Bibliotheek
Les 98: Handelingen 27–28


Les 98

Handelingen 27–28

Inleiding

Terwijl hij als gevangene naar Rome vaart, lijdt Paulus schipbreuk. Hij komt op een eiland terecht, wordt door een slang gebeten maar blijft ongedeerd, en geneest vele zieken. Uiteindelijk wordt Paulus naar Rome gebracht, waar hij twee jaar huisarrest krijgt en Jezus Christus predikt en van Hem getuigt.

Lessuggesties

Handelingen 27

Onderweg naar Rome lijdt Paulus schipbreuk

Zet de volgende uitspraak op het bord vóór de les begint. (Deze uitspraken komen uit Voor de kracht van de jeugd [boekje, 2011], 41116.)

‘Ga niet herhaaldelijk met dezelfde persoon uit.’

‘Laat je niet in met, kijk niet naar en neem niet deel aan iets wat hoe dan ook grof, onzedelijk, gewelddadig of pornografisch is.’

‘Als vrienden je aansporen om iets te doen wat verkeerd is, wees jij dan degene die pal staat voor het goede, ook als je er alleen voor staat.’

Laat een cursist deze uitspraken voorlezen.

  • Waarom zouden sommige jongeren ervoor kiezen om niet naar deze waarschuwingen en raadgevingen te luisteren?

Laat de cursisten bij hun studie van Handelingen 27 zoeken naar waarheden die hun geloof om te luisteren naar de waarschuwingen en raadgevingen van de dienstknechten van de Heer te versterken.

Herinner de cursisten eraan dat Paulus onterecht van verraad was beschuldigd en in de gevangenis was geworpen. Paulus wilde zijn zaak in Rome voor de keizer bepleiten, wat zijn goed recht was als Romeins staatsburger. Vat Handelingen 27:1–8 samen: Paulus voer met andere gevangenen naar Rome, onder toezicht van een Romeinse centurion (een Romeinse officier die het bevel voerde over 50 tot 100 mannen). Nadat ze dagenlang hadden gevaren, legden ze aan in een haven op het eiland Kreta. Toen ze de haven weer uitvoeren, waarschuwde Paulus de opvarenden dat ze hun reis niet verder dienden te zetten.

Laat een cursist Handelingen 27:9–10 voorlezen. Laat de klas meelezen en nagaan wat er volgens Paulus zou gebeuren als hij en de anderen verder naar Rome reisden. Leg eventueel uit dat de vastentijd in deze context een periode is waarin men zich vrijwillig van eten onthoudt. In dit geval verwees ‘de vastentijd’ waarschijnlijk naar de Joodse Verzoendag, een heilige dag die het begin aangaf van het seizoen waarin het algemeen onveilig werd beschouwd om op de Middellandse Zee te varen omwille van hevige stormen.

  • Welke waarschuwing en profetie gaf Paulus in vers 10 over wat er zou gebeuren als zij hun reis verderzetten?

Laat een cursist Handelingen 27:11–12 voorlezen. Laat de klas meelezen en nagaan hoe de Romeinse honderdman en de andere opvarenden op de waarschuwing van Paulus reageerden.

  • Op wie vertrouwde de honderdman in plaats van naar de waarschuwing van Paulus te luisteren?

  • Waarom denk je dat het voor de honderdman gemakkelijker was om de eigenaar van het schip te vertrouwen dan Paulus?

  • Waarom negeerden de meeste opvarenden volgens vers 12 de waarschuwing van Paulus?

Laat enkele cursisten beurtelings een vers uit Handelingen 27:13–21 voorlezen. Laat de klas meelezen en nagaan wat er gebeurde toen het schip verder naar Rome voer.

  • Wat gebeurde er toen het schip verder naar Rome voer?

  • Wat denk je dat de opvarenden van Paulus en zijn waarschuwing dachten toen ze zagen dat ‘de zuidenwind zacht waaide’ (vers 13)?

  • Hoe voelden de opvarenden zich volgens vers 20 tijdens de storm?

  • Welk beginsel kunnen wij uit de uitspraak van Paulus in vers 21 leren over wat er kan gebeuren als wij de waarschuwingen en raadgevingen van de dienstknechten van de Heer in de wind slaan? (De strekking van de woorden van de cursisten dient de volgende waarheid te omvatten: Als wij de waarschuwingen en raadgevingen van de dienstknechten van de Heer negeren, dan brengen we onszelf in gevaar. Zet dit beginsel op het bord. Leg uit dat het gevaar kan bestaan in het opgeven van zegeningen die we anders zouden hebben ontvangen.)

Neem met de cursisten de redenen van de honderdman en de andere opvarenden om de waarschuwing en raad van Paulus te negeren, door (zie Handelingen 27:11–12).

  • Welke uitvluchten verzinnen mensen tegenwoordig om niet naar de waarschuwingen en raadgevingen van de dienstknechten van de Heer te hoeven luisteren?

Gebruik Voor de kracht van de jeugd of recente conferentietoespraken om de cursisten nog meer relevante voorbeelden van waarschuwingen en raadgevingen van de profeten te geven.

