Bibliotheek
Les 128: 1 Thessalonicenzen 3–5


Les 128

1 Thessalonicenzen 3–5

Inleiding

De apostel Paulus wil het geloof van de kerkleden in Thessaloniki versterken. Hij vertelt ze over de opstanding van de doden bij de wederkomst van Jezus Christus en legt uit hoe ze zich op de wederkomst kunnen voorbereiden.

Lessuggesties

1 Thessalonicenzen 3–4:12

Paulus wilde het geloof van de kerkleden in Thessaloniki versterken

Geef de cursisten een kopie van de volgende quiz (waar of niet waar) betreffende de wederkomst van Jezus Christus. Laat ze naast elke vraag kiezen of het antwoord waar is of niet waar:

Afbeelding
handout

1 Thessalonicenzen 3–5

Het Nieuwe Testament — boek voor de seminarieleerkracht, les 128

  • W / N 1. De getrouwe heiligen die vóór de wederkomst sterven, zullen pas aan het eind van het millennium herrijzen.

  • W / N 2. De getrouwe heiligen die bij de wederkomst in leven zijn, zullen worden opgenomen om Jezus te ontmoeten wanneer Hij komt.

  • W / N 3. De wederkomst zal iedereen als een dief in de nacht verrassen.

Leg uit dat u nog geen antwoord op de vragen van de quiz zult geven, maar dat de cursisten de juiste antwoorden tijdens de les zullen ontdekken. Laat de cursisten bij hun studie van 1 Thessalonicenzen 3–5 waarheden over de wederkomst van Jezus Christus opzoeken.

Herinner de cursisten eraan dat toen Paulus een korte tijd in Thessaloniki had gepredikt, hij, Silas en Timotheüs door Joodse leiders uit de stad werden verjaagd (zie Handelingen 17:5–15). Later werd Timotheüs door Paulus teruggestuurd naar Thessaloniki om te zien hoe het met de nieuwe leden ging en om hun geloof te versterken. In 1 Thessalonicenzen 3:1–7 staat dat Timotheüs aan Paulus vertelde dat de heiligen ondanks de vervolging trouw waren gebleven. Timotheüs vertelde waarschijnlijk ook dat de heiligen veel vragen over de wederkomst van Jezus Christus hadden. Paulus schreef zijn brief aan de Thessalonicenzen om hun vragen te beantwoorden.

Vraag een cursist 1 Thessalonicenzen 3:9–10 voor te lezen. Laat de klas meelezen en opzoeken waar Paulus tijdens zijn afwezigheid van de heiligen in Thessaloniki om had gebeden.

  • Waar had Paulus tijdens zijn afwezigheid om gebeden?

  • Wat betekent ‘om te volmaken wat aan uw geloof ontbreekt’ in vers 10? (Paulus wilde het geloof van de kerkleden in Thessaloniki versterken.)

Leg uit dat een van de manieren waarop Paulus het geloof van de kerkleden in Thessaloniki wilde versterken, was door ze een beter begrip van de wederkomst bij te brengen. Vraag een cursist 1 Thessalonicenzen 3:11–13 voor te lezen. Laat de klas meelezen en opzoeken wat Paulus hoopte dat de Heer voor de heiligen zou doen om ze op zijn wederkomst voor te bereiden.

  • Wat hoopte Paulus dat de Heer zou doen om de heiligen op zijn wederkomst voor te bereiden?

Vraag een cursist 1 Thessalonicenzen 4:1 voor te lezen. Laat de klas meelezen en vaststellen wat de heiligen in Thessaloniki volgens Paulus moesten doen om zich op de wederkomst voor te bereiden.

  • Wat moesten de heiligen in Thessaloniki volgens Paulus doen om zich op de wederkomst voor te bereiden?

Geef elke cursist een van de volgende tekstverwijzingen (afhankelijk van de grootte van de klas kunt u meerdere cursisten dezelfde tekstverwijzing geven): 1 Thessalonicenzen 4:2–5; 4:6–8; 4:9–12. Laat de cursisten hun teksten lezen en de volgende vragen beantwoorden (u kunt de vragen op het bord zetten):

  • Wat moesten de heiligen volgens Paulus doen om de Heer te behagen?

  • Hoe zouden ze zich daardoor beter op de wederkomst kunnen voorbereiden?

Als ze voldoende tijd hebben gehad, laat u enkele cursisten hun antwoorden aan de klas vertellen.

