Seminarie en instituut
Les 87: Leer en Verbonden 84:43–61


Les 87

Leer en Verbonden 84:43–61

Inleiding

Op 22 en 23 september 1832 ontvangt Joseph Smith de openbaring in Leer en Verbonden 84. In deze openbaring openbaart de Heer beginselen over het priesterschap, zoals in de vorige les besproken. De Heer leert de heiligen ook dat ze naar het woord van God moeten luisteren. Hij kastijdt ze omdat ze het Boek van Mormon en andere geboden en openbaringen te licht opvatten.

Lessuggesties

Leer en Verbonden 84:43–53

De Heer zegt tegen de heiligen dat ze naar het woord van God moeten luisteren.

Herinner de cursisten aan het doel dat ze aan het begin van het jaar voor hun dagelijkse Schriftstudie hebben gesteld. Laat ze zich afvragen hoe goed ze aan dat doel werken. Als de cursisten dat overwogen hebben, stelt u de volgende vragen:

  • Wat voor moeilijkheden kom je tegen als je de Schriften dagelijks probeert te bestuderen? (Als de cursisten antwoord geven, erken dan dat het moeilijk kan zijn om de Schriften dagelijks te bestuderen.)

  • Waarom bestuderen jullie de Schriften hoewel dat soms moeilijk kan zijn?

Leg uit dat de cursisten vandaag bepaalde beginselen uit Leer en Verbonden 84 zullen leren waardoor ze geïnspireerd kunnen worden om in hun Schriftstudie te volharden.

Laat de cursisten Leer en Verbonden 84:43–44 doorlezen en woorden en zinsneden opzoeken waardoor ze leren hoe belangrijk het is om het woord van de Heer te bestuderen en toe te passen.

  • Welke woorden en zinsneden hebben jullie gevonden waaruit blijkt hoe belangrijk het is om het woord van de Heer te bestuderen en toe te passen? (De cursisten noemen wellicht woorden en zinsneden als ‘gebod’, ‘nauwkeurig na te komen’ en ‘leven naar ieder woord’.)

Vraag een cursist Leer en Verbonden 84:45–46 voor te lezen. Laat de klas meelezen en woorden en zinsneden opzoeken die hetzelfde betekenen als ‘het woord des Heren’.

  • Welke woorden en zinsneden hebben jullie gevonden? (Mogelijke antwoorden: ‘waarheid’, ‘licht’, ‘Geest’, ‘de Geest van Jezus Christus’ en ‘de stem van de Geest’.)

Zet de volgende onvolledige uitspraak op het bord: Als wij nauwkeurig het woord van God naleven, …

Laat de cursisten opnieuw Leer en Verbonden 84:45–46 doorlezen.

  • Hoe zou je aan de hand van de verzen 45–46 de uitspraak op het bord afmaken? (De cursisten kunnen verschillende antwoorden geven. Maak de uitspraak op het bord af zodat het volgende beginsel duidelijk is: Als wij nauwkeurig het woord van God naleven, zullen we door de Geest van Christus verlicht worden.)

Vestig de aandacht van de cursisten op de woorden ‘de Geest van Jezus Christus’ in vers 45. Leg uit dat ‘het licht van Christus’ eigenlijk hetzelfde betekent. Het licht van Christus ‘beïnvloedt het leven van alle mensen ten goede. […] [Maar,] het licht van Christus moet niet verward worden met de Heilige Geest. Het is geen persoon zoals de Heilige Geest.’ (Trouw aan het geloof [2004], 107–108.) Het licht van Christus bevindt zich in ieder mens en biedt ‘ook innerlijk licht, kennis van goed en kwaad, [of] moreel besef of geweten.’ Het ‘kan ons ingeven onze daden te veranderen – tenzij we het onderdrukken of tot zwijgen brengen.’ (Boyd K. Packer, ‘The Light of Christ’, Ensign, april 2005, 9.)

Vraag een cursist Leer en Verbonden 84:47–48 voor te lezen. Laat de klas meelezen en opzoeken hoe we gezegend worden als we naar de Geest van Jezus Christus luisteren.