  • Hoe brengen mensen zichzelf in gevaar als zij de waarschuwingen en raadgevingen van de profeten negeren?

Laat een cursist Handelingen 27:22–26 voorlezen. Laat de klas meelezen en nagaan wat Paulus tegen de opvarenden van het schip zei.

  • Als jij in die hevige storm op dat schip zat, welke woorden van Paulus zouden jou dan troost bieden?

  • Wat zou er volgens de profetie van Paulus met de mensen en het schip gebeuren?

Vat Handelingen 27:27–30 samen: in de veertiende nacht van de storm gooide de bemanning vier ankers uit om te voorkomen dat het schip op de rotsen zou lopen. De bemanning ging naar de voorplecht en deed alsof ze meer ankers zou uitwerpen. De zeelui waren echter van plan om het schip te verlaten en in een kleine sloep te vluchten omdat ze vreesden dat het schip zou zinken.

Laat een cursist Handelingen 27:31–32 voorlezen. Laat de klas meelezen en nagaan welke waarschuwing Paulus aan de honderdman en de soldaten gaf. Leg uit dat het woord zij in vers 31 verwijst naar de leden van de bemanning die probeerden te vluchten.

  • Welke waarschuwing gaf Paulus aan de honderdman en de soldaten?

  • Hoe reageerden de soldaten op de waarschuwing en raad van Paulus? (Zij luisterden naar zijn waarschuwing en beletten de bemanning te vluchten door de touwen van de sloep los te snijden zodat ze leeg wegdreef.)

Leg uit dat Paulus de volgende ochtend de bemanning, die had gevast, aanspoorde te eten (zie Handelingen 27:33–34). Hij stelde hen opnieuw gerust door te zeggen dat niemand zou sterven.

Laat een cursist Handelingen 27:35–36 voorlezen. Laat de klas meelezen.

  • Hoe reageerde de bemanning op de raad van Paulus?

Vat Handelingen 27:37–41 samen: het schip strandde onderweg naar het eiland Malta. Laat de cursisten Handelingen 27:42–44 doornemen en nagaan wat er met de opvarenden gebeurde.

  • Wat gebeurde er met de opvarenden?

Herinner de cursisten aan de profetie van Paulus in Handelingen 27:22–26 die zei dat niemand zou sterven, maar het schip zou vergaan.

  • Welke beginselen kunnen we uit dit verhaal leren over wat er kan gebeuren als wij luisteren naar de raadgevingen en waarschuwingen van de dienstknechten van de Heer? (De cursisten kunnen uiteenlopende beginselen noemen, zoals: Als wij naar de raadgevingen en waarschuwingen van de dienstknechten van de Heer luisteren, dan zal de Heer zijn beloften aan ons vervullen. Als wij naar de raadgevingen en waarschuwingen van de dienstknechten van de Heer luisteren, dan kunnen wij nakende gevaren trotseren. Zet deze beginselen op het bord.)

Laat een cursist de volgende uitspraak van president Henry B. Eyring van het Eerste Presidium voorlezen om de cursisten de beginselen uit Handelingen 27 te helpen begrijpen:

Afbeelding
President Henry B. Eyring

‘Elke keer in mijn leven dat ik ervoor koos om niet meteen geïnspireerde raad op te volgen, of vond dat ik een uitzondering vormde, werd me duidelijk dat ik mezelf in gevaar had gebracht. Elke keer dat ik naar het advies van profeten geluisterd heb, dat het in mijn gebed bevestigd werd en ik het opvolgde, merkte ik dat ik veilig was.’ (‘Veiligheid door raad op te volgen’, De Ster, juli 1997, 24.)

  • Hoe heeft luisteren naar de waarschuwingen en geïnspireerde raad van de dienstknechten van de Heer jou geholpen gevaren die je geestelijke lichamelijke veiligheid bedreigen, te trotseren? (Herinner de cursisten eraan dat zij de raad van de hedendaagse profeten van de Heer kunnen bestuderen in de tijdschriften van de kerk en in Voor de kracht van de jeugd.)

Laat de cursisten overwegen of ze weleens waarschuwingen of raad van de dienstknechten van de Heer negeren, of laat ze manieren bedenken waarop ze beter naar de waarschuwingen en de raad die ze hebben ontvangen, kunnen luisteren. Laat de cursisten opschrijven hoe zij beter naar die raad zullen luisteren.

Handelingen 28

Paulus wordt naar Rome gebracht, waar hij van Jezus Christus predikt en getuigt

Laat de cursisten een afbeelding van een tornado of een wervelstorm zien (of teken er een op het bord).

Afbeelding
tornado

Leg uit dat ouderling Neil L. Andersen van het Quorum der Twaalf Apostelen de beproevingen en problemen van het leven ‘geestelijke wervelwinden’ heeft genoemd. (Zie ‘Geestelijke wervelwinden’, Liahona, mei 2014, 18–21.)

  • Kun je voorbeelden geven van problemen en moeilijkheden die met wervelwinden te vergelijken zijn?