1 Thessalonicenzen 4:13–18

Paulus vertelt over de opstanding van de doden bij de wederkomst van Jezus Christus.

Laat de plaat De wederkomst zien (Evangelieplatenboek [2009], nr 66; zie ook LDS.org).

Afbeelding
De wederkomst

Leg uit dat de heiligen in Thessaloniki bepaalde aspecten van de wederkomst verkeerd begrepen. Ze maakten zich zorgen dat de overleden kerkleden in Thessaloniki de zegeningen van de wederkomst zouden mislopen.

Laat een cursist 1 Thessalonicenzen 4:13–14, 16 voorlezen. Laat de klas meelezen en opzoeken wat Paulus over de getrouwe heiligen zei die vóór de wederkomst sterven. Leg uit dat Paulus de woorden ontslapen en ontslapenen gebruikte om naar de doden te verwijzen.

  • Welke waarheid noemde Paulus over de getrouwe heiligen die vóór de wederkomst overlijden? (De cursisten dienen de volgende waarheid te vinden: getrouwe heiligen die vóór de wederkomst overlijden, zullen herrijzen als Christus terugkomt.)

  • Wat betekent de zinsnede ‘zal ook God op dezelfde wijze hen die in Jezus ontslapen zijn, terugbrengen met Hem’ in vers 14? (De getrouwe heiligen die bij de wederkomst herrijzen, zullen worden opgenomen om Jezus te ontmoeten en in heerlijkheid met Hem neerdalen [zie LV 88:97–98].)

Laat een cursist 1 Thessalonicenzen 4:15, 17 voorlezen. Laat de klas meelezen en opzoeken wat Paulus over de getrouwe heiligen zei die bij de wederkomst in leven zijn. Laat een cursist ook vers 15 in de Bijbelvertaling van Joseph Smith voorlezen. Laat hem of haar dan vers 17 voorlezen. Leg uit dat in vers 15 in de Bijbelvertaling van Joseph Smith het woord wij door zij is vervangen, waaruit blijkt dat de wederkomst niet in de tijd van Paulus zou plaatsvinden.

  • Welke waarheid sprak Paulus over de getrouwe heiligen die bij de wederkomst in leven zijn? (De cursisten moeten de volgende waarheid goed begrijpen: getrouwe heiligen die bij de wederkomst in leven zijn, zullen worden opgenomen om Jezus te ontmoeten wanneer Hij komt.)

Laat de cursisten 1 Thessalonicenzen 4:18 doorlezen en opzoeken wat Paulus hoopte dat de heiligen zouden doen toen ze deze waarheden over de wederkomst leerden kennen. Vraag de cursisten naar hun bevindingen.

  • Wat voor troost vinden jullie in deze leerstellingen over de wederkomst?

1 Thessalonicenzen 5

Paulus leerde de kerkleden in Thessaloniki hoe ze zich op de wederkomst konden voorbereiden.

Laat een cursist 1 Thessalonicenzen 5:1–3 voorlezen. Laat de klas meelezen en de twee analogieën opzoeken die Paulus gebruikte om de tijd van de wederkomst te beschrijven.

  • Welke twee analogieën gebruikte Paulus om de timing van de wederkomst te beschrijven? (‘Een dief in de nacht’ [vers 2] en ‘de barensweeën [van] een zwangere vrouw’ [vers 3].)

Leg uit dat een dief in de nacht meestal ‘onverwacht en zonder waarschuwing komt.’ (Bruce R. McConkie, Doctrinal New Testament Commentary, 3 delen [1965–1973], 3:54.)

  • Wat leren we van de analogie van Paulus van een dief in de nacht over de wederkomst?

  • Wat leren we van de analogie van Paulus van de barensweeën van een zwangere vrouw over de wederkomst?

Als de cursisten de voorgaande vragen beantwoord hebben, kunt u uitleggen dat ouderling Bruce R. McConkie van het Quorum der Twaalf Apostelen het volgende heeft gezegd over de analogie van de barensweeën van een zwangere vrouw: ‘Ze weet niet precies wanneer het kind geboren zal worden, maar wel ongeveer.’ (Doctrinal New Testament Commentary, 3:54.) Volgens deze analogie kunnen we ons afvragen hoe de beproevingen die aan de wederkomst voorafgaan met barensweeën vergeleken kunnen worden. Maar net als de geboorte van een baby prachtig is, zal de wederkomst voor de rechtvaardigen ook prachtig zijn.