  • Hoe worden we volgens vers 47 gezegend als we naar de Geest van Jezus Christus luisteren? (De antwoorden van de cursisten dienen het volgende beginsel te omvatten: als we naar de Geest van Jezus Christus luisteren, komen we tot de Vader. Zet dit beginsel op het bord.)

  • Wat zal de Vader volgens vers 48 doen als we tot Hem komen? (Hij zal ons onderrichten.)

  • In vers 48 staat dat de Vader ons niet alleen omwille van onszelf onderricht, maar ook omwille van de hele wereld. Wat betekent dat voor jullie?

Leg uit dat mensen naast het licht van Christus na de doop ook het gezelschap van de Heilige Geest kunnen ontvangen. Door deze gave kunnen ze meer licht ontvangen en in de tegenwoordigheid van de Vader terugkeren om het eeuwige leven te ontvangen.

Laat een cursist het licht in het lokaal uitdoen en weer gaan zitten. (Zorg ervoor dat er genoeg licht in het lokaal is zodat de cursist veilig kan lopen.) Laat de cursisten aan momenten denken waarop ze in volledige duisternis moesten lopen. Laat enkele cursisten beschrijven hoe dat was. Doe dan het licht weer aan.

Leg uit dat de Schriften vaak naar duisternis verwijzen om een geestelijke toestand symbolisch uit te leggen. Laat een cursist Leer en Verbonden 84:49–53 voorlezen. Laat de klas meelezen en opzoeken wie er volgens de Heer in geestelijke duisternis leven en waarom ze zich daarin bevinden.

  • Wie bevinden zich in duisternis? Waarom verkeren ze in duisternis?

Leg uit dat er over hen die volgens deze verzen in duisternis leven ook geschreven is dat zij in de slavernij van zonde leven. Dat betekent dat ze in de gevolgen van hun zonden verstrikt zijn omdat ze zich niet hebben bekeerd.

  • In welke opzichten is onder de slavernij van de zonde leven, te vergelijken met in duisternis verkeren?

Leer en Verbonden 84:54–61

De Heer kastijdt de heiligen omdat ze het Boek van Mormon niet serieus genoeg nemen

Leg uit dat naast de woorden dat de wereld in duisternis verkeerde, de Heer zei dat het verstand van de kerkleden was verduisterd.

Laat een cursist Leer en Verbonden 84:54–56 voorlezen. Laat de klas meelezen en de twee redenen opzoeken waarom het verstand van de kerkleden was verduisterd.

  • Waarom was het verstand van de kerkleden volgens vers 54 verduisterd.

  • Wat houdt het in om iets lichtvaardig op te vatten? (Iets negeren of het slordig of achteloos behandelen.) Hoe kan het verstand van iemand verduisterd worden als hij geen geloof heeft of heilige zaken lichtvaardig opvat?

Vraag een cursist Leer en Verbonden 84:57 voor te lezen. Laat de klas meelezen en opzoeken wat de heiligen lichtvaardig hadden opgevat.

  • Wat hadden de heiligen lichtvaardig opgevat? (Het Boek van Mormon en de ‘eerdere geboden’, of eerdere openbaringen, waaronder die in de Bijbel.)

  • Wat zijn volgens de verzen 54–58 de gevolgen als we het woord van God lichtvaardig opvatten? (De cursisten moeten onder woorden brengen dat als we het woord van God lichtvaardig opvatten, ons verstand verduisterd zal worden en we onder veroordeling zullen worden gebracht. U kunt dit beginsel eventueel op het bord zetten.)

Laat een cursist de volgende citaten van president Ezra Taft Benson over het Boek van Mormon voorlezen:

President Ezra Taft Benson

‘Heeft onze reactie op dit boek eeuwige gevolgen? Ja, ons tot zegen of tot veroordeling.

‘Iedere heilige der laatste dagen moet dit boek levenslang bestuderen. Anders komt zijn ziel in gevaar en negeert hij datgene waardoor hij geestelijke en intellectuele eenheid in zijn hele leven kan ontvangen. Er is een verschil tussen een bekeerling die door middel van het Boek van Mormon op de rots van Christus is gebouwd en zich aan de ijzeren roede vasthoudt, en een bekeerling die dat niet doet’ (‘The Book of Mormon Is the Word of God’, Ensign, januari 1988, 5).

