Sem
Een rechtschapen zoon van Noach uit het Oude Testament en, volgens de overlevering, de voorvader van de Semitische volken, waaronder de Arabieren, de Hebreeën, de Babyloniërs, de Syriërs, de Feniciërs en de Assyriërs (Gen. 5:29–32; 6:10; 7:13; 9:26; 10:21–32; Moz. 8:12). In hedendaagse openbaring wordt Sem ‘de grote hogepriester’ genoemd (LV 138:41).