Dankzij deze les gaan de cursisten begrijpen hoe belangrijk het is om dagelijks de Schriften te bestuderen en als onderdeel van deze cursus het hele Nieuwe Testament te lezen. De cursisten kunnen ook manieren leren om hun Schriftstudie te verbeteren.
Lessuggesties
Het belang van dagelijkse Schriftstudie
Geef iedere cursist een kopie van de volgende enquête. Laat de cursisten over de uitspraken nadenken en hun antwoorden op het continuüm noteren. Verzeker de cursisten ervan dat u ze niet zult vragen hun antwoorden bekend te maken.
Als de cursisten de enquête hebben ingevuld, laat u ze tijdens de les nadenken hoe ze hun Schriftstudie kunnen verbeteren.
Laat een cursist het volgende citaat van ouderling David A. Bednar van het Quorum der Twaalf Apostelen voorlezen:
Afbeelding
Ouderling David A. Bednar
‘In de Schriften staan de woorden van Christus, en ze zijn een reservoir met levend water waartoe wij makkelijk toegang hebben en waaruit wij met volle, lange teugen kunnen nemen. […]
‘Door onze gebruikelijke dagelijkse bezigheden kunnen jij en ik veel van het water kwijtraken waar ons stoffelijk lichaam uit bestaat. Dorst is een uiting van de behoefte van de lichaamscellen aan water, en het water in ons lichaam moet dagelijks aangevuld worden. Eerlijk gezegd is het niet verstandig om je slechts af en toe “vol te drinken” met water en daartussen lange periodes van uitdroging te laten voorkomen. Datzelfde geldt ook in geestelijk opzicht. Geestelijke dorst is een behoefte aan levend water. Een voortdurende toevloed van levend water is veel beter dan af en toe een slokje nemen.’ (‘A Reservoir of Living Water’ [CES-haardvuuravond, 4 februari 2007], 1, 7, broadcast.lds.org.)
Welk beginsel leren we van ouderling Bednar over wat we door onze Schriftstudie kunnen ontvangen? (De cursisten moeten het volgende beginsel herkennen: als we dagelijks de Schriften bestuderen, krijgen het ‘levende water’ dat we zo hard nodig hebben. Zet dit beginsel op het bord.)
De waarde van de heilige Schriften in onze tijd
Om ervoor te zorgen dat de cursisten begrijpen hoe waardevol en belangrijk de Schriften in onze tijd zijn, kunt u de video ‘De zegen van Schriftuur’ (3:04) laten zien, die op LDS.org te vinden is. In deze video beschrijft ouderling D. Todd Christofferson van het Quorum der Twaalf Apostelen het offer dat één man heeft gebracht om ervoor te zorgen dat meer mensen de Bijbel konden lezen. Als u de video laat zien, kunt u die even stilzetten na deze vraag van ouderling Christofferson: ‘Wat begrepen zij wat wij ook dienen te begrijpen?’ (tijdcode 1:56) om aan de cursisten te vragen hoe zij die vraag zouden beantwoorden. Ga dan verder met de video. Na de video gaat u verder met de les, met de alinea die begint met ‘Na de video …’
Als u de video niet laat zien, laat u vier cursisten voor de klas komen en de volgende gedeelten van de toespraak van ouderling Christofferson voorlezen.
Afbeelding
Ouderling D. Todd Christofferson.
1. ‘Op 6 oktober in het jaar 1536 werd een beklagenswaardige figuur uit een kerker in het kasteel van Vilvoorde, bij Brussel, naar buiten geleid. Deze man had bijna anderhalf jaar alleen in een donkere, kille cel doorgebracht. De gevangene werd buiten de kasteelmuren aan een paal gebonden. Hem werd een laatste gebed toegestaan: “Heer, wilt U de ogen van de koning van Engeland openen”, waarna hij door wurging om het leven werd gebracht. Onmiddellijk daarna werd zijn lichaam in brand gestoken. Wie was deze man en wat had hij misdaan […]?’(‘De zegen van Schriftuur’,Liahona, mei 2010, 32.)
2. ‘Zijn naam was William Tyndale en zijn misdaad was de vertaling en uitgave van de Bijbel in de Engelse taal.
‘[…] In een verhit gesprek met een geestelijke die er niets in zag om de Schrift in de handen van de gewone man te geven, zwoer Tyndale: “Als God mijn leven spaart, zal ik er binnen een paar jaar voor zorgen dat de jongen achter de ploeg straks meer van de Schrift afweet dan u!” […]
‘William Tyndale was niet de eerste noch de laatste van de mensen die zich in vele landen en talen hebben opgeofferd, zelfs met de dood tot gevolg, om het woord Gods uit het duister in het licht te brengen. […] Wat wisten zij over het belang van heilige Schriftuur dat wij ook dienen te weten? Wat begrepen de mensen in het 16de-eeuwse Engeland, die veel geld neertelden en grote risico’s liepen voor een bijbel, wat wij ook dienen te begrijpen?’(‘De zegen van Schriftuur’, 32.)