Vraag een cursist 1 Thessalonicenzen 5:4–6 voor te lezen. Laat de klas meelezen en opzoeken waarom getrouwe heiligen niet verbaasd zullen zijn bij de wederkomst.

  • Waarom zullen getrouwe heiligen bij de wederkomst niet verbaasd zijn?

  • Wat betekent het om ‘kinderen van het licht’ te zijn? (De woorden ‘kinderen van het licht’ in vers 5 verwijzen naar de getrouwe leden van de kerk die ‘de werken van de duisternis afleggen’ [Romeinen 13:12], het gezelschap van de Heilige Geest hebben, en daarom op de wederkomst zijn voorbereid [zie LV 106:4–5].)

  • Wat betekent het om ‘waakzaam en nuchter’ te zijn?(1 Thessalonicenzen 5:6.)

  • Hoe zouden jullie de woorden van Paulus tot de heiligen in Thessaloniki over de voorbereiding op de wederkomst samenvatten? (Zet de volgende waarheid in de woorden van de cursisten op het bord: Als we getrouw zijn en op de tekenen letten die aan de wederkomst van Jezus Christus voorafgaan, zullen we voorbereid zijn als Hij terugkomt.)

Laat een cursist de volgende uitspraak van president Joseph Fielding Smith voorlezen. Laat de klas opletten hoe we ons op de wederkomst moeten voorbereiden:

Afbeelding
President Joseph Fielding Smith

‘De aarde is vol rampspoed en problemen. Het hart van de mens faalt. We zien de tekenen zoals we de vijgenboom zien uitlopen. En omdat de tijd nabij is, betaamt het ons en alle mensen op aarde om gehoor te geven aan de woorden van Christus en zijn apostelen, want we weten de dag noch het uur.’ (Doctrines of Salvation, samengesteld door Bruce R. McConkie, 3 delen [1954–1956], 3:52–53.)

  • Hoe kunnen we ons volgens president Smith op de wederkomst voorbereiden?

Laat de cursisten de quiz (waar of niet waar) doornemen die ze aan het begin van de les hebben gedaan.

  • Zouden jullie je antwoorden veranderen nu je deze waarheden hebt geleerd? (Antwoorden: [1] Niet waar, [2] Waar, [3] Niet waar.)

Vat 1 Thessalonicenzen 5:7–22 samen door uit te leggen dat Paulus tegen de heiligen zei hoe ze zich op de wederkomst konden voorbereiden.

Laat de cursisten 1 Thessalonicenzen 5:12–22 doorlezen en opzoeken wat de heiligen volgens Paulus moesten doen om zichzelf en anderen voor te bereiden om de Heiland bij zijn wederkomst te ontmoeten. Moedig de cursisten aan om een van de adviezen te kiezen die hen aanspreekt. Laat de cursisten de volgende vragen in hun aantekenschrift of Schriftendagboek beantwoorden. (Zet deze vragen eventueel op het bord.)

  • Welke raad in 1 Thessalonicenzen 5:12–22 spreekt je aan?

  • Hoe kun je je met behulp van die raad beter op de wederkomst voorbereiden?

  • Hoe zou je iemand aanmoedigen om deze raad in het dagelijks leven toe te passen?

Laat de cursisten na verloop van tijd hun antwoorden aan een klasgenoot vertellen.

Vraag een cursist 1 Thessalonicenzen 5:23–24 voor te lezen. Laat de klas meelezen en opzoeken wat God volgens Paulus voor zijn getrouwe heiligen zal doen als zij zich op de wederkomst voorbereiden.

  • Wat zal God voor zijn getrouwe heiligen doen als zij zich op de wederkomst voorbereiden?

Geef tot slot uw getuigenis van de waarheden die in deze les zijn besproken. Moedig de cursisten aan om zich getrouw op de wederkomst voor te bereiden.

Toelichting en achtergrondinformatie

1 Thessalonicenzen 4:17. ‘Samen met hen opgenomen worden’

‘In de Bijbelvertaling van Joseph Smith van 1 Thessalonicenzen 4:17 staat: ‘Daarna zullen zij die in leven zijn, samen met hen die verblijven, opgenomen worden in de wolken, naar een ontmoeting met de Here in de lucht. En zo zullen wij altijd bij de Here zijn.’ Veel christenen gebruiken het woord vervoering (van een Latijns woord dat “opgenomen” betekent) als ze het hebben over het moment waarop de rechtvaardigen zullen worden opgenomen om de Heiland te ontmoeten.’ (New Testament Student Manual [Church Educational System manual, 2014], 450.)