‘Laten we niet onder veroordeling blijven, met de bijbehorende plaag en het oordeel, door deze grote en wonderbare gave die de Heer ons heeft geschonken lichtvaardig te behandelen. Maar laten we aanspraak maken op de beloften door de woorden erin als een schat in ons hart te verzamelen.’ (‘The Book of Mormon – Keystone of Our Religion’, Ensign, november 1986, 7.)

Laat de cursisten zich afvragen hoe zij het Boek van Mormon behandelen en wat ze kunnen doen om het levenslang te bestuderen.

Laat de cursisten Leer en Verbonden 84:57 doorlezen.

  • Wat moesten de heiligen volgens de Heer nog meer doen als ze tot bekering waren gekomen omdat ze zijn woorden lichtvaardig hadden opgevat? (Zorg ervoor dat de cursisten begrijpen dat naast het indachtig zijn van het Boek van Mormon en de ‘eerdere geboden’ die de Heer had gegeven, de heiligen moesten doen wat er stond geschreven.)

  • Hoe zouden jullie samenvatten wat we volgens de Heer met het Boek van Mormon moeten doen? (De cursisten kunnen verschillende beginselen noemen, maar leg in elk geval nadruk op het volgende: we moeten het Boek van Mormon trouw bestuderen en de leringen erin toepassen. Zet dat op het bord.)

Deel de cursisten op in groepjes van twee. Laat de groepjes hun antwoorden op de volgende vraag bespreken:

  • Wie is een goed voorbeeld van iemand die het Boek van Mormon bestudeert en de leringen erin naleeft?

Laat tot slot een cursist Leer en Verbonden 84:60–61 voorlezen. Laat de klas meelezen en de instructies van de Heer opzoeken aan de mensen die zijn woorden door het Boek van Mormon ontvangen. Als die verzen zijn voorgelezen, leg dan uit dat zij die de woorden van de Heer in het Boek van Mormon ontvangen, er volgens vers 61 ook van moeten getuigen.

Laat enkele cursisten getuigen hoe zij zijn gezegend omdat ze het Boek van Mormon hebben bestudeerd en de leringen erin hebben toegepast. (U kunt de cursisten even de tijd geven om over hun ervaringen na te denken voordat u ze hun getuigenis laat geven.)

Herinner de cursisten aan hun doelen op het gebied van dagelijkse Schriftstudie. Zet de volgende vragen op het bord en laat de cursisten hun antwoorden in hun aantekenschrift of Schriftendagboek noteren:

Wat hebben jullie vandaag geleerd waardoor je geïnspireerd werd om het Boek van Mormon te blijven bestuderen?

Hoe gaan jullie ijveriger het Boek van Mormon bestuderen en de leringen erin naleven?

Hoe gaan jullie het Boek van Mormon gebruiken om anderen over het evangelie te vertellen?

Geef uw getuigenis dat de cursisten dichter bij onze hemelse Vader kunnen komen als ze de vandaag geleerde beginselen toepassen.

Toelichting en achtergrondinformatie

Leer en Verbonden 84:46. ‘De Geest geeft licht aan ieder mens’

President Boyd K. Packer van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft het volgende over het licht van Christus en de Heilige Geest gezegd:

President Boyd K. Packer

‘De Heilige Geest en het licht van Christus verschillen van elkaar. Hoewel ze in de Schriften soms met dezelfde woorden aangeduid worden, zijn ze twee verschillende en afzonderlijke wezenlijkheden. Het is belangrijk dat u beide uit elkaar kunt houden. […]

‘Het licht van Christus wordt in de Schriften beschreven als “de Geest [die] licht aan ieder mens [geeft] die in de wereld komt” (LV 84:46; cursivering toegevoegd); “het licht dat in alle dingen is, dat leven geeft aan alle dingen, dat de wet is waardoor alle dingen worden bestuurd” (LV 88:13; zie ook Johannes 1:4–9; LV 84:45–47; 88:6; 93:9).

‘En het licht van Christus wordt in de Schriften ook beschreven als “de Geest van Jezus Christus” (LV 84:45), “de Geest van de Heere” (2 Korinthe 3:18; zie ook Mosiah 25:24), “de Geest van waarheid” (LV 93:26), “het licht van de waarheid” (LV 88:6), “de Geest van God” (LV 46:17), en “de Heilige Geest” (LV 45:57). Sommige termen kunnen ook op de Heilige Geest slaan.

