Bibliotheek
Thuisseminarieles: Hebreeën 5–Jakobus 1 (unit 28)


Thuisseminarieles

Hebreeën 5Jakobus 1 (unit 28)

Lesmateriaal voor de thuisseminarieleerkracht

Samenvatting van dagelijkse thuisseminarielessen

De volgende samenvatting van de gebeurtenissen, leerstellingen en beginselen die de cursisten bij hun studie van Hebreeën 5Jakobus 1 (unit 28) geleerd hebben, is niet bedoeld om als onderdeel van uw les te worden behandeld. Uw les richt zich op slechts enkele van deze leerstellingen en beginselen. Volg de ingevingen van de Heilige Geest terwijl u nadenkt over de behoeften van uw cursisten.

Dag 1: (Hebreeën 5–6)

Uit Paulus’ leerstellingen over priesterschapsgezag leerden de cursisten dat wie tot het priesterschap geordend wordt, door openbaring van God door zijn gemachtigde dienstknechten geroepen moet worden. Ze leerden ook de volgende waarheden: als we tot het einde ijverig zijn, geloof in Jezus Christus en geduld hebben, kunnen we Gods beloofde zegeningen ontvangen. Onze hoop in Gods beloften is een geestelijk anker voor onze ziel.

Dag 2 (Hebreeën 7–10)

Bij hun studie van Hebreeën 7–10 leerden de cursisten dat Jezus Christus zijn eigen leven als offer voor onze zonden gegeven heeft en dat we dankzij de verzoening van Jezus Christus het celestiale koninkrijk kunnen betreden als we onze hoop op Hem vasthouden.

Dag 3 (Hebreeën 11)

Bij hun studie van Paulus’ rede over geloof leerden de cursisten dat geloof een vaste grond is van de dingen die men hoopt, en een bewijs van de zaken die men niet ziet. Ze kwamen ook het volgende te weten: om God te behagen, moeten we geloof oefenen door tot Hem te komen, in Hem te geloven en te geloven dat Hij beloont wie Hem zoeken. Als we geloof in Jezus Christus oefenen, kunnen we lijden verdragen, wonderen verrichten, goddelijke beloften ontvangen, ons getuigenis van Hem versterken en vooruitgang maken op de weg naar volmaking.

Dag 4 (Hebreeën 12Jakobus 1)

Bij hun studie van het slot van Paulus’ brief aan de Hebreeën leerden de cursisten dat we, als we naar het voorbeeld van Jezus Christus kijken, de kracht krijgen om onze zonden af te leggen en tegenstand geduldig te doorstaan. Ze leerden ook dat we, als we ons aan de bestraffing van onze hemelse Vader onderwerpen, meer zoals Hij zullen worden en de gemoedsrust ervaren die uit rechtschapenheid voortvloeit. Bij hun studie van Jakobus 1 leerden de cursisten dat God overvloedig wijsheid geeft aan wie Hem in geloof vragen.

Inleiding

De apostel Jakobus raadde de verstrooide Israëlieten aan om daders van het woord te zijn, anderen te dienen en geestelijk rein te blijven.

Lessuggesties

Noot: de cursisten leerden in deze unit twee kernteksten: Hebreeën 12:9 en Jakobus 1:5–6. U kunt deze teksten samen voorlezen of opzeggen en de cursisten vragen om de leerstellingen en beginselen in de teksten uit te leggen.

Jakobus 1:22–27

Jakobus nodigt de lezer uit om hoorder en dader van het woord te zijn en anderen te dienen

Laat een cursist het volgende verhaal van ouderling Quentin L. Cook van het Quorum der Twaalf Apostelen voorlezen:

Afbeelding
Ouderling Quentin L. Cook

‘Onlangs maakte ik met een aardige jongeman kennis. Zijn doelen waren op zending gaan, studeren, in de tempel huwen en een getrouw, fijn gezin stichten. Ik vond het erg mooie doelen. Maar toen we verder praatten, werd het me duidelijk dat zijn gedrag en keuzes niet met zijn doelen overeenstemden. Ik had het gevoel dat hij echt op zending wilde gaan en ernstige overtredingen meed die zijn zending in gevaar konden brengen, maar zijn dagelijkse leven was geen goede voorbereiding op de lichamelijke, emotionele, sociale, verstandelijke en geestelijke uitdagingen die hem te wachten stonden. Hij had niet geleerd om hard te werken. Hij nam zijn studie en seminarie niet ernstig op. Hij ging naar de kerk, maar had het Boek van Mormon niet gelezen. Hij verspeelde veel tijd aan games en sociale media. Hij leek te denken dat het volstond om simpelweg zijn koffers te pakken en op zending te gaan.’ (‘Verstandig kiezen’, Liahona, november 2014, 47.)