Laat de cursisten bij hun studie van Handelingen 28 zoeken naar een beginsel dat hen kan helpen hun ‘geestelijke wervelwinden’ trouw te doorstaan.

Leg uit dat we in Handelingen 28 kunnen lezen over de ervaringen van Paulus op het eiland, zijn verdere reis naar Rome en zijn gevangenschap in Rome.

Verdeel de klas in drie of meer groepjes, afhankelijk van het aantal cursisten in uw klas. Geef elke groep een van de volgende tekstblokken (u kunt tekstblokken aan meerdere groepjes toewijzen): Handelingen 28:1–6; Handelingen 28:7–14; en Handelingen 28:16–24. Laat elk groepje de opgegeven verzen bestuderen en dan het volgende doen (schrijf deze instructies op het bord):

  1. Maak een tekening of schrijf een krantenkop die de gebeurtenissen in jouw tekstblok samenvat.

  2. Toon je tekening aan de klas of lees je krantenkop voor en vat de gebeurtenissen in jouw tekstblok samen.

Vraag elke groep na enige tijd hun bevindingen aan de klas te vertellen. (Als er meer dan drie groepjes zijn, laat u de groepjes met dezelfde tekstblokken hun tekening of krantenkop en alles wat ze bij het lezen van de verzen geleerd hebben, aan de klas vertellen.)

  • Met welke beproevingen kreeg Paulus onderweg naar en tijdens zijn verblijf in Rome te maken?

Laat een cursist Handelingen 28:30–31 voorlezen. Laat de klas meelezen en nagaan wat Paulus ondanks zijn huisarrest in Rome kon doen. Vraag de cursisten naar hun bevindingen.

  • Waaruit blijkt dat Paulus ondanks zijn beproevingen trouw bleef aan God?

  • Waarom waren de beproevingen die Paulus op zee, als schipbreukeling en in de gevangenis meemaakte, nuttig? (Zet na de antwoorden van de cursisten het volgende beginsel op het bord: Als wij getrouw zijn, kan God ons helpen onze beproevingen in zegeningen voor onszelf en voor anderen om te zetten.)

  • Hoe kan God mensen helpen om beproevingen in zegeningen voor zichzelf en anderen om te zetten?

  • Wanneer heeft God jou (of iemand die je kent) geholpen een beproeving in een zegening voor jezelf of voor anderen om te zetten? (Overweeg iets te vertellen wat u zelf hebt meegemaakt.)

Moedig de cursisten aan het voorbeeld van Paulus te volgen en te kiezen om getrouw te blijven onder beproevingen, zodat God hen kan helpen deze beproevingen in zegeningen voor zichzelf en voor anderen om te zetten.

Toelichting en achtergrondinformatie

Handelingen 28:17–31. Paulus predikt het evangelie in Rome

‘Voor zover wij weten, was Paulus de eerste zendeling die het evangelie in Rome predikte. Net zoals in de andere steden predikte Paulus eerst tot de Joden, waarbij sommigen hem geloofden, en daarna richtte hij zich tot “allen die naar hem toe kwamen” (Handelingen 28:30), onder wie waarschijnlijk veel niet-Joden. Terwijl hij huisarrest had, schreef Paulus wat sommigen zijn “gevangenisbrieven” noemen — Kolossenzen, Efeze, Filemon en Filippenzen. Men vermoedt dat Paulus na twee jaar huisarrest in Rome werd berecht en vrijgelaten, en dat hij daarna in Azië, Griekenland en wellicht Spanje predikte voordat hij opnieuw in Rome werd gevangengezet. De overlevering wil dat hij tijdens de vervolgingen onder keizer Nero werd gedood, ergens tussen 64 en 68 n.C. Paulus zinspeelde op zijn dood in 2 Timotheüs 4:6–8.’ (New Testament Seminary Student Manual [Lesboek kerkelijke onderwijsinstellingen, 2014], 330.)

Handelingen 28. Als wij getrouw zijn, kan God ons helpen onze beproevingen in zegeningen voor onszelf en voor anderen om te zetten

President John Taylor heeft gezegd dat als wij getrouw en gehoorzaam aan de Heer blijven, onze beproevingen ons tot zegen kunnen zijn:

‘Ziet u de noodzaak niet in van deze beproevingen en moeilijkheden in ons leven? De Heer creëert omstandigheden die zijn bedoeld voor het welzijn van zijn volk. Ik ben van mening dat de huidige omstandigheden die ons en het koninkrijk van God schaden, uiteindelijk tot een enorme opleving zullen leiden. Alles zal in orde komen als wij de geboden van God onderhouden. Wat voor plaats nemen wij als man, vrouw of kind in? Als wij onze plicht doen en God eren, zal alles in orde komen. En wat betreft de gebeurtenissen die nog zullen plaatsvinden, moeten we op God vertrouwen en weten dat alles goed komt. God zal alles voor het welzijn van ons en zijn kerk en koninkrijk op aarde regelen.’ (Leringen van kerkpresidenten: John Taylor [2011], 205–206.)

Afdrukken