‘Het Eerste Presidium heeft geschreven: “Er is een universeel uitgezonden wezenlijkheid – het licht en het leven van de wereld – die ‘licht [geeft] aan ieder mens die in de wereld komt’ en die uitgaat van de tegenwoordigheid Gods om de uitgestrektheid van de ruimte te vervullen, het licht en de macht die God in verschillende mate schenkt aan ‘hen die Hem daarom vragen’ naar hun geloof en gehoorzaamheid.” [‘“Receiving” the Holy Ghost’, Improvement Era, maart 1916, 460.]

‘En of dat innerlijke licht, deze kennis van goed en fout, nu het licht van Christus, moreel besef of geweten wordt genoemd, het kan ons ingeven onze daden te veranderen – tenzij we het onderdrukken of tot zwijgen brengen.’ (‘The Light of Christ’, Ensign, april 2005, 8–9.)

Leer en Verbonden 84:54–57. Zich bekeren en het Boek van Mormon indachtig zijn

De Heiland en zijn profeten hebben de verzameling en het behoud van het Boek van Mormon door de eeuwen heen zorgvuldig beschermd. De boodschap van het boek is uitermate belangrijk voor alle mensen. President Ezra Taft Benson heeft de heiligen aangemoedigd om die boodschap niet lichtvaardig op te vatten:

President Ezra Taft Benson

‘Enkele van de eerste zendelingen werden bij thuiskomst door de Heer berispt (afdeling 84 van de Leer en Verbonden) omdat ze het Boek van Mormon lichtvaardig hadden opgevat. Daardoor was hun verstand verduisterd. De Heer zei dat die behandeling van het Boek van Mormon de hele kerk onder veroordeling bracht, zelfs alle kinderen van Zion. Vervolgens zei de Heer: “En zij zullen onder die veroordeling blijven totdat zij zich bekeren en het nieuwe verbond indachtig zijn, ja, het Boek van Mormon.” (Zie LV 84:54–57.) Bevinden we ons nog onder die veroordeling?

‘[…] Onze reactie op het Boek van Mormon heeft eeuwige gevolgen:

‘“Zij die het in geloof ontvangen”, zegt de Heer, “en gerechtigheid bewerken, zullen een kroon van eeuwig leven ontvangen;

‘“maar zij die hun hart in ongeloof verstokken en het verwerpen, tot hun eigen veroordeling zal het zich keren —

‘“want de Here God heeft het gesproken.” (LV 20:14–16).

‘Is het Boek van Mormon waar? Ja.

Voor wie is het bestemd? Voor ons.

‘Wat is het doel ervan? Mensen tot Christus brengen.

‘Hoe doet het dat? Door van Christus te getuigen en zijn vijanden te onthullen.

‘Hoe moeten we het gebruiken? We moeten er een getuigenis van krijgen, we moeten eruit onderwijzen, we moeten het als een standaard gebruiken en het “voortsissen”. [Zie 2 Nephi 29:2.]

‘Doen we dat? Niet voldoende, niet zoals we zouden moeten.

‘Heeft onze reactie op dit boek eeuwige gevolgen? Ja, ons tot zegen of tot veroordeling.

‘Iedere heilige der laatste dagen moet dit boek levenslang bestuderen. Anders komt zijn ziel in gevaar en negeert hij datgene waardoor hij geestelijke en intellectuele eenheid in zijn hele leven kan ontvangen.’ (‘The Book of Mormon Is the Word of God’, Ensign, januari 1988, 5.)

Leer en Verbonden 84:57–61. Het Boek van Mormon bij onze studie en ons onderwijs gebruiken

President Ezra Taft Benson heeft gezegd:

President Ezra Taft Benson

‘Het Boek van Mormon was en is helaas niet de kern van onze persoonlijke studie, onze studie in gezinsverband, onze prediking en ons zendingswerk. Daar moeten wij ons van bekeren.’ (‘Cleansing the Inner Vessel’, Ensign, mei 1986, 5–6.)