1 Thessalonicenzen 5:19. ‘Blus de Geest niet uit’

‘Tegen het einde van 1 Thessalonicenzen gaf Paulus enkele praktische adviezen over hoe we ons op de wederkomst van de Heer kunnen voorbereiden (zie 1 Thessalonicenzen 5:6–23). Als onderdeel van die adviezen vroeg Paulus de heiligen: ‘Blus de Geest niet uit’ (1 Thessalonicenzen 5:19). De Geest uitblussen betekent de invloed van de Heilige Geest uit ons leven bannen (zie ook Efeze 4:30–31). Ouderling David A. Bednar [van het Quorum der Twaalf Apostelen] heeft gezegd dat als we het gezelschap van de Geest willen hebben, we activiteiten moeten vermijden die de Geest verdrijven:

‘“Als iets wat wij denken, zien, horen of doen ons vervreemdt van de Heilige Geest dan moeten we ophouden met dat te denken, zien, horen of doen. Als er bijvoorbeeld iets is dat voor amusement moet doorgaan, maar dat ons vervreemdt van de Heilige Geest, dan is die vorm van amusement stellig niets voor ons. Daar de Geest zich niet inlaat met vulgaire, grove of onfatsoenlijke zaken kunnen wij ons daar absoluut niet mee inlaten. Daar we de Geest des Heren van ons vervreemden als we meedoen aan activiteiten waarvan we weten dat we ze links moeten laten liggen, hebben we er beslist niets te zoeken.

‘“[…] Hoe meer wij ons onderdompelen in de Geest des Heren,des te meer wij ons zullen willen openstellen voor de ingevingen en ons bewust worden van de invloeden en gebeurtenissen die ons afhouden van het gezelschap van de Heilige Geest.” (“Opdat wij zijn Geest altijd bij ons mogen hebben”,Liahona, mei 2006, 30.)’ (New Testament Student Manual [Church Educational System manual, 2014], 451.)

1 Thessalonicenzen 5:20–21. ‘Beproef alle dingen; behoud het goede’

Als leden van de kerk worden we aangemoedigd om alles wat we lezen, horen of leren te onderzoeken en te beproeven (ofwel te testen). President Joseph Fielding Smith heeft gezegd dat we de waarheid van wat we lezen, horen of leren, kunnen beproeven door het te vergelijken met de leringen van God in de standaardwerken. (Zie Doctrines of Salvation, samengesteld door Bruce R. McConkie, 3 delen [1954–1956], 3:203.) Als wat we lezen, horen of leren niet in overeenstemming is met Gods woorden in de Schriften of de woorden van zijn hedendaagse profeten en apostelen, ‘als die overeenstemmen met de […] standaardwerken’, dan hebben we de verantwoordelijkheid om het als onwaarheid te verwerpen. (Joseph Fielding Smith, Doctrines of Salvation, 3:203.) Maar als het waar is, hebben we de verantwoordelijkheid om die leringen na te leven.

1 Thessalonicenzen 5:22. ‘Onthoud u van elke vorm van kwaad’

‘Paulus zei tegen de heiligen dat ze zich van “elke vorm van kwaad” moesten onthouden (1 Thessalonicenzen 5:22). Ook functionarissen van de kerk hebben 1 Thessalonicenzen 5:22 gebruikt om ons duidelijk te maken dat we zelfs de schijn van het kwaad moeten vermijden. President James E. Faust [van het Eerste Presidium] heeft bijvoorbeeld gezegd: “Ik moedig jullie ten zeerste aan om iets niet te doen als er enige twijfel over bestaat of het goed of fout is. De profeten van God hebben de verantwoordelijkheid om het woord van God te prediken, niet om ieder detail van het menselijk gedrag voor te kauwen. Als wij plichtsgetrouw proberen niet alleen het kwaad te vermijden, maar ook elke schijn van het kwaad, zullen we zelfstandig kunnen handelen en niet beïnvloed worden.’ (‘The Devil’s Throat’,Ensign, mei 2003, 51.) Paulus heeft in 1 Korinthe 8:9–13 soortgelijk advies gegeven.’ (New Testament Student Manual [Church Educational System manual, 2014], 451.)

Afdrukken