Vraag de klas:
Waarom zouden mensen zoveel offers hebben gebracht om toegang tot de Schriften te krijgen?
Laat de derde lezer verder gaan met de woorden van ouderling Christofferson.
Afbeelding
Ouderling D. Todd Christofferson.
3. ‘In de dagen van Tyndale waren de meeste mensen gespeend van enige Bijbelkennis, omdat ze de Bijbel niet in hun eigen taal tot hun beschikking hadden. Tegenwoordig zijn de Bijbel en andere Schriften ruimschoots voorhanden, maar toch is er in toenemende mate sprake van Schriftuurlijke ongeletterdheid, omdat men die boeken niet wil inkijken. Derhalve zijn zij de zaken vergeten die hun grootouders bekend waren.’ (‘De zegen van Schriftuur’, 33.)
Vraag de klas:
Waarom zouden sommige mensen in onze tijd de Schriften niet lezen, zoals ze eigenlijk zouden moeten?
Laat de vierde lezer verder gaan met de woorden van ouderling Christofferson.
Afbeelding
Ouderling D. Todd Christofferson.
4. ‘Bedenk eens hoe groot deze zegen is: we hebben de Bijbel en ongeveer negenhonderd aanvullende bladzijden aan Schriftuur, waaronder het Boek van Mormon, de Leer en Verbonden en de Parel van grote waarde. […] De Heer wil ons met deze zegen vast en zeker duidelijk maken dat we, meer nog dan voorheen, onze toevlucht moeten nemen tot de Schriften.’ (‘De zegen van Schriftuur’, 35.)
Na de video (of nadat de vierde lezer het citaat van ouderling Christofferson heeft voorgelezen) vraagt u de cursisten wat ouderling Christofferson volgens hen zegt over het belang van Schriftstudie. Als de cursisten antwoord hebben gegeven, zet u de volgende waarheid op het bord: Onze behoefte aan Schriftuur is nu veel groter dan voorheen.
Waarom is onze behoefte aan Schriftuur nu veel groter dan voorheen?
Om de cursisten duidelijk te maken dat het bestuderen van de Schriften in onze tijd nuttig is, legt u uit dat de apostel Paulus een brief heeft geschreven waarin hij de omstandigheden in de laatste dagen uiteen heeft gezet. Vraag een cursist 2 Timotheüs 3:1–5, 13 voor te lezen. Laat de klas meelezen en enkele zonden en houdingen opzoeken die in onze tijd veel voorkomen. (Als de cursisten in deze teksten moeilijke woorden tegenkomen, kunt u die met ze bespreken.)
Wat voor zonden en houdingen staan er in deze teksten die je in onze huidige samenleving ziet?
Vraag een cursist 2 Timotheüs 3:14–17 voor te lezen. Laat de klas opzoeken hoe we in deze gevaarlijke tijd veiligheid kunnen vinden.
Hoe kunnen we in deze gevaarlijke tijd veiligheid vinden?
Zet de volgende onvolledige uitspraak op het bord: Als we de Schriften bestuderen, ontvangen we …
Wat voor zegeningen kunnen we volgens 2 Timotheüs 3:15–17 krijgen als we de Schriften bestuderen en de leringen daarin naleven? Als de cursisten geantwoord hebben, maakt u de uitspraak op het bord als volgt af: Als we de Schriften bestuderen, krijgen we wijsheid, onderricht, weerlegging en verbetering die ons tot zaligheid zullen leiden.)
Leg uit dat de uitspraak op het bord een voorbeeld van een beginsel is. De beginselen en leerstellingen van het evangelie van Jezus Christus zijn fundamentele, onveranderlijke waarheden die een leidraad in ons leven zijn. Een van de belangrijkste doelen van de Schriften is de leerstellingen en beginselen van het evangelie te verkondigen. Wij kunnen onze eigen Schriftstudie verbeteren door leerstellingen en beginselen op te zoeken, over de betekenis ervan na te denken en ze in ons dagelijks leven toe te passen.
Vestig de aandacht weer op het beginsel op het bord.
Wat betekent het volgens jullie dat we wijsheid, onderricht, weerlegging en verbetering kunnen ontvangen als we de Schriften bestuderen?
Wanneer hebben jullie gemerkt dat je wijsheid, onderricht, weerlegging en verbetering ontvangt als je de Schriften bestudeert? (U kunt ook over een eigen ervaring vertellen.)
Het Nieuwe Testament dagelijks bestuderen
Leg uit dat het lezen van het hele Nieuwe Testament een van de doelen van deze seminariecursus is. Het is een vereiste om een seminariediploma te ontvangen.