  • Als je in ouderling Cooks schoenen stond, welke zorgen zou jij je dan maken over het gebrek aan zendingsvoorbereiding van deze jongen?

Laat een cursist Jakobus 1:22 voorlezen. Vraag de klas mee te lezen en vast te stellen wat Jakobus zei dat de jongeman in het verhaal van ouderling Cook kon helpen.

  • Wat zei Jakobus dat die jongeman kon helpen?

Leg uit dat Jakobus in Jakobus 1:23–24 iemand die een hoorder, maar geen dader is vergeleek met een man die zichzelf in de spiegel ziet en dan vergeet hoe hij eruitziet als hij weggaat.

Laat een cursist Jakobus 1:25 voorlezen. Vraag de klas mee te lezen en vast te stellen wat er gebeurt met de mensen die handelen naar de waarheden die ze horen.

  • Wat gebeurt er met mensen die niet alleen hoorder, maar ook dader zijn? (Laat de cursisten antwoorden en zet dit beginsel op het bord: Als we het woord van God horen en ernaar handelen, zal Hij ons in onze daden zegenen.)

Vraag de cursisten om zichzelf aan de hand van de volgende vragen als hoorders en daders van Gods woord te evalueren. Lees de vragen voor of zet ze op het bord.

  • In welke mate geloof ik de waarheden die ik in de Schriften, thuis, in de kerk en in het seminarie leer?

  • Hoe vaak stel ik een geestelijk doel om naar de waarheden die ik leer te handelen? Hoe vaak bereik ik die doelen? Hoe vaak vergeet ik ze?

  • Hoe kan ik een betere dader en niet slechts een hoorder van het woord zijn?

Getuig van de zegeningen die we ontvangen als we handelen naar wat we leren.

Laat een cursist Jakobus 1:26–27 voorlezen. Laat de klas meelezen en letten op de suggesties van Jakobus over manieren om onze godsdienst na te leven.

  • Op welke manieren kunnen we volgens Jakobus onze godsdienst naleven of onze toewijding aan God tonen?

Leg uit dat Jakobus in vers 27 het idee ‘wezen en weduwen bezoeken’ gebruikte als voorbeeld van zorgen voor anderen en dat ‘zichzelf onbesmet bewaren van de wereld’ geestelijk rein blijven betekent, zelfs in een wereld vol goddeloosheid.

  • Welke waarheid halen we uit Jakobus 1:27? (De strekking van de antwoorden van de cursisten dient de volgende waarheid te omvatten: we geven blijk van het naleven van zuivere godsdienst als we voor anderen zorgen en ons geestelijk rein houden. Zet die waarheid op het bord.)

  • Op welke manieren zijn voor anderen zorgen en onszelf geestelijk rein houden belangrijke uitingen van onze toewijding aan God?

  • Wie ken je die een goed voorbeeld is door in zijn dagelijkse leven van het naleven van ‘zuivere godsdienst’ blijk te geven? Wat doet deze persoon dat jou inspireert?

Laat de cursisten op een blaadje een of twee daden zetten die ze de komende week gaan doen om voor iemand te zorgen of ‘zichzelf onbesmet [te] bewaren van de wereld’. Nodig ze uit om daders van Gods woord te zijn door dit beginsel toe te passen.

Volgende unit (Jakobus 21 Petrus 5)

Leg uit dat de cursisten bij hun studie van Jakobus 21 Peter 5 antwoord op deze vragen zullen krijgen: welke raad gaf Jakobus de heiligen voor het geval ze een broeder of zuster zien die ‘zonder kleding zou zijn en gebrek zou hebben aan dagelijks voedsel’ (Jakobus 2:15)? Als we nu eens niets voor de behoeftigen doen? Waarom zei Jakobus dat geloof zonder werken dood is (Jakobus 2:26)? Welk lichaamsdeel is volgens Jakobus ‘een vuur’ en kan ‘het hele lichaam’ bevlekken (Jakobus 3:6)? Welke zegeningen ontvangen mensen ‘die een zondaar van zijn dwaalweg doen terugkeren’ (Jakobus 5:20)? Waarom moet het evangelie volgens Petrus aan de doden verkondigd worden? Moedig de cursisten aan om bij hun studie van het volgende Schriftuurblok naar antwoorden op die vragen te zoeken.

Afdrukken