisten met hun woorden de vragen vervolledigen die u op het bord had gezet voordat de les begon. Laat de ene cursist in elk groepje de eerste vraag beantwoorden en de andere cursist de tweede vraag. Geef de cursisten voldoende tijd om de vragen in hun groepje te bespreken en laat vervolgens enkele cursisten hun antwoord aan de klas vertellen.

Laat de cursisten een van de volgende vragen in hun Schriftendagboek of aantekenschrift beantwoorden. Zo voelen ze beter de waarheid en het belang van het gebod om de Heer met heel hun hart, macht, verstand en kracht lief te hebben.

  • Wanneer heb jij een grote liefde voor de Heer gevoeld?

  • Wanneer heeft jouw liefde voor de Heer invloed gehad op een beslissing?

Laat enkele cursisten na verloop van tijd hun antwoorden aan de klas vertellen. (Herinner de cursisten eraan dat ze niet over ervaringen hoeven te praten die te heilig of te persoonlijk zijn.)

Laat de cursisten Leer en Verbonden 59:6–8 in stilte doornemen en nagaan welke geboden de Heer de heiligen toen nog meer gaf.

  • Wat hebben deze geboden te maken met het gebod om de Heer met heel je hart, macht, verstand en kracht lief te hebben?

  • Hoe laten we zien dat we de Heer liefhebben door onze naaste lief te hebben?

Leer en Verbonden 59:9–19

De Heer onderwijst de heiligen over de sabbatdag

Geef de cursisten een kopie van het volgende citaat van ouderling Mark E. Petersen van het Quorum der Twaalf Apostelen, of zet het op het bord voordat de les begint. (Deze uitspraak staat in ‘The Sabbath Day’, Ensign, mei 1975, 49.)

‘Het al dan niet heiligen van is een feilloze maatstaf voor onze houding ten opzichte van de Heer zelf en van zijn lijden in Gethsémané, zijn dood aan het kruis en zijn opstanding uit de dood.’ (Ouderling Mark E. Petersen.)

Laat de cursisten raden welk woorden er ontbreken (‘de sabbat’). Leg vervolgens uit dat de Heer in de openbaring in Leer en Verbonden 59 een gebod herhaalt dat de heiligen helpt om God op de eerste plaats te zetten en hun relatie met Hem te verdiepen. Dit is het gebod waarover ouderling Petersen sprak. Laat een cursist Leer en Verbonden 59:9–10 voorlezen en laat de klas nagaan welk gebod de Heer de heiligen gaf.

  • Welk gebod gaf de Heer in deze verzen? (Houd de sabbatdag heilig.)

Laat de cursisten het citaat van ouderling Petersen aanvullen met de woorden de sabbat.

  • Wat heeft onze sabbatsheiliging volgens ouderling Petersen met onze liefde voor de Heer en zijn verzoening te maken?

Wijs erop dat de Heer hun die zijn heilige dag eren in vers 9 een grote zegening beloofde. Zet de volgende onvolledige uitspraak op het bord: Als wij de sabbat heiligen, kunnen wij …

Laat de cursisten in vers 9 zoeken naar de belofte die de Heer aan dit gebod heeft verbonden.

  • Hoe worden wij volgens vers 9 gezegend als we de sabbatdag heiligen? Wat zou het betekenen om onszelf ‘onbesmet van de wereld’ te bewaren?

Laat de cursisten de uitspraak op het bord in hun eigen woorden aanvullen. De cursisten kunnen dit beginsel als volgt onder woorden brengen: Als wij de sabbat heiligen, kunnen wij verleidingen weerstaan en zonden overwinnen. Laat de cursisten dat beginsel in hun Schriften noteren.

Leg uit dat verzen 9–14 verduidelijken wat het betekent om de sabbat heilig te houden. Wijs aan elke cursist één van de volgende verzen toe: Leer en Verbonden 59:9; 10; 12 en 13. Laat de cursisten hun vers in stilte bestuderen en nagaan hoe we de sabbat kunnen heiligen. Zeg dat ze de kans krijgen om de klas hun bevindingen mee te delen. Voordat de cursisten met deze opdracht beginnen, moet u wellicht uitleggen dat de zinsnede ‘uw toewijding te betonen’ in vers 10 betekent dat we aanbidden of onze liefde en trouw tonen. Daarnaast kunt u de aandacht vestigen op de voetnoot bij het woord gaven in vers 12.

Geef ze voldoende tijd en laat daarna vers 9 voorlezen door een cursist die dat vers heeft bestudeerd. Laat de cursisten die dit vers hebben bestudeerd, vertellen hoe we de sabbat kunnen heiligen. Wijs een cursist aan om hun ideeën onder het beginsel op het bord te noteren. (Zo kunnen de cursisten in vers 9 terugvinden dat naar de kerk gaan, bidden, en aan het avondmaal deelnemen, belangrijke onderdelen van sabbatsheiliging zijn.) Herhaal dit proces met de andere verzen.

  • Hoe hebben jouw inspanningen om de sabbat te heiligen je geholpen om verleiding te weerstaan en geestelijk sterker te worden?

Laat de cursisten Leer en Verbonden 59:15 in stilte doornemen en nagaan welke houding we tegenover de sabbatdag dienen aan te nemen. Laat de cursisten vertellen welke zinsneden ze hebben gevonden en leg uit waarom deze houding ons helpt om de sabbat heilig te houden.

