Beloofd land Land dat de Heer als erfgoed belooft aan zijn getrouwe volgelingen, en vaak ook aan hun nakomelingen. Er zijn veel beloofde landen. Het beloofde land waarover dikwijls gesproken wordt in het Boek van Mormon, is Amerika. Aan uw nageslacht zal Ik dit land geven, Gen. 12:7 (Abr. 2:19). Ik zal het land Kanaän aan u en aan uw nageslacht geven, Gen. 17:8 (Gen. 28:13). Mozes geeft voor de Israëlieten de grenzen aan van het land Kanaän, Num. 34:1–12 (Num. 27:12). U zult naar een land van belofte worden geleid, 1 Ne. 2:20 (1 Ne. 5:5). De Heer voert de rechtvaardigen weg naar kostelijke landen, 1 Ne. 17:38. Indien Lehi’s nakomelingen Gods geboden onderhouden, zullen zij voorspoedig zijn in het beloofde land, 2 Ne. 1:5–9. Israël zal tot hun landen van belofte wederkeren, 2 Ne. 24:1–2 (Jes. 14:1–2). Welke natie ook dit beloofde land zal bezitten, moet God dienen; anders zullen zij worden weggevaagd, Ether 2:9–12. Dit is het land van belofte en de plaats voor de stad Zion, LV 57:2. Juda zal beginnen terug te keren naar de landen van Abraham, LV 109:64. Het nieuwe Jeruzalem zal op het Amerikaanse continent worden gebouwd, Art. 1:10.