Leg uit dat het lezen van het hele Nieuwe Testament voortdurende vastberadenheid vereist, maar dat het zeker de moeite waard is. Om dat duidelijk te maken, laat u twee glazen met water zien. Laat twee cursisten elk bij een van de glazen gaan staan. Geef de ene cursist een rietje. Geef de andere cursist zeven rietjes die door plakband met elkaar zijn verbonden. Laat ze allebei het water zo snel mogelijk met hun rietje of rietjes opdrinken. (De cursist met een enkel rietje moet in staat zijn om het water achter elkaar op te drinken en als eerste klaar zijn. De andere cursist zal moeite hebben om al het water door de rietjes heen te krijgen.) Laat twee cursisten gaan zitten en vraag de klas:
Hoe zou je deze activiteit kunnen vergelijken met jullie doel om dit schooljaar het hele Nieuwe Testament te lezen? (De cursist met de zeven rietjes is te vergelijken met iemand die probeert grote hoeveelheden Schriftuur tegelijk te lezen. De cursist met het enkele rietje is te vergelijken met iemand die elke dag een kleine hoeveelheid leest.)
Om de cursisten duidelijk te maken dat ze het hele Nieuwe Testament in kleine gedeelten kunnen lezen, laat u ze het aantal pagina’s in het Nieuwe Testament delen door het aantal dagen dat de cursus duurt. Als de cursus bijvoorbeeld 280 dagen duurt en het Nieuwe Testament bijvoorbeeld 420 bladzijden heeft, hoeven de cursisten elke dag slechts anderhalve bladzijde te lezen.
Getuig van de zegeningen die de cursisten kunnen ontvangen als ze ijverig het Nieuwe Testament bestuderen. De cursisten zullen wijsheid, onderricht, weerlegging en verbetering in de Schriften vinden en gezegend worden met het gezelschap van de Heilige Geest.
Vestig opnieuw hun aandacht op het bord en getuig dat als de cursisten dagelijks de Schriften bestuderen, ze de zegeningen zullen ontvangen die Paulus in 2 Timotheüs 3:15–17 beschrijft. Moedig de cursisten aan om doelen te stellen en elke dag tijd vrij te maken voor persoonlijke Schriftstudie, zodat ze het hele Nieuwe Testament kunnen lezen. Moedig de cursisten aan om hun doelen in hun Schriftendagboek te noteren.
Toelichting en achtergrondinformatie
We worden gezegend als we dagelijks de Schriften bestuderen
Ouderling D. Todd Christofferson van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft gezegd:
‘God gebruikt Schriftuur om foutieve denkwijzen, valse overleveringen en de verwoestende gevolgen van zonde aan de kaak te stellen. Hij is een liefdevolle Ouder die ons nodeloos lijden en hartzeer wil besparen en ons tezelfdertijd ons goddelijk potentieel wil helpen verwezenlijken. […]
‘Het hoofddoel van alle Schriftuur is om onze ziel met geloof in God de Vader en in zijn Zoon Jezus Christus te vullen.’ (‘The Blessing of Scripture’,Liahona, mei 2010, 33–34.)
Zuster Julie B. Beck, voormalig algemeen ZHV-presidente, heeft gezegd:
‘Als jullie nog niet de gewoonte hebben ontwikkeld om dagelijks de Schriften te bestuderen, begin daar dan nu mee en blijf studeren als voorbereiding op je taken in dit leven en in de eeuwigheid. […]
‘De sleutel tot het vergaren van belangrijke kennis is te blijven studeren. […] De Schriften getuigen van Christus (zie Johannes 5:39). Zij zeggen ons alles wat wij moeten doen (zie 2 Nephi 32:3). Zij maken ons wijs “tot zaligheid” (2 Timotheüs 3:15).
‘[…] Als jullie de Schriften dagelijks bestuderen, zul je ertoe gebracht worden “de heilige Schriften te geloven, ja, de profetieën van de heilige profeten, die zijn opgeschreven” (Helaman 15:7). Jullie zullen de moeders en leidsters zijn die de volgende generatie zullen voorbereiden om het evangelie te begrijpen en een getuigenis te krijgen.’ (‘Mijn ziel verheugt zich in de Schriften’,Liahona, mei 2004, 108–109.)
Het wonder van de Bijbel
In de conferentietoespraak ‘Het wonder van de Bijbel’ (Liahona, mei 2007, 80–82) heeft ouderling M. Russell Ballard van het Quorum van de Twaalf Apostelen uitgelegd hoe belangrijk en waardevol de Bijbel is. Ook betuigde hij zijn erkentelijkheid voor de inspanningen van de christelijke martelaars en hervormers die de Bijbel voor iedereen beschikbaar maakten. Hij moedigde ons aan om dankbaar te zijn voor de Bijbel, en hij getuigde: ‘Het is geen toeval dat we de Bijbel hebben.’ (‘The Miracle of the Holy Bible’, 80.)