Vat Leer en Verbonden 59:16–19 samen: de Heer beloofde stoffelijke en geestelijke zegeningen aan hen die zijn heilige dag eren. Vertel hoe uw sabbatsheiliging uw relatie met de Heer heeft beïnvloed. Laat de cursisten in hun Schriftendagboek of aantekenschrift noteren wat ze gaan doen om de sabbatdag heilig te houden.

Leer en Verbonden 59:20–24

De Heer roept aardse en eeuwige zegeningen uit over de getrouwen

Laat de cursisten zich voorstellen dat ze ouders zijn die hun kinderen geschenken geven. Sommige kinderen drukken bij elk geschenk hun oprechte dank uit.

  • Welk gevoel krijg je dan als ouder? Zou je daardoor geneigd zijn om meer geschenken te geven? Waarom?

Laat een cursist Leer en Verbonden 59:20–21 voorlezen. Laat de klas meelezen en nagaan hoe God zich voelt als Hij ons zegent, en hoe wij op zijn zegeningen dienen te reageren.

  • Hoe voelt God zich als Hij ons zegent? (Het behaagt Hem.) Hoe kunnen we God volgens vers 21 aanstoot geven? (De strekking van de antwoorden van de cursisten dient het volgende beginsel te omvatten: wij geven God aanstoot als wij onze dankbaarheid niet uiten en zijn geboden niet onderhouden.)

Maak de cursisten duidelijk dat de aanstoot en de verbolgenheid van God in vers 21 bewijzen dat Hij van ons houdt. Hij is niet tevreden als wij ondankbaar of ongehoorzaam zijn omdat we ons daardoor van Hem verwijderen.

  • Hoe zou onze relatie tot God worden geschaad als wij Hem niet bedanken voor de zegeningen die Hij ons geeft?

  • Wat heeft deze waarheid te maken met het beginsel dat we eerder over de sabbatsheiliging hebben besproken?

Laat een cursist Leer en Verbonden 59:23–24 voorlezen. Laat de klas meelezen en nagaan welke zegeningen de Heer belooft aan hen die zijn geboden onderhouden.

  • In welke opzichten heb je vrede ondervonden door naar de beginselen in deze openbaring te leven?

Laat de cursisten tot slot bedenken hoe de Heer hen heeft gezegend toen ze zijn geboden onderhielden, en hoe ze hun dankbaarheid kunnen tonen.

Toelichting en achtergrondinformatie

Leer en Verbonden 59:9. ‘Mijn heilige dag’

De openbaring in Leer en Verbonden 59 was de eerste openbaring in deze bedeling waarin de Heer concrete aanwijzingen voor de sabbatsheiliging gaf. De Heer gaf deze openbaring aan de heiligen die de stad Zion opbouwden. Deze heiligen woonden in de buurt van andere inwoners van Jackson County, die voornamelijk wereldsgezind waren. Die andere inwoners hielden de sabbat niet heilig maar kozen voor verschillende vormen van ontspanning.

Leer en Verbonden 59:9. ‘Uzelf […] onbesmet van de wereld […] bewaren’

Ouderling Dallin H. Oaks van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft uitgelegd hoe wij ons onbesmet van de wereld kunnen bewaren als wij aan het avondmaal deelnemen:

Afbeelding
Ouderling Dallin H. Oaks

‘Wij leven in de zware tijden waar de apostel Paulus van geprofeteerd heeft (zie 2 Timotheüs 3:1). Wie het enge en nauwe pad bewandelt, ziet aan alle kanten uitnodigende zijweggetjes. We kunnen afgeleid, vernederd, terneergeslagen of gedeprimeerd raken. Hoe kan de Geest van de Heer ons leiden in onze keuzes en ons op het pad houden?

‘In een hedendaagse openbaring heeft de Heer met dit gebod het antwoord gegeven:

“En opdat u zichzelf beter onbesmet van de wereld zult kunnen bewaren, zult u naar het huis van gebed gaan en uw offeranden offeren op mijn heilige dag;

“want voorwaar, dat is de dag die voor u is ingesteld om van uw arbeid uit te rusten en om de Allerhoogste uw toewijding te betonen” (LV 59:9–10).

‘Dit is een gebod met een belofte. Door wekelijks op de juiste wijze deel te nemen aan de verordening van het avondmaal, komen wij in aanmerking voor de belofte “dat [wij] zijn Geest altijd bij [ons] mogen hebben” (LV 20:77). Die Geest is het fundament van ons getuigenis. Hij getuigt van de Vader en de Zoon, brengt ons alles in herinnering en voert ons tot de waarheid. Hij is het kompas dat ons op ons pad leidt. President Wilford Woodruff heeft gezegd dat de gave van de Heilige Geest “de grootste gave is die de mens kan ontvangen” (Deseret Weekly, 6 april 1889, 451). […]

‘Hoe kunnen we de Geest van de Heer krijgen om ons te leiden in onze keuzes, zodat we ons “onbevlekt van de wereld” (LV 59:9) houden en op het veilige pad door het sterfelijk leven blijven? Wij moeten voor de reinigende kracht van de verzoening van Jezus Christus in aanmerking komen. Dat doen we door zijn gebod te onderhouden om met een gebroken hart en een verslagen geest tot Hem te komen, en om in die fijne wekelijkse bijeenkomst te nemen van de zinnebeelden van het avondmaal, en de verbonden te sluiten waarmee wij in aanmerking komen voor die heerlijke belofte dat we altijd zijn Geest bij ons zullen hebben (zie LV 20:77).’ (‘De avondmaalsdienst en het avondmaal’, Liahona, november 2008, 17, 20.)

Afdrukken