Weelde of overvloed. De Heer raadt de heiligen aan alleen naar rijkdom te streven met de bedoeling goed te doen. De heiligen mogen het streven naar aardse rijkdom niet stellen boven het zoeken naar het koninkrijk van God, dat de rijkdommen van de eeuwigheid omvat (Jakob 2:18–19 ).
Als het vermogen toeneemt, zet er het hart niet op, Ps. 62:11 .
Bezit baat niet op de dag van de verbolgenheid, Spr. 11:4 .
Wie op zijn rijkdom vertrouwt, die zal ten val komen, Spr. 11:28 .
Een goede naam is verkieslijker dan grote rijkdom, Spr. 22:1 .
Wee de rijken die de armen verachten en wier schat hun God is, 2 Ne. 9:30 .
De rechtvaardigen zetten hun hart niet op rijkdom, maar waren vrijgevig jegens allen, Alma 1:30 .
Het volk begon hoogmoedig te worden wegens hun rijkdommen, Alma 4:6–8 .
Er ontstond standsverschil onder het volk naar hun rijkdommen, 3 Ne. 6:12 .
Zoek niet naar rijkdom, maar naar wijsheid, LV 6:7 (Alma 39:14 ; LV 11:7 ).
Het is aan God de rijkdommen van de aarde te geven; maar hoed u voor hoogmoed, LV 38:39 .
Rijkdommen van de eeuwigheid
Hoe dikwijls heb Ik u toegeroepen met de stem van de rijkdommen van het eeuwige leven, LV 43:25 .
De rijkdommen van de eeuwigheid zijn de mijne om te geven, LV 67:2 (LV 78:18 ).