Les 121: De kerk verhuist naar het noorden van Missouri
Les 121
De kerk verhuist naar het noorden van Missouri
Inleiding
In 1837 en 1838 leiden de profeet Joseph Smith en andere kerkleiders de kerk in een moeilijke periode. Door financiële moeilijkheden, hebzucht, kritiek en vervolging wordt tien tot vijftien procent van de heiligen in Kirtland (Ohio) en in het noorden van Missouri, onder wie enkele vooraanstaande kerkleiders, afvallig. De trouwe heiligen in Ohio beginnen te verhuizen om zich bij de leden in het noorden van Missouri te voegen. Door deze les kunnen de cursisten historische gebeurtenissen beter begrijpen en er lessen uit trekken. Ze geeft de cursisten ook inzicht in de openbaringen die in die periode ontvangen werden.
Lessuggesties
Afvalligheid en de stad Far West
In een periode van afvalligheid en vervolging verhuizen trouwe heiligen naar het noorden van Missouri
Zet vóór de les de volgende vraag op het bord: Versterken moeilijkheden en beproevingen ons geloof of doen ze het wankelen? U kunt ook een kaart op het bord tekenen en de locatie van Kirtland (Ohio) en andere nederzettingen in het Noorden van Missouri aangeven.
Laat de cursisten aan het begin van de les de vraag op het bord beantwoorden. Leg vervolgens uit dat veel heiligen in 1837 en 1838, een tijd van grote beproeving, met diezelfde vraag geconfronteerd werden. Leg uit dat de cursisten in deze les over die moeilijke gebeurtenissen en de reactie van de heiligen zullen leren. Laat de cursisten nagaan hoe onze reactie op beproeving ons geloof in Jezus Christus kan versterken of verzwakken.
U kunt ook uitleggen dat de cursisten door deze les de historische achtergrond van de openbaringen in Leer en Verbonden 113–123 beter zullen begrijpen.
Wijs op de kaart Missouri aan. Leg uit dat toen de heiligen in 1833 uit Jackson County (Missouri) verdreven werden, de inwoners van de nabijgelegen Clay County velen van hen verwelkomden en hielpen omdat ze dachten dat de heiligen er slechts tijdelijk zouden blijven. Toen de heiligen echter na drie jaar nog steeds niet vertrokken waren, begonnen die inwoners hen onder druk te zetten om de county te verlaten.
Wijs op de kaart Kirtland aan. Leg uit dat in 1837, het jaar na de inwijding van de Kirtlandtempel, het geloof van de heiligen beproefd werd. Een aantal heiligen, onder wie enkele vooraanstaande kerkleiders, werd afvallig en verliet de kerk.
Deel de klas op in twee groepen. Geef elke groep één van de volgende historische overzichten. (Als uw klas groot is, kunt u de cursisten in vier of zes groepen opdelen en elke groep één van de overzichten geven. Daardoor kunnen meer cursisten zich in het gesprek mengen.) Laat de groepjes het overzicht samen doorlezen en de vragen aan het eind beantwoorden. Stel in elke groep een gespreksleider aan die de groep helpt om een beginsel te noteren waarover ze de klas later zullen vertellen.
Als de cursisten genoeg tijd hebben gehad om de historische overzichten te lezen en bespreken, vraagt u ze om over de gebeurtenissen en gevonden beginselen te vertellen. Laat ze de beginselen op het bord zetten. Mogelijke beginselen: Als we onze beproevingen in geloof het hoofd bieden en niet twijfelen, wordt ons getuigenis versterkt; als we de profeet steunen en zijn raad opvolgen, ontvangen we geestelijke bescherming die ons met God verbindt (zie historisch overzicht 1). Als we anderen vergeven, kan de Heer onze relaties genezen (zie historisch overzicht 2).
Stel terwijl de cursisten beginselen opnoemen enkele vragen waardoor ze het belang van die beginselen gaan begrijpen en voelen. U kunt bijvoorbeeld de volgende vragen stellen:
Waarom is het belangrijk dat we dat beginsel onthouden?
Hoe zou je dat beginsel aan een vriend uitleggen?
Kun je een voorbeeld van dat beginsel geven?
Laat de cursisten één of twee van de gevonden beginselen uitkiezen om zelf toe te passen. Laat ze vervolgens deze vraag in hun aantekenschrift of Schriftendagboek beantwoorden:
Wat ga ik anders doen vanwege het beginsel of de beginselen die ik vandaag geleerd heb?
Gebeurtenissen die tot de verdrijving van de heiligen uit het noorden van Missouri geleid hebben
Laat de cursisten hun hand opsteken als ze ooit een lid van de kerk iets hebben zien doen waardoor iemand anders een negatieve indruk van de kerk kreeg. (Laat ze die ervaring voor zich houden.) U kunt ze ook vragen hoe hun eigen daden de indruk van anderen over de kerk beïnvloed hebben.
Waarom is het belangrijk dat we nagaan welke indruk van de kerk we door onze woorden en daden achterlaten.
Leg uit dat de woorden en daden van sommige kerkleden in 1838 bijdroegen tot de negatieve gevoelens die sommige inwoners van Missouri jegens de Heiligen der Laatste Dagen hadden. Geef de cursisten een kopie van het volgende historisch overzicht en laat een cursist het voorlezen. Vraag de klas mee te lezen en te zoeken naar zaken die sommige heiligen zeiden of deden die de kerk in een kwaad daglicht plaatsten. U kunt de cursisten na elke alinea laten stoppen. Stel ze na elke alinea de volgende vraag:
Wat zeiden of deden enkele heiligen waardoor ze de kerk in een kwaad daglicht plaatsten?
Waarom is het belangrijk dat we begrijpen dat een deel van de vervolging die de heiligen ondergingen aan de daden van de kerkleden te wijten was?
Wat kunnen we uit deze gebeurtenissen leren over de invloed van onze woorden en daden op anderen? (Laat de cursisten antwoorden en beklemtoon dit beginsel: onze woorden en daden hebben invloed op de mening van anderen over de kerk.) U kunt de cursisten vragen om Alma 39:11 te lezen.)
Vraag enkele cursisten om over een ervaring te vertellen waarbij iemands woorden of daden iemand anders een positief beeld van de kerk gaven.
Vestig tot slot de aandacht op de vraag die u aan het begin van de les op het bord gezet hebt. Vraag de cursisten wat ze vandaag geleerd hebben over het feit dat onze reactie op moeilijkheden en beproevingen ons geloof kan verzwakken of versterken. Geef uw getuigenis dat we kracht ontvangen als we in tijden van beproeving het evangelie getrouw blijven.